Bibliotheken
doen hun uiterste best om nieuwkomers in Nederland te helpen.
De bibliotheek kan
dat het krachtigst doen als er landelijk één programma komt dat de
bibliotheken lokaal tegelijk uitrollen. Dat is de overtuiging van Maarten
Crump.
Laat een
ding duidelijk zijn. Maarten Crump van The Alignment House heeft 'diep respect'
voor de initiatieven die openbare bibliotheken de afgelopen maanden hebben
genomen om vluchtelingen te helpen. Inzamelingsacties, pop-upbibliotheken in
azc's, flyers in het Engels en het Arabisch, boekendonaties, enzovoorts.
'Bibliotheken hebben hun maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen.'
Alleen: veel
initiatieven waren ad hoc. 'Begrijpelijk. Zo opereerden partijen als het
Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) ook toen ze werden geconfronteerd met
de groeiende vluchtelingenstroom. Maar pas als je lokale initiatieven kunt
verbinden aan een landelijk beleid kan een bibliotheek echt slagvaardig
optreden. Het is zaak dat landelijk beleid zo snel mogelijk vorm te geven.'
Crump
heeft ook gemerkt dat bibliotheken die wilde samenwerken met gemeenten en COA,
al was het maar om te polsen waar vluchtelingen behoefte aan hebben, nauwelijks
werden gehoord. 'Die partijen hadden het te druk. En nog steeds: kijk naar de
bestuursakkoorden die zijn gesloten of naar het handboek rond crisisnoodopvang.
Daar komt het woord "bibliotheek" niet in voor.'
Pas als
er een landelijk beleid is voor de rol en betekenis van openbare bibliotheken
voor vluchtelingen, 'wordt de bibliotheek gezien als de partner van de
relevante beleidsmakers die het in mijn ogen ook is', zegt hij. 'Als er op
landelijk niveau akkoorden zijn gesloten, horen gemeenten en COA-afdelingen ook
van hún landelijke organisaties dat de deur van bibliotheken openstaat. Dan zal
de verbinding lokaal makkelijker worden gelegd.'
Op het
moment dat de stroom vluchtelingen in de zomer van 2015 een enorme omvang
kreeg, besefte Crump – die de Bredebieb begeleidt, de community van vijftien
openbare bibliotheken – dat de bibliotheek een centrale plek kan en moet
innemen. Zowel in het debat over vluchtelingen als in het helpen van
vluchtelingen met het vinden van een plek in de maatschappij.
Ten
eerste het debat. 'De
bibliotheek is de ideale, want neutrale plek om abstracte vraagstukken als de
klimaatverandering, de invloed van robots op ons leven, maar ook de instroom
van vluchtelingen te verbinden met inwoners. De bibliotheek kan een platform
creëren waar inwoners en vluchtelingen met elkaar kunnen praten over hoe om te
gaan met de vluchtelingenstroom. Juist ook op lokaal niveau. Het gaat erom de
grote maatschappelijke vraagstukken te vertalen naar de lokale context.'
Ten tweede: 'De
kern van de bibliotheek is het verbinden van mensen met kennis. De bibliotheek
bood vluchtelingen echter vooral shelter.
Op allerlei plekken kunnen ze er 's ochtends terecht voor koffie. Ze kunnen er
ook computers gebruiken, waarop ze contact met hun land van herkomst kunnen hebben.
Maar door ook de kernwaarde in te zetten kunnen bibliotheken vluchtelingen
helpen om zich hier een plek te verwerven.'
Crump schoot
daarop in actie. Hij vond weerklank voor zijn ideeën binnen de Bredebieb. Hij
raakte na de eerste landelijke brainstorm over bibliotheek en vluchteling die
de VOB en KB begin oktober organiseerde in contact met deze twee landelijke
organisaties. 'Ik ben toen door Cor [Wijn, directeur a.i. van de VOB] gevraagd
om een aantal zaken op te pakken.'
Deze special projects, zoals Wijn het noemt,
gaan over 'het zichtbaar maken van openbare bibliotheken op het terrein van
werk en participatie, vluchtelingen en zorg en welzijn', zoals het volgens een
recente mededeling van de VOB heet. Crumps opdracht 'omvat het maken van een
analyse en business case, het leggen van verbinden en het aanzetten van het
netwerk om de special projects op de
kaart te zetten.'
Voor het thema
vluchtelingen heeft Crump contact gelegd met de op dit gebied hoogste
instanties: de ministeries van Veiligheid & Justitie en Sociale Zaken. Het
eerste departement is verantwoordelijk voor instellingen als het COA en de
Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND), het tweede is verantwoordelijk voor
de integratie van vluchtelingen en hun 'route naar werk', zoals Crump het noemt.
'De COA geeft
bijvoorbeeld ook taallessen in noodopvanglocaties. Waarom zou de bibliotheek
dat niet over kunnen nemen? Maar dat betekent ook dat de bibliotheek ambulant
moet zijn en voor die taallessen naar de noodvoorziening toe kan gaan. Zo ben
ik bezig om alle mogelijkheden en kansen, maar ook eventuele knelpunten voor de
bibliotheek in kaart te brengen.'
Het
achterliggende systeem achter de vluchtelingenopvang is in essentie simpel –
hoe complex ook in de praktijk. Een vluchteling doorloopt vier fases. Een: een
kort verblijf in de crisisnoodopvang van maximaal 2 keer 72 uur. Twee: verblijf
in een noodopvang van maximaal zes maanden. Drie: verblijf in een azc of
nood-azc. En vier: verhuizing naar een woning die wordt geregeld door de
gemeente.
Die fases gaat
gepaard met drie verschillende statussen. Bij eerste registratie door de IND is
de vluchteling statusloos. Als hij een voorlopige verblijfsvergunning van vijf
jaar krijgt, wordt hij statushouder. Uiteindelijk kan hij dan Nederlander
worden. Daarnaast moeten statushouders bij het begin van hun inburgering een
participatieverklaring tekenen, waarin ze de Nederlandse normen en waarden
onderschrijven.
Het kabinet wil
daarbij vluchtelingen nog sneller aan de samenleving laten meedoen dan tot op
heden het geval is. Vluchtelingen krijgen eerder en meer taalonderwijs. Ze
worden direct gescreend om hun vaardigheden, diploma's en werkervaring in kaart
te brengen. Gemeenten krijgen een aanzienlijk groter budget om dit te
realiseren: 2370 euro per vluchtelingen tegen 1000 euro vroeger.
Crump: 'In feite
moet de bibliotheek een menu samenstellen zodat je voor elke fase en elke
status een aanbod hebt, waarbij je rekening houdt met de veranderingen die het
kabinet heeft ingezet. Bibliotheken hebben van alles: ict-oplossingen als G!DS
en Oefenen.nl, programma's in de bibliotheken voor kinderen en volwassenen, een
netwerk om vluchtelingen te kunnen doorverwijzen.'
Het wordt een
menu à la carte. 'We identificeren met bibliotheken bouwstenen voor het menu.
Vervolgens kunnen we daar landelijke afspraken over maken. De vertaling van het
menu naar de lokale situatie vindt dan plaats in onderling overleg tussen
bibliotheek, COA en gemeente, afhankelijk van de lokale behoefte en
mogelijkheden.'
Hij legt nader
uit: 'Zit er bijvoorbeeld een noodopvang of een azc? Hoe groot zijn die? En wat
zijn lokale omstandigheden? In de ene azc kan het vluchtelingen een groot deel
van hun karige zakgeld kosten om naar de bibliotheek te gaan, terwijl ze in een
andere de beschikking hebben over fietsen en die ook graag gebruiken.'
Crump ziet het
menu dan ook niet als een landelijk opgelegd blauwdruk voor lokale
bibliotheken. De inspanning van VOB en KB moet lokale bibliotheken juist helpen
om in hun eigen werkingsgebied zo goed mogelijk werk te leveren. 'Dit gaat niet
over een retailformule met een uniforme huisstijl. Dit gaat over bibliotheken
die in een netwerk opereren en hun individuele identiteit in een lokale context
behouden.'
Het is op het
moment van het gesprek, in de tweede week van december, nog te vroeg om uit te
leggen hoe het menu eruit ziet. Daar werkt Crump aan – mede met behulp van de
tientallen bibliotheken met wie hij contact heeft. Hij wil op een bijeenkomst begin
volgend jaar het menu bespreken. 'Het toetsen en verrijken', noemt hij dat.
Daarna moet voor ieder onderdeel de praktische ondersteuning vanuit de KB
worden ingevuld.
'Ik wil daarbij
niet precies voorkauwen wat de bibliotheken moeten organiseren en wie ze
daarvoor moeten bellen,' legt Crump uit. 'Maar bijvoorbeeld wél aangeven op
welk moment ze de gemeente moeten benaderen, op welk niveau ze dat moeten doen,
dat ze moeten aangeven op welke manier de bibliotheek landelijk opereert op dit
vraagstuk. Ik zie dat absoluut zo concreet voor me. Maar dat is voor later.'
Is Crump daarmee
niet te laat? De vluchtelingenstroom lijkt, mede door allerlei politieke
beslissingen op nationaal en Europees niveau, al over zijn piek. 'Natuurlijk.
Het landelijke beleid had er al een paar maanden geleden moeten zijn. Door de
piek werd het nu pas urgent. Maar het hoeft geen jaren te duren om dit goed te
ontwikkelen. Ik denk dat we aan het einde van het 1e kwartaal van 2016 al een
heel eind zijn.'
Daarbij: de
vluchtelingenproblematiek is echt niet voorbij. 'Denk voor de toekomst aan de
klimaatvluchtelingen. Dat wordt een nóg grotere stroom. Ook zouden problemen
met de huidige vluchtelingen op de lange termijn kunnen ontstaan, vergelijkbaar
met wat er met gastarbeiders is gebeurd. Dan kunnen we dit model doorvertalen.
Dus beter nu, iets te laat voor de piek van afgelopen zomer, dan helemaal
niet.'
(Eerder gepubliceerd in Bibliotheekblad jan 2016)
Zie ook:
- Routard maakt speciale gids voor vluchtelingen
Zie ook:
- Routard maakt speciale gids voor vluchtelingen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten