Komt het door het neerhalen van vlucht MH17, waarbij 298 mensen omkwamen, en andere spectaculaire aanslagen? De Russische financiering van rechts-populistische politieke partijen in het westen en manipulatie van verkiezingen? De door het Kremlin groots opgezette dopingprogramma's? Hoe het ook zij: Rusland fascineert Nederlandse schrijvers mateloos. Kort na elkaar verschenen drie romans die in het Rijk van Poetin zijn gesitueerd en alle de bestsellerlijsten haalden: Tsjaikovskistraat 40 van Pieter Waterdrinker, Foon van Marente de Moor en Mooi doodliggen van A.F.Th. van der Heijden.
Van deze drie gaat alleen de laatste daadwerkelijk in op de politieke ontwikkelingen van de laatste jaren. Bij De Moor is Rusland slechts achtergrond bij thema's als de ontluistering van ouder worden. Waterdrinker maakt dankbaar gebruik van de radicale transformatie van het land in de afgelopen decennia en de talloze absurditeiten die hij als gevolg daarvan heeft meegemaakt om een aanstekelijke schelmenroman te schrijven. Van der Heijden staat daarentegen uitgebreid stil bij het nieuws dat iedere dag in de krant staat – tot de relatie van 'President Tsaar', zoals hij Poetin heeft gedoopt, met president Trump aan toe.
Mooi doodliggen is uiteraard geen geopolitieke roman. Het gaat over de persoonlijke implicaties van de moordaanslag op zijn eigen leven die de gevluchte Russische journalist Grigori Moerasjko – net als Arkadi Babtsjenko, op wie hij is gebaseerd – op 29 mei 2018 met de Oekraïense geheime dienst in scène heeft gezet. Hoe komt hij tot zijn ingrijpende daad? Hoe beleeft hij die uren dat hij voor de buitenwereld, op uitsluitend de direct betrokkenen na, dood was? Wat voor gevolgen heeft deze daad voor de relatie met zijn vrouw die korte tijd in de waan was de liefde van haar leven te hebben verloren?
Maar de actualiteit is nooit ver weg. Hoe kan het ook anders? Moerasjko, die in deze als memoires vormgegeven roman zelf het woord neemt, is een kritische journalist die het zijn persoonlijke missie heeft gemaakt om de waarheid boven tafel te krijgen die de criminele kliek uit het Kremlin kan verjagen. Hij heeft cruciale gebeurtenissen, zoals de inval van Rusland op de Krim, van dichtbij meegemaakt. En hij doet samen met de Nederlandse fotograaf annex journalist Natan Haandrikman onderzoek naar de ware toedracht van de ramp met de MX17. Het geeft Van der Heijden volop de gelegenheid om zijn mening over de Russische leiders en hun leugens te ventileren.
Het is bewonderenswaardig dat de auteur zo kort na de gebeurtenissen waardoor hij zich heeft laten inspireren, met een zo omvangrijke roman voor de dag komt. Toch is dat een manco aan Mooi doodliggen. Het gaat van der Heijden om de verhouding tussen liefde en dood. Als Moerasjko doet alsof hij wordt neergeknald, is iedereen woedend. Zijn vrouw omdat hij haar ten onrechte de pijn van intense rouw bezorgde. Zijn collega's omdat hij zich inliet met het verspreiden van nepnieuws. Maar als hij later écht wordt vermoord, zorgt dat voor herstel. In ieder geval bij zijn vrouw, die hem dan kan vergeven en zichzelf weer toestaat van hem te houden. Bij deze mooie opzet zitten de echte feiten danig in de weg.
Het verhaal dwingt Van der Heijden namelijk om ook het toekomstig nieuws te verzinnen. Tot aan grofweg september 2018 kon hij zijn plot larderen met alles wat hem iedere dag door de krant wordt aangereikt – en dat doet hij ook, tot opmerkingen over het optreden van de Nederlandse minister in de VN Veiligheidsraad aan toe. Voor het deel daarna moest hij zelf de ontwikkelingen uitdenken. En dat blijkt te veel gevraagd. Althans, hij heeft die moeite maar beperkt genomen. Dat betekent dat het verhaal, waarvan je sterk voelt dat het is ingebed in de grote geschiedenis, dat opeens nauwelijks meer is. Dat heeft als effect dat de roman als een nachtkaars uit lijkt te gaan.
Temeer daar Van der Heijden Moerasjko's zelfopgelegde bijna-doodervaring aanvankelijk minutieus beschrijft. De gewaarwordingen in aanloop naar de geënsceneerde aanslag, de morbide nacht als levende in een mortuarium, het gevoel waarmee hij de met holle lof geïmpregneerde necrologieën leest, de verbijstering als de omgeving niet zo blij verrast is als verwacht. Dat verhoogt het contrast met de laatste honderd pagina's. Alsof Van der Heijden daarvoor weinig meer heeft gedaan dan een schemaatje met verder plotontwikkelingen invullen met wat er in de tussentijd aan gedachten en observaties voorbijkwamen die hem toevallig interesseerden.
Hij dwaalt zelfs ver af in bijzaken. Te ver, getuige een volledig hoofdstuk over Jane Fonda – wat mij betreft het dieptepunt van Mooi doodliggen. Waarom laat Van der Heijden in godsnaam zijn Moerasjko uitwijden over Fonda's behandelingen met botox, haar vroegere activisme, en haar laatste film (Book Club)? Als dat thematische relevantie heeft, anders dan de gemakkelijk opgeworpen vraag of er nog kunstenaars zijn die protesteren tegen de Russische methoden om zijn macht uit te breiden, zie ik het niet.
Ook is het spijtig dat Van der Heijden anders dan De Moor en Waterdrinker nooit in Rusland heeft gewoond. In Foon en Tsjaikovskistraat 40 neem je het land met al je zintuigen gewaar. Je gelóóft de personages. In Mooi doodliggen krijg je nooit het idee dat Moerasjko iets anders is dan een als Rus vermomde Nederlander. Zeker: hij heeft Dostojevski en Tsjechov gelezen en gooit er af en toe een Russische uitdrukking door. Maar minstens zo vaak verwijst hij naar Nederlandse literatuur of de illusionist Hans Klok. Allemaal van zijn Hollandse vriend Natan geleerd, staat er keurig bij, maar vreemd is wel.
Van der Heijdens personages zijn door de bloemrijke taal, waarmee iedereen zich uitdrukt, toch al weinig realistisch. Dat is ook niet zijn eerste doel. Maar omdat hij zijn klassieke tragedie situeert in een voor iedereen al te herkenbare werkelijkheid, wreekt het zich dat de personages niet even herkenbaar zijn. Door hen daarentegen te stofferen met wat hemzelf in Amsterdam aan literatuur, film en filosofie te binnen is geschoten, verworden zijn Russen en Oekraïners tot zetstukken in een zorgvuldig uitgedacht drama. Ze zijngeen karakters van vlees en bloed meer, maar personificaties van filosofische standpunten.
Bij ieder ander zou je bij zoveel kritiek concluderen: matig uitgewerkt plot, overbodige zijpaden, onrealistisch decor, ongeloofwaardige personages – snel vergeten, deze roman. Maar gelukkig is Mooi doodliggen geschreven door Van der Heijden. Met zijn originele vergelijkingen en treffende beelden, en vooral zijn verbluffend associatief vermogen, waarin hij kleine details en grote mythologische verhalen vanzelfsprekend aan elkaar verbindt, weet hij wél diep in de ziel door te dringen van een journalist die iets unieks heeft meegemaakt: hoe het is om te doen alsof je bent vermoord. Dat zijn tenminste prachtige pagina's geworden.
(Eerder gepubliceerd in Ons Erfdeel)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten