Anderhalf jaar geleden zag ik in de aanbiedingscatalogus van
De Bezige Bij Arno Camenisch staan. Dat zou wel eens goed kunnen zijn, dacht
ik. Waarom? Geen idee. Zijn Sez Ner-trilogie trok me om onduidelijke redenen
aan. Ik moest het lezen.
Recenter had ik hetzelfde bij Blaasmuziekpop van Vea Kaiser. Al was het niet de
aanbiedingscatalogus van De Arbeiderspers, maar een persbericht van de
pr-medewerker die de vonk deed overslaan. Nadat ik haar onlangs bij Crossing
Border zag, heb ik het meteen gelezen.
Het eerste boek is van een jonge Zwitser en beschrijft het
leven in een afgelegen dorpje in de bergen. Het tweede boek is van een jonge
Oostenrijkse en beschrijft het leven in een afgelegen dorpje in de bergen. Zou
het daaraan liggen?
Maar het verschil tussen beide boeken kan niet groter zijn. Camenisch is impressionistisch, houdt het klein, heeft subtiele humor, wil de kracht van zijn beelden
en taal overbrengen. Hij schrijft voor een klein publiek van liefhebbers. Kaiser is van de
grote greep. Ze schreef een uitbundig en toegankelijk epos vol kluchtige humor voor een breed
publiek.
Het verbaast me niets dat de eerste verschillende literaire
prijzen heeft gewonnen en dat de tweede een bestseller heeft gescoord.
Persoonlijk geef ik de voorkeur aan de eerste. De precieze,
rijke beschrijvingen die met weinig middelen een hele wereld in al zijn nuances
oproepen. Ik heb hier en hier uiting aan mijn bewondering proberen te geven.
Blaasmuziekpop is heus
goed in zijn soort – maar mij te veel een feelgoodroman waarin alles op zijn
pootjes terecht komt en aan het slot de bestaande orde der dingen wel heel
nadrukkelijk wordt geprezen. Het is een roman zonder weerhaakjes die mij
weliswaar wist mee te voeren en me zelfs een keer aan het lachen kreeg, maar die ook een laffe smaak achterliet.
Stilistisch is Kaiser het prototype van een verteller. Meer dan welke auteur dan ook. Alles wordt uitgelegd en toegelicht. Ze heeft het tell, don't show tot leidend principe gemaakt. Meeleven met personages is er dus niet bij, je kunt alleen toekijken.
Wie desalniettemin wil weten waar haar boek over gaat, zie de publiciteitspagina van de uitgeverij. Het klinkt een beetje stom na bovenstaande, maar toch: wie op zoek is naar een ongecompliceerde goodread, zoek niet verder.
Zie ook: bespreking van 'Sez ner' & interview met Camenisch
Stilistisch is Kaiser het prototype van een verteller. Meer dan welke auteur dan ook. Alles wordt uitgelegd en toegelicht. Ze heeft het tell, don't show tot leidend principe gemaakt. Meeleven met personages is er dus niet bij, je kunt alleen toekijken.
Wie desalniettemin wil weten waar haar boek over gaat, zie de publiciteitspagina van de uitgeverij. Het klinkt een beetje stom na bovenstaande, maar toch: wie op zoek is naar een ongecompliceerde goodread, zoek niet verder.
Zie ook: bespreking van 'Sez ner' & interview met Camenisch
Geen opmerkingen:
Een reactie posten