zondag 3 februari 2013

Interview Michelle Paver over 'Hylas - Tijden van goden en gevechten'


Met de jeugdserie Torak en Wolf scoorde Michelle Paver een wereldhit. Haar nieuwe serie Tijden van goden en gevechten neemt de lezers mee naar het Griekenland van het bronzen tijdperk. In vijf delen bindt de twaalfjarige Hylas de strijd aan met de Kraaien en probeert hij met behulp van een dolfijn, een leeuwin en een valk zijn verdwenen zusje terug te vinden.

Michelle Paver over Hylas en de roep van de dolfijn:
‘Ik wilde een verhaal schrijven waar ik net zo gepassioneerd over was’

Hoe ontstond het idee voor deze nieuwe serie?
Torak en Wolf speelt zich af in de prehistorie, omdat ik al vanaf mijn jeugd zo van die periode hou. Maar de boeken die ik toen het meeste las waren de mythen van het oude Griekenland en het oude Egypte. Ik koester ze nog altijd: de hervertellingen voor kinderen van Roger Lancelyn Green. Die verhalen waren veel gewelddadiger, echter en heldhaftiger dan sprookjes. Ik bleef ze herlezen. Ooit wilde ik iets met die periode doen. Al leeft Hylas, de hoofdpersoon van de serie, eigenlijk voor het tijdperk van de mythen, in ongeveer 1500 voor Christus. Maar hij wordt een held en daarmee als het ware de leverancier van mythen. Precies zoals Torak een voorloper van de god Wodan is.’

Tijden van goden en gevechten begon dus met het besluit om een verhaal in de klassieke oudheid te situeren?
‘O nee. Ik had eerst een personage. Er is niets fijners dan tijdens het schrijven met je gedachten af te dwalen naar boeken die je nog wil maken. Zo doemde, middenin het werk aan boek vijf van Torak en Wolf, een beeld in mijn hoofd op van een jongen in een boot, zonder kleren, zonder naam, in de hete zon, die “de overlever” werd genoemd. Pas toen ik dit in mijn notitieboekje opschreef, wist ik: dit speelt zich af op de Middellandse Zee, en kwamen al snel alle onderdelen van de serie in me op. Dat ik in elk deel één van de vier elementen centraal wilde stellen – in het eerste deel is dat de zee. En dat ik, net als met Wolf, weer een dier een hoofdrol wilde geven, in wiens hoofd ik kruip zonder dat het fantasy wordt. Uiteindelijk werden dat drie dieren: een dolfijn, een leeuw en een valk. Pas daarna ging ik het plot uitwerken.’

U noemt een aantal overeenkomsten tussen Torak en Wolf en uw nieuwe serie. Er zijn er meer: net als Torak trekt Hylas bijvoorbeeld op met een even oud meisje – in dit geval Pirra. Zijn die overeenkomsten met opzet?
‘Voor een deel. Ik wilde in de prehistorie blijven en weer een avonturenboek schrijven. Ik hou ook van de mix aan elementen in Torak en Wolf. En ik zocht bewust naar een brug tussen beide series. In het begin is Hylas een arme geitenhouder die niet toegelaten wordt in de nederzetting. Daarom leeft hij zoals Torak. Ze moeten bijvoorbeeld op dezelfde manier dieren doden voor hun eten. Dat maakt het voor de fans van Torak makkelijk om Hylas’ wereld te leren kennen en van daaruit met zijn ontwikkeling mee te gaan. Maar hun karakter is duidelijk anders. Torak is opgevoed door zijn vader. Hij heeft daarom een sterke moraal. Hylas heeft zich als wees zelf moeten opvoeden. Hij moest altijd op zijn jongere zusje letten. Hij is daarom bereid om te bedriegen, te stelen, de waarheid te verzwijgen. Alles om te kunnen overleven.’

Verandert Hylas in de loop van de serie?
‘Hylas is een beter persoon dan hij zelf denkt. Door alle avonturen die hij beleeft ontdekt hij – tot zijn eigen verrassing – andere kanten van zichzelf. Hij moet de Kraaien, de strijders uit Mycene, verslaan om te voorkomen dat veel andere mensen het slachtoffer van hen worden, en ontdekt zo de spanning tussen opkomen voor jezelf en je inzetten voor het grotere geheel. Ook voelt hij de spanning tussen afhankelijk zijn van de goden en de vrije wil. Dat zijn natuurlijk thema’s uit de klassieke Griekse literatuur die daarom zeer goed bij dit tijdperk passen. Al zeg ik er gelijk bij: dat is vooral voor de ouders die hun kinderen voorlezen. Mijn hoofddoel was een avonturenboek schrijven dat een tienjarige met plezier en spanning kan lezen.’

U staat bekend om uw uitvoerige research. Hylas leeft in een recentere tijd dan Torak. Betekende dat ook: aanzienlijk meer research?
‘Tot op zekere hoogte. In Hylas’ tijd was er nog geen schrift. Dus net als in het stenen tijdperk bleef de research beperkt tot het bestuderen van artefacten, het reizen naar de gebieden waar het boek zich afspeelt en me verdiepen in het dier. In dit geval dus de dolfijn. Wat wel moeilijker was omdat er meer bekend is, was het kiezen van de exacte periode waarin het verhaal zich afspeelt. Ik wilde dat er al door paarden getrokken wagens waren, maar tegelijk moest Egypte een stabiele periode kennen zodat die geschiedenis niet in de weg van het verhaal zou zitten. Gecompliceerd, vond ik dat.’

Waarom eigenlijk al die moeite? De tienjarigen voor wie u zegt in eerste instantie te schrijven, weten toch niets van het oude Griekenland.
‘Ik wou dat ik het antwoord had op die vraag. Zeker als ik op mijn knieën door een mijn uit het bronzen tijdperk kruip – alleen maar omdat Hylas daar ook terecht komt – denk ik: wat doe ik in godsnaam? Waarschijnlijk komt het door mijn liefde voor de geschiedenis. Ik wil zelf écht weten hoe iets vroeger was. En als ik het boek realistischer maak door het vol te stoppen met echte details, geloof ik, is het verhaal ook realistischer voor mijn lezers. Zonder research zou het bronzen tijdperk een soort Disney-versie van de geschiedenis worden. Saai dus.’

Kunt u een voorbeeld geven van sprekende details die research u hebben opgeleverd?
‘Ik heb zelf op een dolfijn gezwommen, me vasthoudend aan zijn vin. Ik weet dus dat je je benen recht moet houden, omdat de staart anders de hele tijd tegen je aanstoot. Ik weet dat het echt voelt als vliegen omdat je het water zo snel over het lichaam van de dolfijn ziet schieten. Maar ook had ik zonder research nooit kunnen beschrijven waarom de jurk van Pirra paars is: omdat ze het verfden met fijngestampte zeeslakken. Dat zijn schitterende details. Wel moet je je realiseren dat een boek geen kussen is dat je eindeloos kunt volstoppen. Je research moet het verhaal nooit in de weg zitten.’

Is de hele serie van Hylas al voltooid?
‘Ik ben nu pas deel twee aan het schrijven. Ik weet wel wat de thema’s van alle boeken zijn, wat in elk boek de uitdaging is, grotendeels ook de actie: ik weet wie in welk boek zal sterven. Mensen denken dan vaak dat het schrijven saai is. Dat is zeker niet het geval. Het is een uitdaging om de personages op een goede manier door het van tevoren opgezette plot te leiden. En langzaam hun karakter beter te leren kennen, waardoor ze soms toch iets anders doen ik had bedacht.’

Wordt Tijden van goden en gevechten net zo’n succes als Torak en Wolf?
‘Ja. Echt, dat meen ik. Dat komt omdat ik dit verhaal net zo graag wil schrijven. Toen ik bijna klaar was met Torak en Wolf wilde mijn uitgever me meteen een contract geven voor wat voor boek ook dat ik zou schrijven. Ik had daar makkelijk op in kunnen gaan en voor het geld iets in elkaar kunnen gaan flansen. Maar ik wilde wachten tot ik een verhaal had waarover ik net zo gepassioneerd was. Ik zei daarom dat ik eerst een vakantie nam. In het geheim heb ik toen een griezelverhaal voor volwassenen geschreven: De Geest van Gruhuken, dat ook bij The House of Books in vertaling is verschenen. Gesitueerd in het arctische gebied rond 1937, heel anders dus. En in de tussentijd werkte ik het idee van Hylas uit. Tot ik er helemaal in geloofde.’
(Gemaakt voor uitgeverij The House of Books)

2 opmerkingen:

Anoniem zei

goed boek

Unknown zei

Wanneer komt deel 4 uit?