De auteur van
het geschenkboek voor de Maand van het Spannende Boek is een enorme fan van de
openbare bibliotheek. Maar dat ze haar boeken ook digitaal uitlenen wil Marion
Pauw niet. Een gesprek over koffiecorners, ooggetuige zijn en bibliotheken.
Rechercheur
Plessen krijgt de automatenkoffie op het politiebureau niet doorgeslikt. Dus
bespreekt ze de verkrachtingszaak met haar collega Verveer bij Starbucks. 's
Ochtends tussen expatvrouwen met kinderwagens, 's middags tussen scholieren achter
zoete ijsdrankjes op koffiebasis. Voor Plessen is de vier euro voor een mokka
frappuccino 'iedere calorie waard', Verveer drinkt uit protest tegen zo veel
geldverspilling liever een gratis glaasje water.
Toch is het toeval dat Marion Pauw – schepper van de twee
rechercheurs – bij de Starbucks in Amsterdam-Zuid wil afspreken. Ze is zo druk
met een nieuwe thriller dat ze vergeten was dat ze in Grijs gebied schreef over de Amerikaanse koffieketen. 'Ik kom hier
ook niet zo vaak. Maar het is wel prettig dat hier zo lawaaierig is. Heb je
niet zo het gevoel dat iedereen meeluistert. Hoewel? Als mensen meeluisteren
tijdens een interview werkt dat misschien als filter voor wat je vertelt.'
En: deze Starbucks is dichtbij huis. Hooguit drie minuten
fietsen. 'De centrale van de OBA is een geweldige plek', zegt ze bij een triple
soy latte. 'Je kan daar lekker zitten, er zijn gratis tijdschriften, goede
koffie. Maar: te ver weg. Dichterbij heb je het filiaal aan de Roelof
Hartplein. Daar kun je tegenwoordig ook koffie krijgen, geloof ik. Het is goed
dat bibliotheken de verblijfsfunctie hebben toegevoegd. Maar voor mij moet het
echt in de buurt zijn.'
Pauw is pas de tiende Nederlandse auteur van het
geschenkboek van de Maand van het Spannende Boek, die in 1989 werd bedacht. Ze
publiceerde sinds haar debuut Villa
Serena in 2005 met veel succes zes thrillers en een roman. Ze won in 2009
de Gouden Strop voor Daglicht. 'Ik
snap daarom dat de CPNB aan mij dacht, maar ik was toch heel verrast. Ik dacht
dat ze in het najaar iemand benaderen. Dat bleken ze al in juni te doen. Ik ben
er wel ontzettend blij mee. Het is een grote eer.'
Grijs gebied gaat
over een getuige van een gewelddadige aanslag op een jonge vrouw. De 63-jarige
Albert is als buschauffeur gewend zich gedeisd te houden. Vooral geen agressie
oproepen! Maar dat hij, 's nachts gezeten op zijn balkon, niet eens de politie
belt, zit hem niet lekker. Zeker niet omdat een veel jongere voorbijganger wél
ingrijpt en zo erger voorkomt. En al helemaal niet als blijkt dat de rechercheurs
het verdacht vinden dat hij zich achteraf wel meldt als getuige. Wat moet
Albert doen?
'Toen ik werd gevraagd, had ik geen idee. Vlak daarna hoorde
ik een verhaal van een jonge vrouw die onder hetzelfde viaduct is aangerand –
en dat iemand op het balkon daartegenover het had gezien. Dat vond ik zó
fascinerend. Een zoektocht naar een dader is al zo vaak beschreven, maar het
dilemma van zo'n getuige, die alleen maar blijf keken. Dat idee begon echt te
leven. Tijdens het schrijven maakte ik het nog pijnlijker: een oude sukkel
versus een jonge man die wel wat doet.'
Pauw concentreert zich in thrillers als Daglicht (2008) en Hemelen
(2014) en haar binnenkort te verschijnen We
moeten je iets vertellen op de karaktertekening van haar personages. Het
'puzzeltje', zoals ze het noemt, vindt ze minder boeiend. Ook in Grijs gebied staat het effect van de
dramatische gebeurtenis op Albert centraal. 'Toch zit dit boek door de lengte –
25.000 woorden, ongeveer een derde zo lang als mijn thrillers – strakker op het
plot. Het verhaal is actiematiger.'
Het krankzinnigste is dat Pauw een week voor het interview
zélf getuige was van een misdrijf. Vanuit de auto zag ze hoe iemand in
Amsterdam-Zuid in elkaar werd geslagen. Ze draaide haar raampje open om tegen
een andere bestuurder te zeggen dat ze de politie ging bellen. Het was té
heftig. Maar de jongen zag dat en kwam op haar af. 'Ik wilde meteen achteruit
rijden. In een reflex haalde ik mijn voet van de koppeling. De motor slaat af
en ik krijg mijn raampje niet meer omhoog.'
Ze raakt nog steeds geëmotioneerd van de gebeurtenissen die
eindigden met een flinke klap in haar gezicht. 'Ik zit al jaren op kickboksen.
Ik kan écht hard slaan. Maar op dat moment was dat helemaal weg. Ik zat ook
lager. En vast, in de autogordel. Toen ik vlak daarna de hoek omreed, zag ik
pas dat ik in mijn broek had geplast. Had ik helemaal niet door gehad. Dat zijn
details die ik had moeten weten vóór ik Grijs
gebied schreef. Fucking briljant.
Die had ik zeker gebruikt.'
Pauw kent de openbare bibliotheek vooral als kind. Op haar
dertiende verhuisde ze naar Putten. Ze kende daar niemand, vond moeilijk
aansluiting en zat toen iedere avond op haar zolderkamer te lezen. 'Ik was een
heel trouwe klant. Las vier, vijf boeken per week. Omdat ik net was overgestapt
van young adult naar literatuur voor volwassenen vond ik er in al die jaren
genoeg wat me interesseerde. Geen thrillers. Die lees ik gek genoeg nog steeds
heel weinig.'
Toen ze ging studeren was het afgelopen. 'Ik feestte veel.
Opeens had ik wél vrienden', lacht ze. Daarna is het er nooit meer van gekomen.
'Ik koop nu zo veel mogelijk, ook om schrijvers te ondersteunen. Nee, de
leengelden wegen niet op tegen wat je verdient met verkoop. Ik heb net mijn
jaarlijkse royaltystatement binnengekregen: de leengelden waren vorig jaar acht
procent van mijn omzet. Toch mooi, maar niet meer dan dat. Vakantiegeld, dat is
het.'
En nu we het toch over schrijversinkomsten hebben: Pauw wil
niet dat bibliotheken haar werk als e-boek uitlenen. 'Ik snap wel dat bibliotheken
dat willen, maar voor schrijvers is het ongunstig. Met papieren boeken is er
nog verschil tussen een boek alleen maar lezen en een boek in de kast willen
hebben. In dat laatste geval koop je hem. Maar digitaal is er geen verschil
tussen lenen of kopen. Wie gaat er fijn een overzicht van zijn gekochte
e-boeken op zijn iPad bekijken?'
Toch staan Daglicht
en De wilden (2013) momenteel in de
digitale bibliotheek. 'Goed dat je het zegt. Ik ga kijken of ik die toestemming
kan intrekken. Ik heb al genoeg last van illegale downloads. Ik schat dat die
me twintig tot dertig procent van mijn totale omzet kosten.'
Dat neemt allemaal niet weg dat Pauw 'enorme fan' van de
openbare bibliotheek is. Bibliotheken, redeneert ze, 'maken lezen toegankelijk
voor een groot publiek. Het is onzin dat je alle boeken zou moeten kopen. Zeker
als je een veellezer bent of als je jong bent en dus weinig geld hebt om boeken
te kopen. Het is echt jammer dat jongeren steeds minder lezen. Mijn eigen
kinderen ook niet. En zelf heb ik trouwens ook alleen nog maar tijdens
vakanties de rust voor een boek.'
Niet dat bibliotheken het lezen daadwerkelijk kunnen
bevorderen. 'Het effectiefste middel daarvoor zijn megasellers als Komt een vrouw bij de dokter of Vijftig tinten grijs. Mensen die in geen
tien jaar meer hebben gelezen of het misschien nooit hebben gedaan, raken door
zulke successen geïntrigeerd. Zo maken zij kennis met boeken. Ik denk dat
bibliotheken vooral worden bezocht door mensen die al lezen. Niemand denkt:
laat ik een nieuwe hobby beginnen, laat ik gaan lezen en naar de bieb gaan.'
Pauw ontmoet die lezers tijdens de vele optredens in
bibliotheken die ze heeft gedaan. 'De ene bibliotheek is de andere niet.
Sommige doen het goed: organiseren veel, voeren goed promotie, hebben een
groot, trouw publiek. Dat zie je vaak meteen als je binnenkomt. Bibliotheken
zijn echt niet de minderen van boekhandels. Ook bij hen hangt het af van de
mensen die er zitten. Overal waar ik kwam, waren ze ontzettend aardig, heel
gastvrij en attent.'
Daarbij: bibliotheken zijn merkbaar moderner geworden sinds
ze in de jaren tachtig in die van Putten kwam. 'Niet alleen hoe ze eruit zien,
maar ook door toevoeging van allerlei functies. Overal is nu een koffiecorner
met een tafel met tijdschriften en een aparte ruimte voor tijdschriften. Het is
zonde dat ze dan toch worden wegbezuinigd omdat mensen minder lezen.'
Zie ook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten