Hoe ervaren
schrijvers de boekhandels, uitgevers en boekenvakorganisaties waar ze mee
samenwerken? Karin Amatmoekrim pleitte in de Jan Campertlezing voor een literatuur die de beschaving vormgeeft. Uitgevers hoeven daarvoor niet
meer te doen dan talent in schrijvers herkennen en begrip hebben voor de
achtergrond van dat talent.
Literatuur kan het zich niet langer
veroorloven om apolitiek te zijn, concludeert u. Hoe gaat u dat doen?
'Ik heb geen
idee, maar ik zoek een manier om wakker te worden uit de apathie. Ik ben enorm
aangeslagen door de dingen die nu gebeuren, van de beslissingen die Trump neemt
op de eerste dagen van zijn presidentschap tot aan de brief die Rutte meent te
moeten schrijven aan de Nederlandse burgers. Er wordt wel gezegd dat literatuur
in dit soort tijden schoonheid moet creëren, als een antidotum tegen de
politieke werkelijkheid. Persoonlijk lukt het me niet op die plek van
schoonheid te komen als ik me verslagen voel. Dus de oplossing moet wel
schuilen in verzet. Tegen de heersende opvattingen, maar ook tegen mijn eigen
angst en defaitisme.'
Vindt u uw eigen werk getuigen van een
politieke inzet?
'Eigenlijk
niet, maar ik heb gemerkt dat het wel als geëngageerd geïnterpreteerd wordt.
Dat komt waarschijnlijk omdat ik een iets ander uitzicht heb op onze gedeelde
wereld, waardoor het vanzelf politiek lijkt. Dus waar sommigen een egalitaire
samenleving zouden zien, zie ik een ongelijk speelveld, met ongelijke kansen.
Door de manier van kijken wordt het vanzelf politiek.'
Hoe reageerden de aanwezigen in de zaal –
de laureaten van de Haagse literaire prijzen in de eerste plaats?
'Geen idee, ik
moest na mijn lezing terug naar Amsterdam. Ik kreeg wel veel bijval via email,
onder andere van Atte Jongstra die zich in mijn woorden kon vinden.'
Ziet u een tendens in de literatuur om
minder apolitiek te worden?
'Ik heb geen
compleet zicht op alles wat er gebeurt in de Nederlandse literatuur, maar in
het buitenland zie ik wel grote aandacht en waardering voor boeken die de
complexiteit van onze tijd trachten te vangen. Dat inspireert mij enorm, want
ik ben soms onzeker over de waarde van literatuur in de echte wereld, buiten
onze ivoren toren.'
Of hebben schrijvers simpelweg meer tijd
nodig om te reageren op de opkomst van populistische politiek met hun haat
tegen de ander?
'Reflectie
kost tijd, ja. Net als het wegen van je woorden. Ook voelen veel schrijvers,
denk ik, een grote onmacht om met de opkomst van dit rechts-populisme om te gaan.
Het is geen gelijkwaardig gesprek, want zij spelen volgens heel andere regels.
Hoe zeggen ze dat ook weer? Alsof je een potje schaak speelt met een duif. Jij
houdt je aan de regels, hij trapt alle pionnen om en zegt dan dat hij gewonnen
heeft.'
U verwijst naar Writers Resist in
Amerika. Zijn auteurs in andere landen geëngageerder?
'Misschien. Er
gaan in Nederland van tijd tot tijd stemmen op die oproepen tot meer
straatrumoer in de literatuur zoals Thomas Vaessens, of gevaarlijker boeken
zoals Marcel Möring, dus je zou kunnen stellen dat we niet de meest
maatschappelijk betrokken literatuur hebben. Dat hoeft natuurlijk ook niet. Ik
hou enorm van de Nederlandse literatuur en ik zal niemand oproepen om zijn
schrijverschap op een bepaalde manier in te richten. Maar het feit is dat we in
een heel enge tijd leven. Daar moeten we dan toch kaas van weten te maken. Of
was het worst? Nou ja, je weet wat ik bedoel.'
Hebben uitgevers in de praktijk ook een
maatschappelijke rol?
'Heeft niet
iedereen in zekere zin een maatschappelijk rol? Ik vind dat kwaliteit leidend
moet zijn in filteren van literaire talenten. Maar het zou bijdragen aan de
rijkdom van ons veld als iedereen, dus ook de uitgevers, buiten de gebaande
paden durft te denken. Het herinnert me aan de beslissing van plantenlabel
Topnotch om Roofstaat van Ewald Vanvugt uit te geven. Een boek dat
al jaren geleden was gepubliceerd, maar dat Topnotch waardevol vond omdat het
een kant van de geschiedenis vertelt die systematisch onderbelicht is. Bij de nieuwe
uitgave hebben ze alles zo opgesteld dat het een relevant, jong en betrokken
publiek kon bereiken. Dat boek haalde meerdere drukken, ondanks dat het toch
een behoorlijke pil is. Dat kan dus ook de rol van de uitgever zijn, maar die
is alleen zo in te vullen als er al de ambitie bestaat om de wereld te
herschrijven.'
Hoe geldt dat voor uw uitgeverij:
Prometheus? Mai Spijkers heeft de reputatie in de eerste plaats een zakenman te
zijn.
'Vergis je
niet; Mai Spijkers is een van de weinig mensen die de waarde van afkomst niet
reduceert tot een biografisch verkooppraatje. Hij weet dat afkomst relevant is
omdat het de identiteit van je schrijverschap bepaalt, zonder dat het iets te
doen heeft met de literaire waarde van je werk. Zoals religie en Zeeland invloed
zullen hebben op het schrijverschap van Franca Treur, en de oorlog en het
Jodendom op Harry Mulisch, zo beïnvloeden migratie en Suriname ook mijn ideeën
over de wereld. De kwaliteit van het werk ligt vervolgens bij het talent van de
schrijver. Het herkennen van dat talent, dat ligt onder andere bij de uitgever.'
Moeten ook boekhandels de bij de wereld
betrokken literatuur voorrang geven en actiever aan de man brengen?
'Ik kan me zo
voorstellen dat heel veel mensen houvast zoeken. Ik zoek het in mijn werk, de
lezer kan dat vervolgens vinden in dat werk, en de boekhandel zou dat kunnen
accommoderen door het gesprek over onze tijd te laten verlopen via de boeken
die ze onder de aandacht brengen. En je hoeft er de literatuur niet voor te
verlaten, he? Ik bedoel, wie Wat is de wat van Dave Eggers of Dit
zijn de namen van Tommy Wieringa heeft gelezen, zal altijd een menselijker beeld
overhouden bij het abstracte idee van de vluchteling. Maar goed, ik wil
helemaal niet vertellen wat boekhandels moeten doen of laten. Ik heb bij de Jan
Campert Lezing alleen woorden willen geven aan mijn onzekerheid en mijn angst.
Want als ik er, als schrijver, de woorden niet voor kan vinden, wat ben ik dan
nog waard?'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 25 jan)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten