De DBNL heeft zijn digitale bibliotheek voor het eerst uitgebreid met video: dertig uur materiaal van dichters die werk van hun voorgangers voorlezen. Met, hier, interviews door mij.
Andy Fierens die met veel smaak enkele hoogtepunten uit het oeuvre van Gust Gils tot leven brengt. Peter Holvoet-Hanssen die zijn lievelingsgedichten van Paul Van Ostaijen voordraagt. De blinde en besnorde Friese bard Tjêbbe Hettinga die zijn voorganger Obe Postma eer bewijst. Of de integrale lezing van ‘Karel ende Elegast’ door Karel Eykman. Het is sinds vandaag te zien en horen op dbnl.org/delangstedag.
In elf jaar bouwde de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL) een gigantisch corpus aan teksten uit de Nederlandse en Friese literatuur op. Ondanks veler verzoek ontbrak beeld en geluid. De rechthebbenden achterhalen en de rechten aankopen, veelal bij tv-omroepen, zou te veel tijd en geld kosten. ‘Voor je het weet ben je jaren verder’, zegt hoofdredacteur René van Stipriaan.
Daarom organiseerde de DBNL vorig jaar bij wijze van jubileumfeest zijn eigen opnamesessie. Op het festival ‘De Langste dag’ traden meer dan 75 dichters in vier zalen op die werk van hun bewonderde voorgangers voordroegen. Al die optredens zijn opgenomen en nu – precies een jaar later – online gezet. Zo mogelijk in combinatie met de tekst van de vertolkte gedichten.
Geen van de hoogtepunten van het festival ontbreekt. Ilja Leonard Pfeijffer die zijn grote held Lucebert interpreteert. F. Starik die Willem Kloos en J.C. Bloem gebruikt om te laten zien wat voor een fantastische voordrachtskunstenaar hij is. Of het post scriptum van Gerrit Komrij bij zijn bloemlezing uit negen eeuwen Nederlandstalige poëzie. Inclusief Vondel en Slauerhoff.
Hoewel de DBNL zich hoofdzakelijk op de Nederlandse literatuur richt, traden ook Vlaamse dichters op. Naast Fierens en Holvoet-Hanssen zijn dat Eva Cox, Luuk Gruwez, Stefan Hertmans, Mark Insingel, Delphine Lecompte en de halve Vlaming Joke van Leeuwen. Vooral zij smokkelden de Vlaamse poëzie de site in. De Coninck, Claus, maar ook de Antwerpse Anna Bijns ontbreekt niet.
Naast de optredens bevat de subsite van de DBNL ook negen korte interviews met de mensen achter de schermen van het festival en enkele dichters. Daarin legt Holvoet-Hanssen uit wat hem zo aanspreekt aan Van Ostaijen. ‘Hij is mijn meester tout court. Hij heeft vorm en klank zo speciaal gemaakt dat hij zelf achter zijn muziekdoosmelodiëen is verdwenen. Een woordentovenaar.’
(Gepubliceerd op Knack.be, 12 december 2011)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten