Karl Ove Knausgard, 'Nacht' (BOEK)

Wat valt er nog te zeggen over Nacht van Karl Ove Knausgård? Dankzij het boekverkoperspanel van De Wereld Draait Door werden alle tot dan toe verschenen delen uit de ‘Mijn strijd’-cyclus van de Noorse schrijver dit voorjaar – terecht – een bestseller. De meeste mensen weten nu wel dat Knausgård in zo uitputtend detail over zijn eigen leven schrijft dat het lijkt alsof je er zelf bij bent. En dat iedere pagina indringend, meeslepend, genuanceerd, groots, onthutsend en pijnlijk is.

De enige relevante informatie is het antwoord op de vraag welke levensfase Knausgård in Nacht beschrijft. Om voorspelbaarheid te vermijden springt hij door zijn leven. Na zijn vroege tienerjaren (in Vader), zijn leven als dertiger (Liefde), zijn vroegste jeugd (Zoon) blijken nu zijn late tienerjaren aan de beurt. Centraal staat het jaar, direct na het eindexamen, waarin hij als leraar aan de slag gaat in Noord-Noorwegen. Het gebied ligt zo afgelegen dat scholen iedereen nemen die ze kunnen krijgen.

Van dit moeizame jaar, waarin Knausgård voor het eerst iets als verantwoordelijkheid leert, springt hij terug naar de laatste jaren op de middelbare school en het enige wat hem toen heeft bezield: het zoeken naar iemand die een einde kon maken aan zijn maagdelijkheid. Meisjes versieren, dat lukt nog wel. Ook als leraar in het Noorden. Ze vallen hem soms vanzelf in de armen, zoals zijn 13-jarige leerlinge. Maar ze willen niet met hem naar bed of hij komt te vroeg klaar. En elke keer groeit zijn frustratie.

Hoewel Nacht net zo min een plot heeft als de voorgaande delen, zit hierin wel een ontknoping. Lukt het Karl Ove om te worden ontmaagd? Lees dit vierde zelf om het te weten te komen. Nacht is net zo indringend, meeslepend, genuanceerd, groots, onthutsend en pijnlijk geschreven als de voorgaande delen. Zeer de moeite waard dus.

Karl Ove Knausgård – Nacht (480 p.), oorspronkelijke titel Min Kamp. Fjerde bok, vertaling: Marianne Molenaar – De Geus, € 25,-
(Eerder gepubliceerd in BOEK 5, 2013)

Zie ook:

- Dato Turashvili, 'Weg uit de USSR'

- Christa Wolf, 'Dinsdag de 27e september en andere verhalen'

- Aravind Adiga, 'De laatste man in de toren'