Al sinds Mam,
vertel eens in 2004 verscheen, maakt Elma van Vliet in Nederland
furore. Nu lijkt een doorbraak in het buitenland aanstaande, met de
rechtenverkoop aan Penguin US als voorlopig hoogtepunt. Dat is een gevolg van
maatschappelijke veranderingen, denkt de schrijfster, die zich eerder bedenker
en ontwikkelaar van creatieve concepten noemt. En de inspanningen van haar
agent Marianne Schönbach.
Wanneer ben je in zee
gegaan met een agent?
'Al in 2005. Niet dat ik
toen een agent zocht. Ik wist niet eens wat dat was. Ik kwam uit de
telecombranche en had nog maar een jaar eerder voor het eerst met een uitgever
gesproken. Maar ik zocht mensen die me konden helpen bij mijn missie: mensen
verbinden in een steeds drukkere wereld waarin we het contact met elkaar
verliezen. Iemand zei toen dat ik eens met Marianne Schönbach moest praten. Wij
hadden direct een ongelooflijke klik. Zij snapte mij.'
Wilde je toen al alles
op alles zetten om succes te hebben in het buitenland?
'Rechtenverkoop was
helemaal niet aan de orde. Ik had in 2001 Mam, vertel eens gemaakt
omdat mijn moeder erg ziek was en ik bang was dat ze zou overlijden zonder dat
ik alles had kunnen vragen wat ik van haar wilde weten. Dát was mijn diepe
wens. Dat Het Spectrum een paar jaar later de gok wilde nemen om zoiets
ongekends als een leeg boek met een aantal vragen uit te geven, was al een
fantastische bonus. In die jaren daarna was ik vooral bezig met de reacties op
het boek, dat leidde tot nieuwe delen, te beginnen met Pap, vertel eens.
Wel zei Marianne meteen dat ze een redacteur in Duitsland kende die ze het boek
wilde laten zien: Ilka Heinemann van Droemer Knaur. Inderdaad werd zij er helemaal
verliefd op en verscheen het daar.'
Inmiddels zijn de
rechten verkocht aan tien landen, waarbij vooral dit jaar een versnelling lijkt
te zijn opgetreden. Hoe komt dat?
'Er zijn denk ik twee
verklaringen. Ten eerste is de wereld de afgelopen vijf jaar steeds sneller
gaan draaien, en de behoefte aan verbinding daarom steeds groter. In een
onafhankelijk onderzoek dat ik dit jaar heb laten uitvoeren naar wat mensen in
december cadeau willen krijgen, zegt 85% van de ondervraagden dat ze liever aandacht
dan spullen willen. En dat zie je niet alleen in Nederland, dat is universeel.
Ook uitgevers in het buitenland zijn daarom op zoek naar waardevolle boeken die
kunnen voldoen aan deze behoefte. En ten tweede is het de expertise van
Marianne.'
Haar buitenlandse
netwerk dus?
'Ook. Maar zij heeft mij
in alle gesprekken die we in de loop der jaren hadden, ook overtuigd dat ik
mensen meer moeten vertellen wat ik doe. Dat ik van mezelf een merk moet maken,
dat ik het verhaal achter de producten moet vertellen. Ik ben daarom, ongeveer
een jaar of twee geleden, gaan bloggen en columns schrijven. In de feedback die
ik krijg zie ik dat het werkt: mensen zien met hoeveel liefde alles wordt
gemaakt.'
Dat zie je ook terug in
een opverende verkoop?
'Ja. Toen ik meer ging
vertellen over mijn missie is het balletje gaan rollen. Ook in het buitenland:
Spanje inclusief Latijns-Amerika, Brazilië, Finland, Turkije, Polen en, mede
dankzij een stukje in Publishers Weekly, dus ook Amerika. Daarvoor
was het grote talent van Marianne van wezenlijk belang. Zij kent alle uitgevers
in de hele wereld. Zij zocht dus niet zomaar naar een uitgeverij, maar naar
precies het juiste uitgeefteam voor mij. Een uitgeverij die net als ik het
verschil wil maken. Marianne heeft me dit jaar ook meegenomen naar de
Buchmesse. Ik heb een presentatie gegeven en met allerlei uitgevers gepraat,
zodat we van elkaar weten wat we willen met de Vertel Eens-boeken.'
Hoe rijmt jouw behoefte
aan een ideale match met het feit dat er voor de Amerikaanse rechten een
veiling is geweest?
'Ik heb gekozen op de
motivatiebrieven van uitgevers. Ik moest een klik voelen – met mijn missie,
maar ook voor de boeken. Ik wil uitgevers die de mooiste edities willen maken,
zodat mijn boeken, eenmaal ingevuld, van generatie op generatie kunnen worden
doorgegeven. Het moeten familie-erfstukken worden zodat over een zeventig jaar
een meisje de verhalen van haar overgrootouders kan lezen. Dan moet je echt
goed en mooi papier gebruiken. Vergeleken bij hun plannen was hoeveel geld uitgevers
boden niet relevant. Voor mij niet, althans. Marianne heeft naar de zakelijke
aspecten van de overeenkomst gekeken. Zo verdelen we de taken.'
Waren er in het
buitenland geen vergelijkbare boeken op de markt? Door de eenvoud laat jouw
concept zich gemakkelijk kopiëren?
'Al zo lang mijn boeken
uitkomen heb ik met copycats te maken. Ook daarom had ik maar een wens: zo mooi
mogelijke boeken maken – een wens die Het Spectrum gelukkig steunt. Iedereen
herkent de liefde die in mijn boeken zit; liefde die vaak ontbreekt bij
kopieerders die in een middagje het boek overschrijven. Ook buitenlandse
uitgevers herkennen dat. En boekverkopers trouwens. Tot op de dag van vandaag
raden zij hun klanten Vertel Eens-boeken aan – en niet de kopieën. Ik ben hen
daarvoor heel erg dankbaar.'
Toch kunnen buitenlandse
uitgevers jouw boeken niet een op een vertalen.
'Nee. Niet zoals je een
roman kunt vertalen. Er zijn allerlei culturele verschillen. Vragen over
Sinterklaas of de Tweede Wereldoorlog, daar kun je niets mee in Amerika. Daar
vraag je eerder naar The Fourth of July. In Italië zei de uitgever dat de rol
van vaders bij hun echt anders is dan in het in hun ogen zo geëmancipeerde
Nederland. Daar denk ik dan over na. Dat verrijkt mij ook weer.'
Geef je buitenlandse uitgevers
alle ruimte om aanpassingen te maken?
'Dat gaat in overleg. Ik
bewaak het merk, maar geef hen het vertrouwen om er een zo goed mogelijk
product van te maken. Zij kennen hun eigen land zo veel beter. Alleen als je
iets durft door te geven kan het zich vermenigvuldigen. Als je iets bij jezelf
houdt juist niet. Maar hoe het precies zal gaan? Het buitenland is voor mij een
avontuur dat nu nog maar pas begint. Laten we anders over een jaar nog eens een
kopje koffie drinken.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 25 dec)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten