maandag 9 mei 2016

Inct.live met 100 euro korting? Dat kan met deze code

Naar Inct.live op 19 mei met 100 euro korting? Meld u dan aan met deze code: 190516. En wel hier.
Dit is het programma:

Live interviews
Rob Koghee (New Skool Media)
Dolly van de Akker (MPG Today)
Jan-Peter Wissink (Amsterdam University Press)
Caspar van Rhijn (Mediahuis)

New In Business:
Eric Ariëns (Strossle)
Anouk Binkhuysen (Faqta)
Pieter Hermans (Booqees)
Raoul Milhado (Apppromotors)
Chretien van der Aa (Gregor Samsa)
Be Informed
Sander van der Heide (gadgeteer)
Herman Buss (GEA Data)
Michiel Blauw (Huygens ING)
Karina van Dalen- Oskam (Huygens ING)
Arco van der Berg (Tabula Nova)
Spreekuur/speedconsults
Karlijn van den Hoff (inholland)
Patty de Leeuwe (Visser Schaap & Kreijger)
Femke Leemeijer (Kantoor FiftyFour)
Ronald Zanoli (Plaggemars)
inct.filmhuis
Onder meer video-interviews met Slaven Mandic (Wayne Parker Kent); Monique Burger (De Nieuwe Boekhandel); Frank Botman (TMG) & Thomas Hendriks (Quest)
(en nog veel meer)
Gastheer: Ronnie Overgoor

zondag 8 mei 2016

Uitgeverij Xander pronkt met prijs die het zelf in het leven heeft geroepen

Uitgeverij De Geus was daar vroeger goed in: pronken met prijzen voor hun auteurs. En aangezien dat zo vaak buitenlandse auteurs waren uit exotischer landen dan Amerika en Frankrijk waren dat vaak prijzen die me helemaal niets zeiden. Auteur X uit IJsland had prijs zus-en-zo gewonnen. De Roemeen Y mocht trots zijn op de die-en-die-prijs. En zo ging de aanbiedingscatalogus soms pagina na pagina door. Zou De Geus ook wel eens prijzen hebben verzonnen? vroeg ik me wel eens af. Niemand die het zou zijn opgevallen. Maar die gedachte heb ik altijd verworpen. Bij deze uitgeverij werken integere mensen.
Zo bont als uitgeverij Xander heeft De Geus het dan ook nooit gemaakt. Ik kreeg hun vorig jaar verschenen roman Het kleine leven van Norbert Jones van Marloes Kemming in handen. 'Bekroond debuut van een veelbelovend literair talent', staat groot op de achterflap. Daaronder wordt uitgelegd dat het de 'debuutprijs Coffeecompany Book Award' betreft. Zelfs een citaat uit het juryrapport ontbreekt niet. Maar wat er nadrukkelijk niet staat: deze prijs is opgericht door Xander zelf om nieuwe auteurs te lokken. Hoofdprijs is publicatie bij Xander.
Tja.

PS. Na Marloes Kemming – de derde winnaar – lijkt de prijs te zijn opgeheven. Voor 2016 zijn geen nieuwe inzendingen gevraagd. Zouden kwaliteit en, vooral, verkoopresultaten van Marco van Houwelingen (winnaar 2013) en Olga Hoekstra (winnaar 2014) zijn tegengevallen?

vrijdag 6 mei 2016

Stephan Enters schrijflessen 4: de vrije indirecte rede (Schrijven Magazine)

Bij ieder boek stelt Stephan Enter zichzelf voor nieuwe uitdagingen. Wat heeft zijn eigen oeuvre hem geleerd? Een schrijfcursus in zes lessen – 4: de vrije indirecte rede.

Voor een uitleg over de vrije indirecte rede verwijst Stephan Enter graag naar James Wood. In How Fiction Works legt de Britse criticus van voornamelijk The New Yorker ragfijn uit wat dit perspectief is, zegt de bewonderende schrijver. Het komt neer op een kruising tussen de eerste en derde persoon enkelvoud. Je kruipt helemaal in je personage, maar geeft diens gedachten en gevoelens weer in de derde persoon. Het is het perspectief dat Enter voor Grip koos, zijn meest succesvolle boek tot nu toe.
'De vrije indirecte rede heeft als voordeel dat je een soort onpartijdigheid suggereert die er misschien niet is. Dat geeft het verhaal een interessante spanning. Een tweede voordeel is dat je veel bloemrijker kunt zijn. Je kunt als alwetende verteller observaties doen die een ik-verteller nooit zou doen. Je hoeft de gedachten van het personage immers niet letterlijk weer te geven, je suggereert ze. Dat geeft je ook veel mogelijkheden om een situatie uit te diepen.'

Enter kwam zelf via een andere weg tot dit perspectief. Hij leerde Woods boek uit 2008 later kennen. Hij overwoog dat de vrije indirecte rede goed paste bij Grip. Hij vertelt daarin achtereenvolgens vanuit Paul, Martin en Vincent hoe zij een cruciale gebeurtenis tijdens een gezamenlijke vakantie in de Lofoten hebben beleefd, terwijl ze op weg zijn om elkaar voor het eerst in jaren weer te ontmoeten.
'De vrije indirecte rede is gemaakt voor Grip. Stel je voor dat de lezer de personages achtereenvolgens in de eerste persoon zou horen. Dan moest hij na ieder deel schakelen. Nu gaat de overgang soepeler. De toon blijft dezelfde, er is de illusie dat er een verteller van buiten is. Maar vooral: dit boek gaat over denken en herinneren. Ze twijfelen, mijmeren, reflecteren. Dankzij dit perspectief kun je dat doen zonder dat je steeds bij iedere gedachte moet schrijven: twijfelde hij. Of: dacht hij.'

Hoe komt een schrijver erachter of een perspectief werkt dat hij nooit eerder heeft gebruikt? 'Je moet heel zorgvuldig met die keuze omgaan', zegt Enter. 'Je zit er een heel boek aan vast. Je moet dus goed de consequenties overwegen – wat kan nog wel? wat niet meer? En wat het mogelijk oplevert. Ik herinner me dat ik in mijn dagboek heb gefilosofeerd over die keuze. Ook ging ik op zoek naar een goed boek waarin het perspectief werd gebruikt.'
Het boek waarin hij uiteindelijk een voorbeeld vond was Mrs. Dalloway van Virginia Woolf. 'Een meesterwerk. In dit boek zag ik dat waar ik over piekerde echt kan. Dat heeft me het laatste zetje geven om het te proberen. Woolf schuift voortdurend het ene personage in en het andere uit, zonder steken te laten vallen. Je ziet vaak schrijvers die het onbewust gebruiken, maar dan gebeurt het nooit foutloos. Dat de vrije indirecte reden daarom tricky is, vond ik ook spannend.'
Wat kan er dan fout gaan? Enter legt uit: 'Je schrijft bijvoorbeeld snel: "..., zei hij wanhopig". Dat lijkt te kunnen, maar nee, je denkt nooit over jezelf: wat denk ik wanhopig. Dat moet dus worden: "... zei hij en meteen hoorde hij hoe wanhopig hij klonk." Je moet het perspectief heel secuur gebruiken. Dat maakt het interessant.'
(Eerder gepubliceerd in Schrijven Magazine 2016/1)

Zie ook:
- Les eentwee en drie

donderdag 5 mei 2016

Na vijf jaar is aanbieder van open source lesmateriaal VO-content een succes (Inct)

De leidende aanbieder van open leermateriaal bestaat vijf jaar. VO-content heeft succes, maar beschouwt zich niet als concurrent van educatieve uitgeverijen.

Als educatieve uitgevers niet bieden wat scholen willen, dan moeten de scholen het zelf maken. Eigenlijk was het zo simpel. 'Scholen hadden een behoefte aan flexibele digitale leermiddelen. Omdat er helemaal niets op de markt voorhanden was dat daaraan voldeed, hebben een aantal scholen die er ieder voor zich mee bezig waren samen een landelijke club opgericht die het gewenste leermateriaal zou ontwikkelen. Zo ontstond in 2011 VO-content', vertelt directeur Ron Zuijlen.
Bij het eerste lustrum is VO-content een succes, vindt de not-for-profit-stichting zelf. Er zijn inmiddels 83 leerlijnen voor 10 vakken voor het gehele spectrum van vmbo tot vwo beschikbaar. Deze zogeheten Stercollecties kan iedere school gratis gebruiken. Precies zoals iedere vaksectie wil: als vervangend of als aanvullend lesmateriaal. In totaal 400 scholen (met in totaal 300.000 leerlingen) is bereid ervoor te betalen: 7 euro per leerling per jaar. Dat is een derde van het aantal scholen in het voortgezet onderwijs.

Zuijlen: 'Wij worden uitsluitend door die bijdrage gefinancierd. Wij krijgen geen subsidie. Scholen willen dat bedrag betalen vanuit de onderlinge solidariteit die ook aan de basis lag van de oprichting van VO-content. Maar dan nog. De bijdrage, die al vijf jaar niet is verhoogd, is maar drie procent van het leermiddelenbudget. Dat is bijna verwaarloosbaar. Terwijl scholen er veel voor terug krijgen.'

Zie voor vervolg Inct.

woensdag 4 mei 2016

Zelden werd zo reikhalzend uitgekeken naar een pamflet van Abou Jahjah (Knack)

Wat is het uitgeverij De Bezige Bij waard om een pamflet van Dyab Abou Jahjah, aangekondigd voor september 2016, te publiceren? Een verhaal over principes, eigen auteurs eerst en miscommunicatie.

Welke auteur gaat uitgeverij De Bezige Bij binnenkort verliezen? De columnist Dyab Abou Jahjah? Of bestsellerauteurs Leon de Winter, Jessica Durlacher en Marcel Möring, die zich publiekelijk hebben gekeerd tegen de in hun ogen antisemitische activist? Sinds de prestigieuze Amsterdamse uitgever van bijna alle grote naoorlogse Nederlandstalige auteurs – van Reve en Mulisch tot Hermans en Claus – in februari jongstleden Abou Jahjah een contract voor twee boeken gaf, zijn de gemoederen zó hoog opgelopen dat het ondenkbaar is dat de uitgeverij het beide kampen ooit naar de zin kan maken. Wellicht heeft de Vlaming met Libanese wortels ook medestanders die dreigen op te stappen als De Bezige Bij het auteurscontract verscheurt.
Het laatste nieuws is de aankondiging van een bijzondere vergadering van Schrijversvereniging De Bezige Bij op 9 mei. De voorzitter Allard Schröder had aanvankelijk gezegd dat de vereniging – die door het verleden van de uitgeverij als coöperatie nog altijd grote invloed heeft – geen standpunt innam. Het uitgavebeleid was een zaak van de directie. Maar onlangs maakte het bestuur in een brief aan de leden bekend de publicatie van Abou Jahjahs pamflet Pleidooi voor radicalisering te steunen. Acht leden drongen er vervolgens aan eens goed te praten over 'de onrust over de identiteit' van de uitgeverij. Ofwel: 'over principes en fundamenten, maar ook wat daarvan de consequenties zijn', zo staat te lezen in de uitnodiging.
Om welke acht schrijvers het gaat is niet bekend – geen van de betrokkenen wil de interne ruzie uitvechten via de media. Het moge duidelijk zijn dat het handjevol auteurs dat zich wél heeft geroerd erbij is. Deze tegenstanders vallen uiteen in twee kampen. De Winter en Durlacher lijken hoe dan ook tegen een boek van Abou Jahjah met het befaamde Bij-logo te zijn. Zijn antizionistische en antisemitische uitspraken zijn zo schokkend dat het in het geheel niet uitmaakt wat hij beweert in zijn pamflet – dat, voor alle duidelijkheid, nog niemand heeft gelezen. 'Een stem als die van Abou Jahjah binnen de uitgeverij geeft me een onveilig gevoel', uitte Durlacher haar dreigement in diverse media.
Daartegenover staat Marcel Möring. Toen hij zich verdiepte in de opinies van de columnist – soms lang geleden gedaan in zijn tijd als voorman van de Arabisch Europese Liga (AEL) – schrok hij zich wezenloos. Maar: hij dreigt niet met opstappen, hij wacht af. 'Ik doe niet aan dreiging', schreef hij in NRC Handelsblad. 'Ik heb mijn uitgever gevraagd waarom deze agitator een contract heeft gekregen. Dat is alles. Ik sluit niet uit dat ik vertrek als hij het soort teksten publiceert waarvan wij hem kennen, maar dat is voorlopig niet aan de orde. Misschien schrijft hij een sprookje waarin islamitische, christelijke en Joodse kabouters gezellig samenleven in een grote paddenstoel. Dan zou ik zomaar kunnen blijven.'
De uitgeverij – eveneens zeer terughoudend naar de media – verdedigde Abou Jahjah aanvankelijk als een 'gerespecteerde stem in het debat'. Met de voor hen zo logische kanttekening dat het bijna overbodig leek het te zeggen: dat de uitgeverij vanzelfsprekend geen antisemitische geschriften wenst te publiceren. Contract of geen contract. Later gaf de uitgeverij toe dat de protesten van prominente fondsauteurs aanleiding hadden gegeven tot een fundamentele discussie 'over de rol van een moderne uitgever in prangende actuele kwesties en in het gepolariseerde debat van vandaag', zoals het in een van de schaarse uitingen heette.
Daar gaat het natuurlijk om: de rol van de uitgever. Kan een uitgeverij alle teksten uitgeven waarmee hij denkt geld te verdienen? De meeste uitgevers vinden van wel. De tijd van de verzuiling is voorbij. Kijk naar Prometheus. Die gaf net zo makkelijk een rechts-extremistische haatgeschrift van PVV-politicus Martin Bosma (De schijn-élite van de valse munters, 2010) uit als de memoires van GroenLinks-voorvrouw Femke Halsema (Pluche, 2016). Of neem, in Vlaanderen, Pelckmans. De uitgeverij beweerde vorig jaar bij hoog en bij laag Waarover men niet spreekt van islambasher Wim Van Rooy uitsluitend vanwege de gebrekkige kwaliteit niet uit te geven. Want ook Pelckmans vindt: het debat is gebaat bij grote diversiteit aan stemmen.
De enige reden waarom een uitgever werk van een auteur niet wil publiceren is dat hij persoonlijk niets met diens mening heeft. Lang niet iedereen zal bereid zijn Bosma of Van Rooy een podium te geven. Bosma was voor zijn tweede boek, Minderheid in eigen land, ook gedwongen dat in eigen beheer uit te geven. Maar een boek weigeren omdat andere auteurs in het fonds het ermee oneens zijn? Dat gebeurt nooit. Zoals Oscar van Gelderen van uitgeverij Lebowski schouderophalend in Het Parool zei: 'Als je meerdere succesnummers in je stal hebt, kan het natuurlijk ook altijd gebeuren dat mensen elkaar niet kunnen luchten of zien, los van politieke standpunten.'
Het opmerkelijke is dat uitgerekend De Bezige Bij haar uitgavebeleid recentelijk heeft laten bepalen door protesten van fondsauteurs. De uitgeverij zou in samenwerking met Das Magazin een bundel brengen van de tien beste jonge auteurs uit dit literair tijdschrift. Tot Jessica Durlacher na een tip protesteerde. Het tijdschrift had ooit JamalOuariachi's 'Handleiding Antisemitisme voor Beginners' gepubliceerd, waarin zij en echtgenoot Leon de Winter tamelijk onprettig figureren. Daar kon de uitgeverij zich absoluut niet mee associëren, of het verhaal nu ironisch was bedoeld of niet. Dat Ouariachi niet eens in De Tien voorkwam, maakte geen verschil. De uitgeverij verkoos toen de gevestigde bestsellerauteurs boven de aanstormende talenten. De Tien verscheen daarop elders.
Heeft de uitgeverij van deze kwestie uit 2013/2014 geleerd? Het lijkt er niet op. De Bezige Bij had destijds niet bijtijds de gevoeligheid onderkend om eventuele bezwaren bij anderen te kunnen wegmasseren. Dat is precies wat er dit keer ook misging. Abou Jahjah heeft in Vlaanderen een andere reputatie dan in Nederland, waar hij nog altijd bekend staat als de heetgebakerde activist die te vaak uit de bocht vloog. Zijn columns in De Standaard leest daar niemand. De hoofdredacteur Vlaanderen Katrijn Van Hauwermeiren – zelf een Vlaamse, zij het met jarenlange ervaring in Nederland – heeft daarom het potentiële risico van het binnenhalen van deze auteur onderschat. Net als haar baas Henk Pröpper.
Daar komt bij: Abou Jahjah stáát al op de fondslijst van De Bezige Bij. Zijn Dagboek Beiroet-Brussel, een verslag van de oorlog tussen Isräel en Libanon in 2007, is zelfs te koop via deuitgeverijsite. Tegen betaling van 20,95 euro wordt er on demand een exemplaar geproduceerd. Dit 256 pagina's tellend boek verscheen oorspronkelijk in 2008 bij Meulenhoff/Manteau. Deze imprint van Standaard Uitgeverij, destijds geleid door Harold Polis, ging in 2010 op in de zelfstandige uitgeverij De Bezige Bij Antwerpen. Toen die uitgeverij in 2014 werd opgeheven kwam het terecht bij De Bezige Bij. Dus, zou je zeggen, wie zou bezwaar aantekenen tegen een nieuw boek van zijn hand?
Maar nu is het te laat. Vlaamse Bezige Bij-auteurs als Stefan Hertmans en David Van Reybrouck hebben Abou Jahjah verdedigd. Zij hebben van dichtbij gezien hoe de columnist met het ouder worden zich steeds milder uitte. Goed, 'zijn heftige, provocatieve stijl van argumenteren [richt] vaak meer schade aan dan noodzakelijk', aldus Van Reybrouck in De Groene Amsterdammer. Maar: 'Voor de meesten [in Nederland] is Abou Jahjah niets minder dan de belichaming van de baarlijke duivel zelve. Die merkwaardige beeldvorming is in Vlaanderen inmiddels al jaren achterhaald.' Krijg dat nu echter nog maar eens uitgelegd aan de al te zeer geprovoceerde Durlacher en De Winter.
En Abou Jahjah zelf? Hij heeft het te druk met naar zijn mening belangrijker kwesties. In een op verzoek van NRC Handelsblad geschreven opiniestuk somde hij op: de positie van Israël in Europa, de positie van de islam en moslims, een radicale gelijkheid, de fundamenten van het internationale beleid. 'Dat zijn discussies die ik veel interessanter vind dan die rond mijn eigen persoon. Dat zijn zaken waarvoor ik me als activist inzet. En dat zijn de kwesties waarin ik me als schrijver verdiep en waarover ik nu voor De Bezige Bij een boek aan het schrijven ben. Als mijn criticasters daarover willen debatteren, dan zal ik met veel plezier van de partij zijn. Maar voor lege welles-nietesspelletjes en dovemansgesprekken moeten de dames en heren in kwestie mij excuseren. Sorry daarvoor.'
Ondertussen schrijft hij rustig door aan Pleidooi voor radicalisering waar, door alle heisa, reikhalzender naar wordt uitgekeken dan welk ander geschrift van zijn hand ooit.
(Eerder verschenen op Knack.be, 2 mei)

dinsdag 3 mei 2016

Nederland Leest krijgt een nieuwe impuls met veranderd concept (Bibliotheekblad)

Nederland Leest zet niet langer een boek maar een thema centraal. Dat maakte de CPNB zojuist bekend. Eerder schreef ik al een toelichting daarop voor Bibliotheekblad.

Nederland Leest zet niet langer een boek maar een thema centraal. Voor de eerstvolgende editie in november aanstaande is dat ‘democratie’. Bibliotheekleden krijgen nog steeds een gratis boek. Zij kunnen dit keer kiezen uit drie titels. Het idee is dat zij hun mening geven over het thema door hun positie te bepalen bij drie stellingen, er vervolgens over te lezen en aan het einde van de actie, tijdens een grote debatavond in hun lokale bibliotheek, met andere leden te discussiëren over democratie. Op 21 april wordt dit officieel bekendgemaakt aan het grote publiek.
De CPNB heeft twee redenen om deze veranderingen door te voeren, vertelt adjunct-directeur Gijs Schunselaar. De eerste is de nieuwe bibliotheekwet. ‘Daarin worden expliciet aanvullende eisen gesteld aan bibliotheken naast hun uitleenfunctie van boeken. Bibliotheken moeten een plek zijn voor debat en ontmoeting. In feite gebeurde dat al tijdens Nederland Leest. Er waren evenementen waar ruimte was om te praten over het boek en de thema’s. Maar dat was altijd secundair. Dat is nu gekanteld. We wilden dat aspect van de actie nu voorop zetten.’
Ten tweede hadden zowel CPNB als het Campagneteam van de VOB het gevoel dat Nederland Leest na tien succesvolle edities een nieuwe impuls nodig had. ‘De campagne is niet meer weg te denken uit het jaarcurriculum. Maar het idee dat je zandzakken voor de bibliotheek moest leggen om de stroom leden aan te kunnen die het gratis boek wilde hebben, is voorbij. Mensen weten wel dat ze er makkelijk aan kunnen komen. We moesten op een of andere manier een slag maken.’
Ook feedback vanuit bibliotheken wees in die richting. Schunselaar: ‘We hoorden bijvoorbeeld dat de keuze voor een klassieker de campagne toch een bepaalde sfeer geeft. Als je het gechargeerd zou zeggen: dat de bibliotheek er alleen is voor oude boeken. Waarom kun je geen nieuwere titels inzetten? Zo waren er allerlei speldenprikjes die ons deze kant op duwden.’
Voor bibliotheken verandert er in de praktijk weinig. Ze delen nog steeds boeken uit, ze organiseren nog steeds avonden. De CPNB stuurt voor dat laatste tien opiniemakers langs bibliotheken, die gezamenlijk een breed spectrum aan meningen vertegenwoordigen. Daarnaast kunnen bibliotheken ook zelf sprekers uitnodigen. Wel kunnen bibliotheekmedewerkers trainingen krijgen om te leren hoe je een debatavond organiseert en in goede banen leidt. De CPNB werkt daarvoor samen met het Nederlands Debat Instituut.
De CPNB wil bibliotheekleden nu een keuze uit drie verschillende titels laten maken om zo een breder publiek te kunnen plezieren: Lord of the Flies van William Golding, Liefde en schaduw van Isabel Allende en Morten van Anna Levander. ‘Jong, oud. Man, vrouw. Veel- of weiniglezers. Voor ieder type lezer zit er een boek bij dat hem of haar aanspreekt. Ook voorkom je dat mensen denken: het is verplichte kost, ik moet dít boek lezen. Bovendien sluit het aan bij het thema democratie dat ze kunnen kiezen. En het vergroot de attentiewaarde. Het maakt het minder gewoon dat mensen een gratis boek krijgen.’
(Eerder in andere vorm gepubliceerd in Bibliotheekblad 3/2016)

Zie ook:

vrijdag 29 april 2016

Boekhandel De Zondvloed leest integrale roman Brouwers voor (Boekblad)

Boekhandel De Zondvloed in Mechelen organiseert ter gelegenheid van Jeroen Brouwers 76e verjaardag op 30 april 'Brouwers luidop'. Vrijwilligers lezen de integrale roman voor waar de boekhandel naar is vernoemd.

De openingszin van De zondvloed wordt aanstaande vrijdag 29 april voorgelezen om 10 uur. Het slot van de 652 pagina's tellende roman (volgens de recentste, vorig jaar verschenen editie) wordt naar schatting 36 uur gehaald. 'We zorgen ervoor dat iedere volgende lezer klaarstaat zodat het voorlezen zonder pauze door kan gaan', zegt initiator Ann Meskens. Het hele programma is live op internet te volgen via www.brouwers-luidop.club.
Het absolute minimum voorlezers, hadden Meskens en haar echtgenoot Johan Vandenbroucke berekend, om het evenement te doen slagen was 38. Inmiddels hebben zich 68 mensen aangemeld, die van uitgeverij Atlas Contact een Brouwers-boek cadeau krijgen. Vandenbroucke: 'En er kunnen er nog meer bij, hoor.' Meskens: 'Er zitten ook kinderen bij. Hun tempo ligt wellicht iets lager, maar volgens onze berekening moet het lukken op 30 april om ongeveer tien uur 's avonds klaar te zijn.'
Of het evenement veel publiek zal trekken, kunnen Meskens en Vandenbroucke niet zeggen. 'In de nacht zal niet druk zijn. We zorgen wel voor fleecedekentjes en nachtlantaarntjes. Mensen die willen kunnen ook even gaan liggen. Maar op de vrijdag- en zaterdagavond zal er meer volk zijn. We zorgen ook voor Brouwers-hapjes en drankjes. Indonesische kleine hapjes natuurlijk, en cola-tic: cola met jenever, zoals hij graag drinkt.'
Brouwers zelf is te broos om in Mechelen aanwezig te zijn. Daarom is er ook de livestream: zo kan hij zelf volgen vanuit Zutendaal. Wel zal zijn werk overvloedig aanwezig zijn. Vandenbroucke: 'Met zijn 75e verjaardag vorig jaar is eigenlijk alles opnieuw verschenen. Dat is nog steeds leverbaar.' Meskens: 'We zullen al die uitgaven mooi gestapeld neerleggen. Hopelijk zal Brouwers luidop veel mensen ertoe aanzetten om ook diens werk te gaan ontdekken.'
De Zondvloed wil de voorleesactie overigens niet eenmalig doen. Daarvoor vinden de twee eigenaren het te leuk. 'Als er een goede gelegenheid is', zegt Vandenbroucke die er geen vaste moment aan wil koppelen. 'Een klant stelde voor om Honderd jaar eenzaamheid voor te lezen. Misschien doen we die vorig jaar, maar het leek ons gepast om in ieder geval met De zondvloed te beginnen.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 26 apr)

Zie ook:

maandag 25 april 2016

Singel Uitgeverijen boekt succes met Ebookalarm.nl (Boekblad)

Iedere dag een aanbieding van een e-boek met kortingen tot 80 procent. Dat is het idee achter Ebookalarm.nl. Singel Uitgeverijen is na drie maanden tevreden over de resultaten.

Het begon op 21 januari met Tirza van Arnon Grunberg (Nijgh & van Ditmar). Vandaag is het Weduwspek van Monika van Paemel (Querido). En daartussen waren er iedere dag andere aanbiedingen van een titel uit de verschillende Singel Uitgeverijen-fondsen. Als de gewone prijs minder dan 10 euro is, kost het e-boek 24 uur 1,98 euro. Als de gewone prijs meer dan 10 euro is, gaat hij weg voor 2,99 euro. De exclusieve leverancier is Kobo, naar wie Ebookalarm.nl doorverwijst.
‘We zochten naar een manier om digitaal lezen onder de aandacht te brengen’, legt online marketing & salesmedewerker Esther van Dijk uit. ‘Met een goedkoop instappunt wagen mensen toch eerder de stap. Bovendien creëren we op deze manier een gevoel van urgentie. Bij een aanbieding van een papieren boek voor 5 euro denk je: bestellen, anders is hij straks op. Bij e-boeken heb je dat nooit – als je die bijvoorbeeld een maand tegen een gereduceerde prijs aanbiedt. Nu pak je toch de impulskopers.’
Een tweede gedachte achter Ebookalarm.nl is: aandacht geven aan de backlist. Van Dijk: ‘We zoeken een combinatie van wat oudere titels en recentere titels – tot twee, drie maanden oud. Niet jonger, dat zou te veel kannibaliseren. We letten daarbij op themadagen als moederdag en Valentijnsdag, maar ook op het verschijnen van nieuwe titels. Dan kunnen we juist op die dag een aanbieding doen met een oudere titel van dezelfde auteur.’
Na drie maanden is Singel Uitgeverijen ‘heel blij’ met de resultaten. Verkoopcijfers geeft Van Dijk niet. Maar: ‘die nemen gestaag toe. Soms verkopen we op een dag dertig exemplaren van een e-boek waarvan al vier, vijf maanden niets hadden verkocht. Daar word je heel blij van. Daarnaast levert het publiciteit op. Op sociale media wordt er positief over gesproken. En de nieuwsbrief, waarin we aankondigen welke titels de komende week aan bod komen, gaat al naar zo’n duizend e-mailadressen.’
Singel Uitgeverijen werkt exclusief met Kobo ‘omdat zij snel wilden en konden schakelen’ zegt Van Dijk. ‘Dat was wel zo makkelijk. Maar wij staan er open voor het concept verder uit te rollen naar andere retailers met affiliate-programma’s. We gaan rond de zomer evalueren, dan beslissen we wat we precies doen. Wel is zeker dat we doorgaan met Ebookalarm.nl.’

Zie ook:

zaterdag 23 april 2016

Read to Grow zamelt voor 15e keer boeken in op Wereldboekendag (Boekblad)

Doet Nederland helemaal niets aan Wereldboekendag op 23 april? Toch wel. De stichting Read to Grow zamelt dit jaar al voor de vijftiende keer boeken in voor scholen en andere instellingen in ontwikkelingslanden.

Sinds 2002 haalt Read to Grow Engels- en Franstalige boeken op bij internationale scholen. Inmiddels gebeurt dat in Nederland, België, Luxemburg en Duitsland. 'In Nederland gaat het om 25 scholen. Dat zijn zo'n beetje als internationale, Amerikaanse, Britse en Europese scholen,' zegt voorzitter Robert Romme. 'En dan zijn dit alleen nog de boeken die we zelf ophalen. Mensen horen van onze stichting, worden enthousiast en haken zelf aan. Zo kregen we vorig jaar ook boeken uit Canada en Japan.'
In 2014 – het recentste jaar waar cijfers over beschikbaar zijn – zamelde alle scholieren 41.723 boeken in. Romme: 'Eigenlijk krijgen wij ieder jaar tot wel 50.000 boeken. Maar wij selecteren streng. Op kwaliteit, maar ook op politiek, religie en geweld. Die boeken gaan eruit. Wij vinden: ieder kind of jonge man/vrouw heeft het recht om te lezen. Dan moet dat niet gehinderd worden door de politieke situatie in het land waar wij projecten steunen of de daar heersende religie. Wij sturen neutrale boeken.'
Omdat in Nederland niets gedaan werd aan Wereldboekendag – simpelweg omdat 23 april te kort op de Boekenweek zit – heeft Read to Grow direct in het begin toestemming gevraagd én gekregen van Unesco om de naam en de datum te gebruiken. 'Wij zorgen ervoor dat de scholen tot 23 april boeken inzamelen. Maar dit jaar valt het toevallig op een zaterdag, dus scholieren zullen hooguit tot morgen doorgaan. Wij halen daarna in de komende zes weken tot twee maanden de boeken op.'
Op Wereldboekendag zelf doet Read to Grow dus niets. Ook de jaarlijkse uitreiking van de World Book Day Award vindt later in het jaar plaats. 'Die gaat altijd naar de school die, omgerekend naar het aantal boeken per leerling, het meeste boeken heeft ingezameld', zegt Romme. 'Dit jaar, weten we al, gaat die voor de derde keer naar de American School of Rotterdam, die tweehonderd leerlingen heeft. We hebben burgemeester Aboutaleb gevraagd de Award uit te reiken, maar dat is nog niet zeker.'
Gaat Wereldboekendag, dat elders in de wereld (denk bijvoorbeeld aan Spanje en Groot-Brittannië) een groot evenementen is, dan helemaal aan Nederland voorbij? Boekhandel Van de Ven in Soest afficheert het auteursbezoek van Lars van der Werf nadrukkelijk als activiteit in het kader van Wereldboekendag. De dichter zal tussen 11 en 12.30 uur ter plekke versjes op maat voor klanten schrijven. Ook krijgen klanten in navolging van de Spaanse traditie een roos.
En zo is er meer. Stichting Tilburgse Markten heeft zaterdag op de markt op het Koningsplein tal van acties. De eerste honderd bezoekers krijgen een roos. De bibliotheek deelt snoeppapier uit. Er worden boeken van uitgeverij Pix4Profs verloot. De tweedehandsboekenwinkel Books4life, die de opbrengst schenkt aan goede doelen, zamelt ter plekke boeken in. Jan Völker, campusdichter van Tilburg University, treedt op. Et cetera.
Onduidelijk is of Unesco toestemming voor deze activiteiten heeft gegeven. Vermoedelijk niet. De officiële lijst activiteiten meldt voor Nederland niets dan enkele pop-upbeurzen van de International League of Antiquarian Booksellers en de Nederlandse editie van het Shakespeare-festival dat de British Council overal organiseert. Maar het is wel een idee als boekhandels in de toekomst activiteiten op 23 april koppelen aan een mondiaal evenement. De activiteit krijgt automatisch meer gewicht.
Tot slot is er ook een inhoudelijk evenement. Wereldboekendag valt op 23 april omdat het de sterfdag is van onder andere Miguel de Cervantes en William Shakespeare – dit jaar zelfs hun 400e sterfdag. Ter gelegenheid daarvan vindt in Felix Meritis het Shakespearefestival plaats. Bekende dichters, acteurs, muzikanten dragen gezamenlijk alle 154 sonnetten van de Britse auteur voor. Daarnaast zijn er workshops en muziek.
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 21 april)

vrijdag 22 april 2016

Jenny Erpenbeck toont in 'Gaan, ging, gegaan' de grens van de medemenselijkheid (Athenaeum.nl)

De hoofdpersoon van Jenny Erpenbecks roman Gaan, ging, gegaan (vertaling Elly Schippers) geeft de lezers het goede voorbeeld. Richard probeert de asielzoekers in zijn stad werkelijk te leren kennen. Erpenbeck maakt echter duidelijk dat hij niet voorbij zijn eigen grens kan komen.

Heeft Osarobo het gedaan? Als Richard, emeritus professor in de klassieke filologie, na een nacht afwezigheid thuiskomt is zijn Berlijnse huis overhoop gehaald. Er zijn wat sieraden weg. Een portemonnee is leeggeroofd. De schade valt mee. Op de psychische schade na – door zijn koortsachtig gepieker of de West-Afrikaanse asielzoeker de dader is of niet. Richard had Osarobo een dag voor vertrek verteld dat hij in Frankfurt zou zijn. Hij moet de dader wel zijn. Het kan niet anders. Toch? Richard krijgt nooit de kans het hem op de man af te vragen. Osarobo houdt verder contact af.

Tot hij thuis is, kan hij zich nog beheersen, maar dan zit hij aan zijn bureau voor het donkere computerscherm. De ziel van Osarobo, dat weet hij, vliegt nu het heelal in, ergens heen waar geen regels meer zijn, waar je met niemand rekening hoeft te houden, maar waar je ook voorgoed en door en door en onherroepelijk alleen bent. Op aarde blijft hij, Richard, achter met zulke mensen als Monika en besnorde Jörg. Zoals de leeuwen op Osarobo’s profielfoto ziet hij hen al hun tanden ontbloten: Dat hadden we je meteen kunnen vertellen! Richard huilt zoals hij sinds de dood van zijn vrouw niet meer gehuild heeft.

Of heeft Osarobo het toch niet gedaan?

De scène – tegen het einde van Gaan, ging, gegaan – komt op een cruciaal moment. Erpenbecks beschrijving van de asielzoekers roept tot pagina 280 bij de lezer een toenemend ongemak op. Of het nu de intelligente Ali is die dokter wil worden, de verhitte Rashid wiens kinderen zijn verdronken bij de overtocht naar Italië of de van oorsprong Ghanese Awad die wordt vermalen in de voor hem onbegrijpelijke Libische stammenstrijd: alle asielzoekers zijn slachtoffers van oorlog en terreur. Bestaan er dan helemaal geen economische vluchtelingen? Piept niet één kwaadwillige de grens naar het rijke Westen over? Alle personages lijken uitsluitend slachtoffers van de Duitse staat die hen met haar onverbiddelijke wetten en regels vermaalt.
En dan vindt de onopgeloste inbraak plaats. Richards gepieker daarover confronteert de lezer hard met zijn eigen vooroordelen. Vluchtelingen worden door politici en journalisten uitsluitend neergezet als anonieme gevallen. Je gaat hen daarom zien als kleine onderdelen van grote getallen. Natúúrlijk, denk je op een gegeven moment, zitten er economische vluchtelingen en potentiële terroristen onder de vluchtelingen. Maar de waarheid is: je weet het niet. En net als Richard krijg je nooit de kans het vluchtelingen te vragen, omdat hun stem in de media weinig wordt gehoord. Tenzij je zelf je best doet hen, stuk voor stuk, te leren kennen.
Dat is wat Richard doet in Gaan, ging, gegaan. Als weduwnaar met pensioen gestuurd, voelt hij zich buiten de tijd gevallen. Waarvoor leeft hij nog? Alleen de dood, die alom aanwezig is in zijn omgeving, wacht hem nog. Daardoor raakt hij gefascineerd door een groep mensen die hij voorheen net als iedereen negeerde of op zijn best met een half oog op het tv-journaal voorbij zag komen. Hij herkent in hen lotgenoten. Ook asielzoekers mogen niet meedoen aan de maatschappij zolang de procedure loopt. Ze mogen hooguit een beetje Duits leren.
En dan gebeurt iets wat Erpenbeck als bijna onvermijdelijk presenteert: Richard ontwikkelt sympathie voor de groep asielzoekers die tijdelijk bij hem in de buurt in een oud bejaardenhuis zitten. Als inwoner van het voormalige nazi-Duitsland en DDR krijgt hij het gevoel dat hij geen recht heeft over hen te oordelen. Door zijn eigen slechte huwelijk en mislukte relatie met een minnares voelt hij dat hij een herkansing krijgt om wél voor mensen te zorgen. En dan dat bejaardenhuis: de vluchtelingen zitten op de plek waartoe hij zichzelf voorbestemd acht.
Dat Richard hen gaat helpen is de volgende logische stap. Hij koopt zelfs een stuk land voor de Ghanese Karon. Kost hem maar 3000 euro. Maar ook voor de emeritus professor is de onopgeloste inbraak een keerpunt. Richard beseft dat hij Osarobo nooit werkelijk kan helpen – net zomin als alle andere asielzoekers die hij op een gegeven moment in huis neemt. Hun problemen zijn te groot. De Duitse staat met zijn vuistdikke wetboeken, hun grootste tegenstander, is ook hem te sterk. Hij zal moet leven met de beperkingen van wat hij vermag.
Zo heeft Erpenbeck haar roman knap opgebouwd – door niet alleen de lezer maar ook haar hoofdpersoon met een en dezelfde scène aan het wankelen te brengen. Maar dat mag niet verbazen in een boek waarin alle elementen samenspannen om een grote boodschap te brengen: dat medemenselijkheid vereist is, maar dat die per definitie is begrensd. Of zoals Richard aan het slot beseft in relatie tot de dood van zijn vrouw: ’Toen [is me] duidelijk geworden dat wat ik kan verdragen alleen de oppervlakte is van alles wat ik niet kan verdragen.’
Tot slot. Dat citaat is weer een voorbeeld van Erpenbecks glasheldere taal die door het ritme (mooi behouden door vertaalster Elly Schippers) vol herhalingen een toepasselijke melancholieke tint heeft gekregen. Laat ook dat gezegd zijn.
(Eerder gepubliceerd op Athenaeum.nl, 18 apr)

Zie ook: