maandag 8 augustus 2016

De stripmarkt anno 2016: 'Als ik al die volle tekeningen zie, echt geweldig' (Boekblad, 1/2)

Nederland heeft er een nieuwe uitgeverij voor graphic novels en andere beeldverhalen bij: SubQ. In tegenstelling tot Vlaanderen en Frankrijk heeft Nederland nog steeds een bescheiden traditie, maar SubQ gelooft dat er een markt voor is. Sinds 2013 trekt de ook de markt  voor beeldverhalen weer aan. Bij Scheltema staan nu vier kasten met beeldverhaal. ‘Mensen willen óf een goedkoop e-boek of pocket óf, als ze dan toch geld uitgeven, iets echt oogstrelends.’
AFLEVERING 1

Een uitgever of verkoper van strips zonder passie voor de kunstvorm? Onbestaanbaar. Veel meer dan het A-boek drijft de stripwereld op een grote persoonlijke liefde. ‘Ik lees al strips sinds begin jaren zeventig’, zegt Co Sack, inkoper strips en ramsj van Scheltema. ‘En ik ben nu pas 51. Mijn favoriet is Franquin. Vroeger ging het me om het verhaal, maar hoe ouder ik word, hoe minder. Als ik al die volle tekeningen zie: echt geweldig. Er zit geen enkele saaie achtergrond bij.’
Zo zijn ze allemaal. ‘Ik vind het hartstikke mooi dat ik er gelijk bij werd gehaald om uitgever van SubQ te worden’, zegt uitgever Bart Wessels van de nieuwe imprint van uitgeverij Q. ‘Ik heb strips altijd mooi gevonden. Met Corto Maltese van Hugo Pratt als favoriet. Dat is half avontuur, half droom, in zwart-wit, met veel literaire verwijzingen. Heel mooi.’ De kleine stripwereld wordt dan ook bewoond door een heel gezellig volkje’, zegt Ron Poland van stripdistributeur Strips in Voorraad. ‘Zowel de uitgevers en winkeliers als de klanten. Er is veel gedeelde passie.’
Zonder die liefde gaat het niet eens, meent Mat Schifferstein van Sherpa. Hij wijst op De Bezige Bij. De uitgeverij kocht jaren geleden de prestigieuze stripuitgeverij Oog & Blik. ‘Maar dan komen ze erachter om wat voor oplages het gaat en hoe lang het duurt voor die uitverkocht zijn. Zo’n uitgeverij denkt puur commercieel. Toen zijn de mensen erachter vertrokken. Zij zijn Scratch Books begonnen. Een fantastische fonds dankzij hun passie en ervaring. En bij De Bezige Bij stelt strip nauwelijks nog wat voor.’
Hetzelfde geldt voor de boekhandel. Schifferstein: ‘Het heeft nauwelijks zin om onze artistieke, intelligente strips aan de algemene boekhandel te verkopen. Want zelfs als ze die willen hebben hoor je: “Maar we hebben eigenlijk niemand met verstand ervan.” Tja. Dan kun je hooguit wat mainstream humorstrips neerzetten. Om graphic novels te verkopen heb je verstand van de inhoud nodig. Om te kunnen inschatten bij welke klanten er belangstelling zou kunnen zijn.’

In de lift
Geld verdienen met strips is dan ook bepaald niet voordehand liggend. Het Nederlandse taalgebied is er gewoon te klein voor, mopperde Jean-Marc van Tol van Catullus eerder dit jaar in de Volkskrant. Alle uitgevers moeten er iets naast doen. Soms letterlijk: Ger van Wulften en Esther Gasseling van Xtra nemen ook vormgevings- respectievelijk tekstschrijversklussen aan. Schifferstein, die de eerste twintig jaar zelfs als vrijwillig voor Sherpa werkte, doet ook freelance klussen.
En soms besteden uitgevers tijd en energie aan nevenproducten. Catullus verdient zelf aardig aan Fokke & Sukke-merchandising. Scratch Books doet ook commerciëlere titels als de heruitgaven van klassieke reeksen als Chlorophyl en Jan Kordaat. ‘En we doen veel met verkoop van buitenlandse rechten’, vertelt Hansje Joustra. ‘Van al onze Nederlandse auteurs, niet één uitgezonderd, hebben we iets verkocht. Nu steeds meer strips af komen, wordt de verkoop in het buitenland een steeds belangrijk deel van de omzet.’
Alle voor dit stuk gesproken partijen in de stripmarkt zeggen dat het weer beter gaat met de strip. ‘De verkoop zit weer in de lift. Eigenlijk al sinds 2013, maar vooral vanaf halverwege vorig jaar’, zegt Poland, die veel kleine uitgeverijen vertegenwoordigt richting stripspeciaalzaken. ‘Zeker Silvester Strips en Dark Dragon Books groeien goed.’ Maar ook over andere is hij niet ontevreden – Scratch, Sherpa, De Harmonie, De Bezige Bij, de Vlaamse uitgeverijen Oogachtend en Bris, en meer.
Die groei vertaalt zich in meer ruimte voor het genre bij Scheltema. Sack: ‘We hadden voor de verhuizing één bak – nu vier. We hadden toen misschien meer kastruimte, maar de drie kasten die we nu hebben staan handiger. Klanten die op de eerste etage komen zien het meteen naast de literatuur staan als ze van de roltrap komen. Het interessante is dat juist duurdere strips van 20 tot 40 euro steeds makkelijker verkopen. Dat maakt de kassa-aanslag van strips interessanter.’

Oogstrelend
Over het waarom van een groeiende stripmarkt is echter geen eensluidend verhaal te vertellen. Poland begint over het verschijnen van mooie boeken die goede recensies in dag- en weekbladen krijgen en soms zelfs in tv-programma’s in de lucht worden gehouden – zoals In the Pines van Erik Kriek (Scratch Books), De arabier van de toekomst van Riad Sattouf (De Geus) en Het gat van Oyvind Torseter (De Harmonie) die allen door het De Wereld Draait Door-panel werden genoemd.
Anderen zijn sceptischer over de invloed van de media. Bij Sherpa is het eerder toeval dat Schifferstein en zijn medewerker zichzelf sinds een jaar of vier kunnen uitbetalen. ‘We hebben herdrukken van klassieke strips uit de jaren zeventig: Roodbaard, Blueberry, Ravian en Laureline. Daar blijkt nu een publiek van vijftigers, zestigers voor te zijn die daar uit nostalgie omnibussen van kopen. De oplagen blijven marginaal: 500 exemplaren. En je verkoopt ze tegen bodemprijzen. Maar toch.’
Gasseling zegt dat je als uitgever ook slim moet meebewegen met de markt. ‘Met Xtra doen we veel zwart-witstrips, maar we verkennen – uiteraard vanuit wat wij interessant vinden – uitgaven met meer kleur, luxere verzorging, grotere formaten. Dat heeft te maken met een trend die je ook op de A-boekenmarkt ziet: mensen willen óf een goedkoop e-boek of pocket óf, als ze dan toch geld uitgeven, iets echt oogstrelends. Dan betalen ze maar wat meer.’
Ook moet een uitgever titels slim marketen. Niet blijven hangen in het wereldje van stripspeciaalzaken en stripbeurzen waar altijd hetzelfde publiek komt. Gasseling: ‘Wij hebben veel strips met maatschappelijke thema’s. Dat biedt ruimte voor extra afzetkanalen. Neem Heel erg anders van Shiuan-Wen Chu, dat over autisme gaat. Dan benader ik actief clubjes die daarmee bezig zijn. Ook staan we op culturele festivals als Winternachten. Dan benadert het publiek onze stand wel alsof we exotische vogeltjes hebben. “Goh, strips, wat een leuk genre”. Maar je probeert wat.’

Recensies
De gespecialiseerde stripuitgevers vinden dat de media-aandacht voor strips eerder terugloopt. Anders dan bijvoorbeeld Wessels die daar mede rechtvaardiging inziet om met SubQ te starten – dat volgens het persbericht destijds is opgericht omdat het beeldverhaal steeds belangrijker wordt. ‘Als je ziet dat Erik Kriek na vermelding in DWDD meerdere drukken krijgt, weet je dat er publiek voor dit soort boeken is. Het is zaak dat te vinden. Meer bespreking in kranten helpt daarbij.’
Schifferstein zegt daarentegen dat hij van Het paradijs verloren van Pablo Auladell – een 320 pagina’s tellende bewerking van het gelijknamige gedicht van John Milton – zegge en schrijve één recensie heeft gekregen. ‘Ik heb ontzettend veel moeite gedaan omdat ik afhankelijk ben van besprekingen. Voor stripspeciaalzaken is dit te veel een koffietafelboek, voor algemene boekhandels is strip sowieso voor kinderen. Als ware het een prentenboek. En dan één recensie. Heel frustrerend. Als ik het van tevoren had geweten had ik nooit de rechten van dit schitterende boek gekocht.’

Ook Gasseling vindt de media-aandacht minder dan vroeger. ‘Journalisten willen wel, maar van hen begrijp ik dat hun kranten heel weinig ruimte ervoor over hebben. En dat terwijl strips mediageniek zijn. Een krant kan echt iets laten zien. Bovendien hebben wij relevante strips zoals recentelijk twee graphic novels over de Great Depression. Dat sluit goed aan bij de economische crisis. Een mooie insteek, zou je zeggen, maar ik kreeg het er niet doorheen. Wat kun je dan nog als uitgeverij?’
(Eerder gepubliceerd in Boekblad magazine, mei 2016)

Zie ook:

Geen opmerkingen: