De Nederlandse Boekengids presenteert op 6 november in Spui25 zijn nulnummer. Het veertig pagina's tellende tijdschrift bevat essays
in de vorm van recensies van onder meer Willem Otterspeer, Maxim Februari en
René van Stipriaan. Hans Goedkoop en Robbert Dijkgraaf worden geïnterviewd over
hun visie op het onder de aandacht brengen van wetenschappelijk onderzoek bij
het grote publiek. Als tenminste 3000 mensen een abonnement à 30 euro nemen, zal de redactie in
2016 een jaargang van zes nummers maken. Daar zullen auteurs zo uiteenlopend
als Auke van der Woud, Tijs Goldschmidt en Bert Keizer aan meewerken.
Dat
vertelt initiatiefnemer en hoofdredacteur Merlijn Olnon. De manager academische
boeken van Athenaeum Boekhandel en redacteur van De Gids zet De Nederlandse Boekengids op samen met
Esther Wils (oud-secretaris en redacteur van De Gids) en Amsterdam University
Press. Acht pagina's advertenties – volgens Olnon alle van uitgeverijen van
serieuze non-fictie, zoals De Bezige Bij en Boom – en een investering van AUP maken het mogelijk om dit nulnummer
te maken. Zelf werken Olnon en Wils nog voor niets, de auteurs krijgen een
bescheiden honorarium.
De
oplage van het nulnummer – met hetzelfde papiersoort en formaat als De Gids – bedraagt 20.000 exemplaren.
Dat wordt onder meer verspreid door de Universiteitsvereniging van de
Universiteit van Amsterdam: de 8.000 betalende leden van het alumniblad krijgen
exemplaren thuisgestuurd. Ook boekhandels kunnen vanaf deze week tegen boekhandelskorting
exemplaren aanvragen om te verkopen. 'We willen het in principe niet gratis
weggeven, maar het juist bij díe mensen krijgen van wie de boekhandelaar al
weet dat het voor hen geknipt is. Dat kan je bereiken door het te verkopen:
voor 4,95 euro plus een gratis doorgeefexemplaar,' zegt Olnon.
Of het
gaat lukken om nog voor het einde van het jaar 3000 abonnees te werven, vindt
Olnon een uitdaging. 'Het nulnummer was eigenlijk een maand eerder gepland,
maar zo'n vertraging is een consequentie van het feit dat we het budget expres
laag hebben gehouden. De site www.nederlandseboekengids.nl is vrijwel klaar.' Maar de
redactie gebruikt alle mogelijke netwerken: de auteurs worden ingezet om het
blad onder hun relaties te promoten, de presentatie wordt aangekondigd in de
Spui25-nieuwsbrief, en er zijn barter-deals met De Gids en 360 Magazine.
In
ieder geval is Olnon ervan overtuigd dat De
Nederlandse Boekengids een lacune opvult. 'De Academische Boekengids bracht ook essays in de vorm van
recensies van wetenschappelijke non-fictie. Maar die bestaat niet meer.
Bovendien verhield men zich eigenlijk alleen tot de wetenschappelijke
actualiteit. Dat kan breder. Tegelijk gaat De
Gids zich veel sterker toeleggen op literatuur en kunstkritiek. Het wordt
echt een literair tijdschrift. En ook de boekenbijlagen in de kranten gaan
steeds meer over literatuur. Wij vullen dat gat tussen boeken- en
wetenschapsbijlage.'
De Academische Boekengids, uitgegeven door AUP, verdween
in 2013 na 97 afleveringen (die allemaal nog online zijn te raadplegen). Het
blad dat ooit door tien wetenschappelijke instellingen werd gedragen, legt
Olnon uit, werd toen nog maar door 'drie of vier' instituten gefinancierd.
Daardoor werd drukken en verspreiden van 65.000 exemplaren te begrotelijk. 'Het
was bovendien slecht zichtbaar. Het werd gratis verspreid onder universiteiten,
de losse verkoop was hoogstens een paar honderd stuk. Wij willen dat anders
doen, wij beginnen juist bij het publiek.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 16 okt)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten