Thomas
Verbogt is voorzitter van de jury voor de verkiezing van Boekverkoper van het
jaar. Hij vindt het van cruciaal belang dat een schrijver goede banden
onderhoudt met boekverkopers. Hij beschouwt zich ook in deze tijd ‘voor honderd
procent’ van hen afhankelijk.
Waarom
heb je ingestemd met het verzoek om voorzitter te worden?
‘Ik
heb in mijn ruim dertig jaar durende loopbaan als schrijver gezien dat
boekverkopers hardwerkende mensen zijn. Je kunt wel in een winkelstraat een
paar boeken in een pand zetten, maar er moet heel wat gebeuren om er een
boekhandel met ziel van te maken. Ik vind het erg leuk om hen nu in het
zonnetje te zetten. Ik wil me daar graag voor inzetten, al is dat een groot
woord gezien de gering bezigheden.’
Wat
houdt het voorzitterschap in?
‘In
juli ga ik de vijf genomineerde winkels bezoeken. In augustus vergaderen we
erover, waarna eind van die maand de bekendmaking en prijsuitreiking is.’
Waarom
moet er heel wat gebeuren om een boekhandel met ziel te maken?
‘Een
boekhandelaar moet een grote liefde voor het boek hebben, maar vooral een
liefde voor de relatie van zijn klant en het boek. Iedere uitstekende
boekhandel is de ziel van de omgeving waarin deze zich bevindt. Men komt niet
zozeer om boeken te kopen, maar om kennis te nemen van alles wat er leeft. Een
boekhandelaar moet daarop inspelen, door hoe hij zijn boeken presenteert en
aanbeveelt aan zijn klanten. Dat is een vak apart. Gelukkig zijn er in
Nederland veel die dat met passie doen.’
Speelt
ook de inrichting van de boekhandel daarbij een rol?
‘De
boekhandel moet een ruimte zijn waarin je je makkelijk beweegt, maar ook een
ruimte met een zekere innigheid, waarin je de intieme wereld van het
gedachtegoed van alle boek kunt voelen. Dat gaat niet om oppervlakte. Dat gaat
om een heel eigen wereld die een goede boekhandel schept, zodat je bij
binnenkomst meteen voelt: ik betreed een inspirerende wereld waar veel te
beleven valt. Soms zijn boekhandels door omstandigheden gedwongen
kantoorartikelen of cadeaudingetjes te verkopen. Toch kun je merken dat de
boekverkoper met hart voor de zaak erin slaagt het boekenaspect te prevaleren.
Ik vind dat knap.’
Bezoek
je boekhandels dus uit plezier?
‘Overal
waar ik kom stap ik een boekhandel binnen. Ik ben altijd heel benieuwd,
bijvoorbeeld naar welke boeken een vooraanstaand plaatsje hebben gekregen. Het
maakt niets uit of dat een grote boekhandel in New York is of Lovink in Lochum.
Die vind ik allebei even fascinerend.’
Hoe bepalend is de persoonlijkheid van
de boekverkoper?
'Die
is allesbepalend! Hij of zij moet de klant in de winkel de ruimte geven. Hem
niet meteen vragen of die ergens geholpen mee wil worden, want dat geeft hij
zelf wel aan. Ook moet de boekverkoper zich als liefhebber opstellen: met de
passie van de liefhebber, zonder dat de passie opdringerig wordt. De relatie
met de klant heeft een zekere intimiteit. Die vraagt om een subtiele omgang.'
Kom
je er ook graag als schrijver?
‘Als
schrijver word ik altijd hoffelijk behandeld. Overal merk ik een gretigheid:
fijn dat je er bent, óók als het geen commercieel succes wordt. Zeker de
laatste jaren heb ik daarover niet te klagen, maar het kan natuurlijk altijd
dat er voetbal op tv is of het weer slecht en er maar tien boeken worden
verkocht. Dan nog vindt de boekhandelaar het fijn dat ik er ben: iemand die net
als hij betrokken is bij de wereld van het boek. Ik heb echt nog nooit gedacht:
hier kom ik niet meer. Alleen in de Sinterklaastijd denk ik: dán kom ik niet
meer.’
Hoezo?
‘Vooral
de laatste jaren zijn alle klanten bijna neurotisch gericht op hun lijstje. Ze
komen binnen, kijken niet om zich heen, lopen direct naar de kassa en vragen
dan: Heeft u – gevolgd door de titel van een populair boek. Daarna zijn ze
opgelucht dat ze weer weg kunnen. Ik had in 2014 een bundel Sinterklaasverhalen
samengesteld uit mijn columnoeuvre: Wat heeft Sint voor jou gekocht? Wat
mooi rijmt op: Een boek van Thomas Verbogt. Een mooi gebonden boekje, kostte
niets en ik moest daarvoor de boer op. Dat werkte niet. Ik zat overal voor
joker.’
Heeft
u ondanks louter positieve ervaring een favoriete boekhandel?
‘Een
aantal, ik heb niet één favoriet. Van Kemenade & Hollaers in Breda, Blokker
in Heemstede, ook boekhandels in Amsterdam en Arnhem. Die eerste is trouwens
een goed voorbeeld van een grote boekhandel die toch een intieme sfeer
oproept.’
Ken
je ook de genomineerde winkels voor Boekverkoper van het jaar: Maximus
(Rotterdam), Westerhof (Zwolle), ‘t Spui (Vlissingen), Van der Meer (Noordwijk)
en De Kleine Tovenaar (Roermond).
‘Jawel,
een aantal. Maar laat ik me als voorzitter op dit moment gedeisd houden.’
Ben
je als schrijver afhankelijk van boekhandels?
‘Enorm.
Voor honderd procent. Je bent veel afhankelijker van de goodwill van de
boekhandel dan van juichende recensies – al pikt de boekhandel het daarna
altijd op. Ik ben er ook van overtuigd dat Als de winter voorbij is van
twee jaar geleden nog altijd doorloopt omdat boekhandelaren deze roman blijven
adviseren aan klanten wiens smaak ze kennen. Dat heeft meer effect dan
mond-tot-mondreclame van lezers. Daarom is het zo belangrijk dat een schrijver
goede relaties onderhoudt met de boekhandel en altijd ingaat op uitnodigingen
voor signeersessies en dergelijke. Even bijpraten, even hartelijk met elkaar
zijn, dat helpt.’
De
afhankelijkheid is toch minder geworden door de opkomst van
internetboekhandels, rechtstreekse verkoop van uitgeverijen en literaire
evenementen?
‘Dat
is waar. De boekencultuur is ook veranderd. Als je boek een paar weken oud is
en er komt een nieuwe Karin Slaughter wordt alles daarvoor opzij gezet. Dat was
vroeger niet zo. Al geldt dat juist niet voor kleine boekhandels, die niet de
ruimte volplempen met de nieuwe Karin Slaughter omdat het ten koste gaat van de
gevarieerdheid van hun aanbod. Toch blijft de boekhandel de belangrijkste
partij voor een schrijver.’
Treedt
je daarom altijd gratis op?
‘Als
het in de promotionele sfeer is: ja, altijd. Als een boek een jaar oud is en
een boekverkoper wil een literaire avond organiseren, dat moet er iets
tegenover staan. Het zou raar zijn als dat niet het geval is.’
Dan
kun je inclusief reistijd zo een hele dag kwijt zijn om in bijvoorbeeld Lochem
tien boeken te verkopen.
‘Ik
weet het. Maar ik reis meestal per trein, dan kun je onderweg van alles doen.
Goed, naar Lochem kan dat niet. Dan pak ik de auto, luister ik muziek, denk wat
over de dingen. Het maakt niet uit. Het zijn toch tien boeken, denk ik dan, en
misschien heb ik wel tien lezers gewonnen die mijn boek vervolgens cadeau
geven. En ik heb de banden aangehaald met die boekhandel aangehaald. Daar heb
ik graag iets voor over.’
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 21 jun)
Zie ook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten