vrijdag 2 oktober 2015

Elvis Peeters, 'Jacht'

Intrigerende roman, de nieuwe van Elvis Peeters: Jacht. Uitgangspunt is een wereld waarin dieren intelligenter zijn dan in werkelijkheid. Paarden kunnen zelfstandig een kar trekken. Honden kunnen worden ingezet als ordetroepen. Vossen zijn niet zo weerloos als ze in de grote stad verzeild raken. Wat gebeurt er dan?
Het knappe is dat Peeters geen pamflettistische roman schreef met een opzichtige moraal, maar enkele met elkaar verbonden verhaallijnen verzon die ieder voor zich weinig plot kennen. Hij stelt de lezer zo in staat om zich te concentreren op de hoofdvraag van de roman: het onderzoek, zoals het op de achterflap wordt uitgelegd, naar de grens tussen beschaving en instinct eigenlijk is. Zijn mensen wel zo beschaafd of handelen zij misschien instinctiever dan de intelligent geworden dieren?
Mij viel vooral het verschil aan solidariteit tussen mens en dier op – en het onderspit dat de mens daardoor zal delven in de strijd tussen mens en dier, die onvermijdelijk zal losbarsten als de hiërarchie verdwijnt (ook dát laat Jacht zien).
De wereld van de mensen staat bol van conflict. De jaloezie van de vrijgezel op wie wél een partner en kinderen heeft. De naijver van een oude weduwe jegens jongere, vitale eenzaat die het wel in haar eentje redt in de wereld. Arbeidsconflicten. En juist daardoor kan het zich niet teweer stellen tegen de vossen die, door hun eigen behoeften aan eten en voortplanting, onze leefwijze dreigen te verwoesten.
De dieren kennen veel meer solidariteit. Niet jegens elkaar, maar wél jegens hun eigen soortgenoten. De paarden zoeken steun bij elkaar. De honden respecteren hun onderlinge hiërarchie. De vossen opereren als groep. Dat geeft hun veel kracht en zelfvertrouwen.
Zit daar een les van Elvis Peeters aan zijn lezers?

Zie ook deze gesprekken met Elvis Peeters:

Geen opmerkingen: