Voor de auteur van het Boekenweekessay 2018 zijn
bibliotheken essentieel. Jan Terlouw zal er in maart graag optreden om ook daar
de boodschap van Natuurlijk te verkondigen: de natuur is
schitterend, laten we haar niet verwoesten.
Zeven jaar oud was Jan Terlouw toen hij bij meester Malkenhorst in
de klas kwam. 'Ik weet zijn naam nog precies', zegt hij in de woonkamer van
zijn villa even buiten Twello. 'Op de eerste vrijdagmiddag opende hij een
deurtje. Daarachter stonden allemaal gekafte boeken, wel honderd. Dit is nu de
bibliotheek van de school, zei hij, jullie mogen iedere week een boek lenen.
Dan lees je het, breng je het volgende week terug en dan mag je een nieuw boek
lenen. Het feit dat ik me dat nog zo levendig herinner bewijst wat voor een
ongelooflijk belangrijke ervaring dat voor mij is geweest. Ik heb het jarenlang
gedaan: iedere vrijdag een nieuw boek lenen.' De 86-jarige kernfysicus, politicus en jeugdboekenschrijver is
daarna nooit een grootgebruiker van de openbare bibliotheek geworden. Daarvoor
kwamen er in zijn leven te veel boeken in huis. 'Mijn vrouw Alexandra, die eind
augustus is overleden, was een echte bibliofiel. Zij kocht vrijwel iedere dag
een boek, via de boekhandel of Boekwinkeltjes.nl. Er staan hier meer boeken dan
het huis verdragen kan. En dan krijg ik nog steeds boeken opgestuurd om te
recenseren of een voorwoord voor te schrijven. Kijk eens naar die twee
stapeltjes. Dat is wat me de afgelopen twee weken is opgestuurd. Af en toe koop
ik ook nog een boek dat ik nodig heb.'
De oud-minister van Economische Zaken en voormalig Commissaris van
de Koningin kent de openbare bibliotheek vooral als auteur. Honderden keren
heeft hij in een vestiging opgetreden, sinds hij in 1970 debuteerde met Pjotr en
daarna snel naam maakte met hedendaagse klassiekers als Koning van
Katoren (1971) en Oorlogswinter (1972). Een officiële
functie in de bibliotheeksector als bestuurder heeft hij nooit gehad. Hooguit
bemoeide hij zich zijdelings met bibliotheekbeleid. 'Door me te verzetten tegen
bezuinigingen', zegt hij. Of als lid van commissies die er indirect mee te
maken hadden, zoals de commissie conceptontwikkeling Groninger Forum.
De komende Boekenweek zal het niet anders zijn. Opnieuw maakt hij
als auteur zijn opwachting in bibliotheken – ditmaal van het Boekenweekessay Natuurlijk,
waarin hij het belang van de natuur verdedigt en oplossingen aandraagt om de
aanstaande verwoesting van de aarde te voorkomen. In welke bibliotheken hij zal
zijn was bij het interview nog niet bekend. 'Dat regelen de CPNB en De
Schrijverscentrale. Zij weten veel beter dan ik wat goed is. Ik ben allang blij
dat ik een auto met chauffeur krijg. Dan hoef ik me niet af te vragen hoe laat
ik weg moet, hoe ik moet komen, waar ik kan parkeren. Héérlijk.'
Terlouw komt liever in bibliotheken dan in boekhandels. 'In
signeersessies heb ik geen zin. Dan zit je daar gehaast je handtekening te
zetten, omdat de volgende alweer staat te dringen. Ik wil wat zeggen, ik wil in
discussie met het publiek. Dat kan alleen in bibliotheken. Tegenwoordig treed
ik vaak op met mijn dochter Sanne [met wie hij een reeks detectives heeft
geschreven]. Zij vertelt wat je allemaal kunt leren over schrijven. Zij is
neerlandica, zij weet daar alles van. Maar zij besluit met: "En nu komt
mijn vader, die zal zeggen dat het allemaal niet waar is". Want bij mij is
het schrijven zomaar gekomen, omdat mijn vrouw zo aandrong dat ik de verhalen
voor mijn kinderen opschreef.'
Steeds als hij weer zo'n 'prachtig mooie bibliotheek' betreedt,
'wordt mijn hart met blijdschap vervuld. We hebben toch fantastische
bibliotheken in Nederland, die de altijd enthousiaste bibliothecaris mij iedere
keer terecht met trots laat zien.' Een van hen was Hans van Velzen, met wie hij
in de commissie conceptontwikkeling Groninger Forum zat. 'Hij had me
uitgenodigd in de OBA. Ook een geweldige bibliotheek, waar overal mensen zaten
te werken. Mooi om te zien. Hoewel een bibliotheek voor mij nog altijd om
boeken draait, zie ik steeds vaker zie je vergaderzalen en werkruimtes in
bibliotheken. Kennelijk voorziet dat in een behoefte.'
In de Boekenweek zal Terlouw zijn publiek in de bibliotheek ervan
proberen te overtuigen hoe mooi, vernuftig en schitterend de natuur is. En hoe
noodzakelijk het is voor ons eigen overleven dat we die behouden. Als hij dat
net zo slim doet als in Natuurlijk zal hij zijn gehoor zeker meekregen.
In het even heldere als geraffineerde betoog weet hij in het 64 pagina's
tellende essay zijn lezers er eerst van te doordringen dat klimaatverandering
niet alleen gaat over smeltende ijskappen en krimpende oerwouden, maar óók over
de natuur in de achtertuin of het bos waar je wandelt. En daarna biedt hij een
bedrieglijk simpele oplossing: stop met fossiele brandstoffen.
Terlouw gaat zo verder op het thema dat hij de laatste jaren tot
zijn speerpunt heeft gemaakt. Vooral dankzij zijn optreden bij De
Wereld Draait Door in november 2016, waar zijn bevlogen pleidooi een
snaar raakte bij 1,5 miljoen kijkers – en de uitgeschreven versie van zijn
verhaal vervolgens 13 weken in de Bestseller 60 stond – is hij in korte tijd
een van de bekendste voorvechters van een duurzame toekomst in Nederland
geworden. 'Misschien heb ik door dat optreden wel de uitnodiging gekregen',
zegt hij onomwonden. 'Maar het is een mooie kans om mijn boodschap bij een
breed publiek bekend te maken.'
Sinds de mens een jaar of vijfduizend geleden de natuur naar zijn
hand begon te zetten door bijvoorbeeld dieren te domesticeren, doceert Terlouw,
is er altijd 'een redelijk evenwicht' met de flora en fauna om ons geweest.
'Tot de laatste vijftig tot honderd jaar. Sindsdien slaat onze grip op de
natuur door en bedreigen we die enorm met onze technische verworvenheden. Maar
dat zien we pas als we er ons bewust van zijn. De politiek kan er ook pas wat
aan doen als mensen het willen – en die willen het pas, als ze zich bewust zijn
van het gevaar. Mijn boekje is een kleine bijdrage om mensen dat te laten
inzien.'
Het probleem waarop hij zich concentreert is de opwarming van de
aarde. 'Dat is het meest urgent', vindt Terlouw. 'In het verleden is het op
aarde ook warmer geweest dat nu. Maar de opwarming gaat in onze tijd zo snel
dat het leven op aarde zich daar niet op kan aanpassen. De oplossing daarvoor
is eenvoudig: haal energie niet uit olie en gas, waardoor CO2 in de
lucht komt, maar uit de zon – die het equivalent aan energie levert van tien
miljoen vaten olie. Per aardbewoner, per seconde. Het is ook heel goed te doen
om over te stappen op deze duurzame energie met behoud van welvaart.'
Hij erkent de macht der gewoonte van veel mensen om vast te houden
aan bestaande energiebronnen. Hij onderschrijft ook de grote belangen van
bedrijven die enorm hebben geïnvesteerd in fossiele brandstoffen. 'Er wordt
jaarlijks nog enorm geïnvesteerd in boorplatforms, die bij een overgang naar
duurzame energie geen rendement meer opleveren. Maar toch ben ik hoopvol. Er
zijn al landen waar duurzame energie al concurrerend is met olie, hoewel olie
vijf keer zo veel wordt gesubsidieerd. En zeker bij de jeugd neemt het bewustzijn
toe. Het gaat alleen niet snel genoeg. Bij ongewijzigd beleid stijgt de
temperatuur deze eeuw twee graden.'
Kan ook de bibliotheek een bijdrage leveren aan de groei van
bewustzijn? 'Absoluut', vindt Terlouw. Dat kan alleen al door boeken
beschikbaar te stellen. 'Iedere keer als een van onze vier kinderen voor het
eerst naar school ging en daar zou gaan leren lezen en schrijven, heb ik hen
voorgehouden dat dat het mooist geschenk van de samenleving is. Zo'n mooi
geschenk dat je verplicht bent om het aan te nemen, want Nederland kent een
leerplichtwet. Door te leren lezen, kun je kennis krijgen van alles wat er is
bedacht. En bibliotheken zijn daarbij essentieel. Bibliotheken zijn de sleutel
tot die wereld van kennis.'
(Eerder gepubliceerd in Bibliotheekblad)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten