De Europese Commissie presenteert volgende maand haar
standpunt over de benodigde hervorming van het auteursrecht. Daarmee begint een
lang proces van debatteren voor een nieuwe Europese richtlijn is vastgesteld.
Voor de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB) was dit het juiste moment om
in Brussel te pleiten voor een wettelijk vastgelegd leenrecht voor e-boeken.
Twee aanwezige Europarlementariërs ondersteunden het pleidooi van bibliotheken.
De bibliotheeksector heeft geen traditie in militant lobbyen
voor eigen belangen. Vice-voorzitter Chris Wiersma van de VOB, tevens directeur
van De Nieuwe Bibliotheek in Almere, erkent het zonder enige schaamte. Maar
belangen heeft de bibliotheek natuurlijk wel. In het digitale tijdperk zelfs
meer dan ooit. Er bestaat geen leenrecht voor het e-boek. Bibliotheken kunnen
daarom alleen e-boeken uitlenen waarvan het bij de uitgever een licentie koopt.
Het is niet mogelijk, zoals bij papieren boeken, om naar eigen goeddunken
titels in te kopen en aan leden beschikbaar te stellen. Dat moet veranderen.
Het was dan ook met een soort verlegen trots dat Wiersma met
een delegatie uit de bibliotheeksector vorige week tijdens een breakfast
session in het Brusselse Stanhope Hotel de zaak bepleitte. Zo legde
directeur Erna Winters van de Bibliotheek Kennemerwaard aan het gehoor van
Europarlementariërs helder uit dat bibliotheken de wettelijke taak hebben om
toegang te verschaffen tot informatie, zodat burgers zich een mening kunnen
vormen en volwaardig kunnen deelnemen aan een democratische samenleving. Maar
in het digitale tijdperk is dat niet meer mogelijk.
'Bibliotheken worden geconfronteerd met een groot probleem
bij het uitvoeren van hun wettelijke taak', zei Winters. 'Mensen hebben een
toenemende vraag naar e-content. De verwachting is dat in 2025 veertig tot
zestig procent van de boekenmarkt e-boeken zullen zijn. De Europese burgers
verwachten van hun bibliotheek dat zij met deze ontwikkeling mee bewegen. Bibliotheken
zijn ook meer dan bereid dat te doen. Maar: binnen het huidige auteursrecht
worden e-boeken niet beschouwd als boek maar als dienst. Dat betekent dat
bibliotheken moeten onderhandelen met elke uitgever over prijs,
uitleentermijnen, hoeveel uitleningen enzovoorts. Als de onderhandelingen niet
tot resultaat leiden, is het bibliotheken niet toegestaan het e-boek te kopen.
Hun klanten – de Europese burgers, uw kiezers – blijven dan verstoken van deze
informatie.'
Winters had meer argumenten. Europa heeft ongeveer 75
miljoen ongeletterde burgers. Met de grote vluchtelingenstroom stijgt dat
aantal. Bibliotheken helpen hen – óók met het aanleren van digitale
vaardigheden. Daar hoort optimale toegang tot de digitale wereld bij. Daarnaast
wil Europa een leidende kenniseconomie zijn. Daarvoor zijn goed opgeleide,
vakbekwame en creatieve mensen nodig. En dus is een ruimer auteursrecht nodig,
die meer bewegingsvrijheid geeft aan creatieve mensen.
Directeur Vincent Bonnet van het European Bureau of Library
Information and Documentation Associations (EBLIDA) vertelde dat de digitale
revolutie eindelijk een droom uit de jaren 1950 binnen handbereik brengt: 'de
bibliotheek zonder grenzen'. Het idee was: een bibliotheek die boeken naar de
lezer bracht, waar die zich ook bevond, in plaats van dat de lezer altijd naar
de bibliotheek moet. Deels is die droom gerealiseerd: 'bibliotheken zijn niet
alleen maar magazijnen, maar community hubs die de vaak meest bezochte
publieke ruimtes zijn en in afgelegen gebieden of achterstandswijken niet
zelden de enige publieke dienst.'
Alleen het ontbreken van leenrecht voor e-boeken weerhoudt
bibliotheken nu nog om letterlijk overal te zijn. Britse bibliotheken konden
bijvoorbeeld in februari vorig jaar slechts 3 van de 45 boeken uit de top 100
die als e-boek leverbaar waren, daadwerkelijk uitlenen. Ook kunnen bibliotheken
met een archieffunctie een e-boek niet archiveren – dat verbiedt het contract.
Evenmin kunnen bibliotheken die over de grenzen samenwerkingsverbanden hebben
gesloten e-boeken aan elkaar uitlenen – dat verbiedt het contract. En dat
terwijl alle bibliotheken in Europa bij elkaar voor 5,1 miljard euro aan
content inkopen bij uitgevers.
De bibliotheken hadden ook een auteur meegenomen om te laten
zien dat deze groep helemaal niet tegen uitlenen van e-boeken is.
Kinderboekenschrijfster Nanda Roep, die sinds een jaar of vijf haar boeken zelf
uitgeeft, vertelde dat ze voor een derde van haar inkomen afhankelijk is van
uitleenvergoedingen – plus een derde voor royalty’s en een derde voor honoraria
voor optredens. In 2010 verkocht ze 10.000 boeken en werd haar werk 200.000
uitgeleend. In de digitale toekomst zal dat niet anders zijn: in de 'afgelopen
maanden' verkocht Roep 18 e-boeken en werd haar werk 450 keer digitaal uitgeleend.
Maar: door het ontbreken van één vaste afspraak, die zou
ontstaan als e-boeken onder het leenrecht vallen, hebben alle auteurs die hun
werk níet zelf uitgeven geen enkel inzicht in wat uitgevers met hun werk doen.
Uit onderzoek van de VvL van afgelopen oktober bleek dat veel schrijvers en
vertalers niet eens wisten dat hun e-boeken konden worden uitgeleend.
'Uitgevers bepalen of het de bibliotheek is toegestaan om een e-boek uit te
lenen. Uitgevers bepalen ook hoeveel moet worden betaald. En vervolgens bepalen
uitgevers hoeveel een schrijver kan ontvangen van het bedrag dat is betaald.
Voor alle duidelijkheid: schrijvers weten niet welk bedrag een uitgever aan de
bibliotheek vraagt.'
Europarlementariër Julia Reda
De Duitse Europarlementariër Julia Reda (De Groenen/Vrije
Europese Alliantie en Piratenpartei Deutschland) steunt de oproep voor de
introductie van leenrecht voor e-boeken. Sterker: dat wil een 'overgrote
meerderheid' in het Europees Parlement, vertelde Reda na afloop van de
bijeenkomst. De maatregel stond in het rapport over de hervorming van het
auteursrecht dat het parlement op eigen initiatief had opgesteld en dat in juli
werd aangenomen. Reda was daarvan de rapporteur, reden waarom ook wel wordt
gesproken van het Reda-rapport. 'Als de Europese Commissie dat niet wil
invoeren, dan zullen ze met heel goede argumenten moeten komen om dat uit te
leggen.'
Tijdens de bijeenkomst van de bibliotheken onderstreepte
Reda het sociale én economische belang van bibliotheken. Maar ze sprak vooral
over de beste manier om het leenrecht te introduceren. Volgens haar moet een
e-boek simpelweg niet langer worden gezien als een dienst, maar als een
product. Daarmee kan het e-boek meteen worden meegenomen in bestaande
overlegstructuren zoals in Nederland Stichting Leenrecht waarin bibliotheken en
rechthebbenden onderhandelen over een billijke vergoeding. Bovendien sluit het
aan bij de beleving van de consument én wordt het mogelijk het BTW-tarief voor
e-boeken te verlagen.
Helaas blijkt uit een gelekt document dat de Europese
Commissie niet die kant op wil. De Commissie, zo legde Reda later uit, wil
daarin alleen mogelijkheden scheppen om bestaande collecties te digitaliseren
en e-content alleen binnen gesloten netwerken beschikbaar te maken. Denk aan:
studenten die ín een universiteitsbibliotheek inloggen en dan e-content kunnen
bekijken. 'Dat is een nogal beperkt idee van wat e-lenen eigenlijk is. De
Commissie toont zich weinig ambitieus. Hopelijk kunnen wij – het hele parlement
dus – druk uitoefenen om hen ambitieuzer te maken.'
Heeft wellicht de 'agressieve lobby van met name kranten- en
academische uitgevers', zoals Reda het omschrijft, een rol gespeeld? Dat is
moeilijk te zeggen. Maar: 'Ik begrijp niet goed waar uitgevers bang voor zijn.
Bibliotheken lenen al decennia boeken, muziek en films uit. Dat is geen
concurrentie, dat maakt die materialen alleen maar populairder.
Bibliotheekleden willen materialen die ze goed vinden, zelf hebben of raden het
mensen in hun omgeving aan. Uitgevers hoeven ook niet bang te zijn dat
consumenten een populair boek te vaak digitaal lenen: omdat bibliotheken een
vergoeding betalen, gaat straks hun hele budget op aan één titel – zoals een
keer in Zweden is gebeurd. Dat zullen bibliotheken willen voorkomen. Er zal op
een natuurlijke manier een evenwicht ontstaan.'
Als boekenuitgevers niet oppassen in hun verzet tegen
e-lenen, gebeurt wellicht hetzelfde als met academische uitgevers. De manier
waarop die hun marktmacht inzetten, verslechtert hun imago, waardoor politici
minder snel geneigd zijn naar hen te luisteren. 'Academische uitgevers dwingen
bibliotheken licenties op bundels te nemen, waardoor bibliotheken niet meer
zelf kunnen kiezen. Ze willen extra geld zien als de teksten worden gebruikt
voor data mining en dreigen toegang te staken als het toch gebeurt. Omdat
bibliotheken de e-content niet bezitten staan ze machteloos. Het gevolg is dat
overheden, zeker ook in Nederland, veel steun geeft aan open access.'
Het draait wat Reda betreft helemaal niet om uitgevers
inkomen te ontzeggen, maar om een gelijk speelveld te creëren voor
bibliotheken. Die hebben nu geen positie om goed te onderhandelen met
uitgevers. 'Daarom was het ook goed om van een auteur te horen dat deze groep
niet automatisch wordt vertegenwoordigd door uitgevers. Ook auteurs krijgen met
leenrecht voor e-boeken meer controle op hun verdiensten uit uitlenen.'
Europarlementariër Mary Honeyball
De Britse Europarlementariër Mary Honeyball (Progessieve
Alliantie van Socialisten en Democraten en Labour Party) sprak tijdens de
bijeenkomst vooral over het belang van de hervorming van het auteursrecht. 'Ik
ben hier al vijftien jaar. Dát de Commissie hier nu prioriteit aan geeft is al
een doorbraak. Belangrijk is vooral dat er helderheid komt. Er zijn in heel
Europa zo veel verschillende wetten. En, ten tweede, dat de makers zelf een
eerlijke vergoeding krijgen voor hun werk.' Ook wanneer dat wordt uitgeleend,
voegde ze eraan toe.
'Voor het uitlenen van fysieke boeken is een balans ontstaan
tussen bibliotheken en rechthebbenden. Nu zijn er ook digitale boeken. Het is
verschrikkelijk om te moeten constateren dat de Commissie voor dat onderwerp in
relatie tot de bibliotheek wegloopt. Het lijkt alsof ze geen idee hebben wat ze
ermee aan moeten. Toch moet erover nagedacht worden. Het e-boek gaat niet weg.
Het moet ook beschikbaar komen voor bibliotheekleden. Als door uitblijven van
goede regels de balans tussen bibliotheken en rechthebbenden wordt verstoord,
zou dat een slechte zaak zijn – vooral voor de gemeenschap waarvoor de
bibliotheek zo'n belangrijke rol speelt.'
Uitgevers zouden niet moeten betogen dat e-lenen al bestaat,
zoals bijvoorbeeld de Britse uitgeversbond doet, vertelde Honeyball na afloop.
Lang niet alle titels zijn digitaal uitleenbaar. 'En als mensen dat boek dan
alleen kunnen krijgen door 10 pond te betalen bij Amazon, werkt dat alleen maar
piraterij in de hand. De angst dat leenrecht voor bibliotheken hun
businessmodel ondermijnt is niet zinnig. Als bibliotheken het niet aanbieden
kijken mensen gewoon elders waar ze een titel voor weinig of niets kunnen
krijgen. En bij bibliotheken kun je het tenminste nog technisch makkelijk
organiseren dat alleen leden er gebruik van maken.'
Daarbij zou het one copy multiple use-systeem, zoals
Nederland dat kent, alleen maar de voorkeur genieten. 'Het zou betekenen dat
meer mensen zullen lezen dan wanneer een bibliotheek maar een beperkt aantal e-boeken
tegelijk kan uitlenen. Hoe meer mensen lezen, hoe beter, is mijn persoonlijke
mening. Daarbij denk ik dat je het pr-effect ervan niet moet onderschatten.
Veel niet-leden zullen een boek dat een bibliotheeklid hen aanraadt vervolgens
gaan kopen.'
(Eerder verschenen op onder meer Bibliotheekblad.nl en Boekblad.nl)
Zie ook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten