maandag 8 februari 2016

Hoe thema en motieven te herkennen? Een case-study (De Boekensalon)

Gaat Een honger van Jamal Ouariachi over pedofilie? Het onderwerp is zo uitzonderlijk dat je dat bijna zou denken. Met een paar eenvoudige trucs kun je ontdekken waar de roman echt over gaat.

Het is begrijpelijk dat de media Een honger van Jamal Ouariachi reduceren tot 'die roman over pedofilie'. Een schrijver die afdaalt in de geest van wat tegenwoordig geldt als dé verpersoonlijking van het kwaad: een pedofiel – dat gebeurt zelden, dat maakt het boek opvallend. Wie de vuistdikke roman, bijna zeshonderd bladzijden, heeft gelezen krabt zich echter achter de oren.
Zeker, de befaamde ontwikkelingswerker Alexander Laszlo is veroordeeld voor een zedenmisdrijf met een minderjarige. Aan het einde wordt onthuld wat hij precies heeft misdaan. De roman bevat een 35 pagina's tellend pleidooi tégen de maatschappelijke hysterie over seks en kinderen. Maar waarom schrijft Ouariachi tientallen pagina's over Laszlo's reizen naar Ethiopië? Waarom besteedt hij zoveel aandacht aan Aurélie Lindeboom – zijn ex aan wie Laszlo vraagt zijn biografie te schrijven?
Dat kan alleen betekenen dat Een honger niet over pedofilie gaat. Waarover dan wel? Hoe kom je, afgeleid door de framing van dit boek, daar achter?

Hongersnood
Een belangrijke aanwijzing verschaft, zoals altijd, de openingsscène. Daarin gooit Aurélie rijst weg. 'Vier porties, minstens'. Ze voelt zich daar goed bij, omdat het een luxe is eten weg te kunnen gooien. 'Denk aan De Kindertjes In... - Nee, ze denkt nu eens even niet aan De Kindertjes In. Met De Kindertjes In heeft ze niets te maken.' Wat zou thema van de roman zijn als je het aan de hand hiervan formuleert?
Zoiets: het contrast tussen ons eigen comfortabele leven in het rijke westen versus de dagelijkse strijd om het bestaan in armoedige derdewereldlanden – een thema minstens zo actueel en relevant als pedofilie. Ouariachi bevraagt de genoegzaamheid waarin wij menen de immense problemen elders in de wereld terzijde te schuiven. Is dat goed? En is dat eigenlijk wel mogelijk?
Wie vervolgens met deze vragen Een honger leest, ontdekt dat werkelijk ieder aspect bijdraagt aan mogelijke antwoorden. Ouariachi zet de zeer bij de wereld betrokken Laszlo met zijn overspannen verwachtingen van wat zijn inspanningen kunnen opleveren, tegenover de onverschillige Aurélie die zich alleen wenst te bekommeren om zichzelf en haar gezin.
Daarom staat hij uitgebreid stil bij twee reizen naar Ethiopië. Komt Laszlo daar in 1984 voor het eerst, het jaar van de grote hongersnood, dan schiet hij met al zijn daadkracht in actie. Komt Aurélie daar twintig jaar later, in het kader van een scriptieonderzoek, dan schrikt ze terug voor een samenleving waarin alles minder soepel loopt dan in Amsterdam. Aan de lezer de vraag wat zinvoller of realistischer is.
Ook het onderwerp pedofilie is binnen dit thema onder te brengen. Laszlo gaat immers niet ten onder aan een ziekelijke seksuele neiging maar, zoals zal blijken, aan zijn ziekelijke neiging mensen te willen helpen. Hij is zo overtuigd van de superioriteit van zijn betrokkenheid bij de medemens dat hij van de weeromstuit 'pedofiel' aanneemt als geuzennaam.

Champagne
Lees je een roman met een gekleurde bril als je je laat leiden door de openingsscène? Sluit je je ogen voor mogelijk andere interpretaties? Zoek dan bevestiging in de slotscène. Ook die is nooit toevallig. Lees beide slotscènes in Een honger. Eerst komt het einde van het lopende verhaal, daarna volgt een flashback naar de dag dat Aurelie's en Laszlo's relatie abrupt eindigt.
In de eerste komt Aurélie thuis. Opeens drijft een gaswalm uit het appartement van de gestoorde Toon-van-twee-hoog. Wat moet ze doen? Toon helpen? Natuurlijk niet. Ze vlucht. Het enige waar ze nog aan denkt is de knuffel van haar dochter. Als het gevaar even later is geweken en de politie Toon heeft meegenomen, zijgt ze neer op een terras om bij te komen, hopend dat Toon nooit meer terugkomt.
In de epiloog beleven Aurelie en Laszlo, nog onwetend van de nabije toekomst waarin hun levens voorgoed overhoop worden gegooid, een gelukkige dag. Ze worden tegelijk wakker, vrijen, doen samen boodschappen, drinken champagne in het park... Aurélie besluit dan: 'Ik ben gelukkig'.
Zo tonen de slotscènes samen Ouariachi's logische conclusie. Alleen als je je werkelijk verbindt met een ander kun je gelukkig zijn. Maar een mens kan zich niet met iedereen met verbinden en beperkt zich – zeker als omstandigheden hem dwingen instinctief te kiezen – daarom tot zijn eigen gezin. Misschien is het moreel verwerpelijk om je onverschillig te tonen over de anderen, maar wel het makkelijkst en aangenaamst.

Eiland
Minstens zo veelzeggend zijn de motieven van Een honger. Een motief is een element dat veelvuldig in andere literatuur voorkomt – denk aan het dubbelganger- of wraakmotief – en/of meermaals binnen hetzelfde verhaal opduikt. In beide gevallen krijgt het door de herhaling een sterkere betekenis dan een willekeurig ander element. Het herkennen van motieven vereist ervaring en aandacht.
Ervaring omdat je dankzij kennis van bestaande literatuur vaste motieven herkent. Zo varieert Ouariachi op het motief oudere man en jonge vriendin – en valt des te sterker de ongelijkheid van de betrokkenheid in een dergelijke relatie op. En aandacht, omdat dan opvalt dat de zin 'Hier is de wereld' steeds terugkeert – waarmee Ouariachi benadrukt dat het onmogelijk is je terug te trekken op je eigen eiland.
Vooral als de gevonden motieven het thema ondersteunen, weet een lezer dat hij beet heeft. In een echt goed boek als Een honger hangen thema en motieven altijd samen.
(Eerder gepubliceerd in De Boekensalon)

Zie ook:


Geen opmerkingen: