Vijf jaar na het begin van de wereldwijde economische
crisis is het steeds duidelijker dat iedereen een slaaf is van een dolgedraaide
kapitalisme. Dankzij moderne technologieën kan niemand daaraan ontsnappen, laat
Tom Lanoye zien in zijn wrange comedy of errors Gelukkige
slaven.
Of je nou de ene of de andere Tony Hanssen bent
In het echte leven kent iedereen mensen in
zijn nabije omgeving met dezelfde naam. In literatuur kom je dat zelden tegen.
Begrijpelijk. De lezer zou er te veel van in de war raken. Is deze Tony de
voormalig cruise director op luxueuze plezierjachten? Of voert de Tony nu het
woord die ooit ict-deskundige was op een zakenbank? Tom Lanoye heeft het echter
aangedurfd. De twee hoofdpersonen uit zijn nieuwe roman Gelukkige slaven heten allebei Tony Hanssen. En ze lijken ook nog
op elkaar: ze zijn bijna even oud en hebben min of meer hetzelfde postuur.
Lanoye’s vakmanschap is groot genoeg om deze
uitdaging met verve tot een goed einde te brengen. Als de gedroste cruise
director en de gevluchte ict-deskundige elkaar op tweederde van de roman
ontmoeten in de Chinese metropool Guangzhou en herhaaldelijk lang met elkaar
praten, weet de schrijver hen steeds met een paar treffende details te
onderscheiden. Zelfs wanneer Lanoye (op pagina 226) een dialoog tussen hen
weergeeft zoals in een theatertekst, weet je door wát ze zeggen moeiteloos
welke Tony aan het woord is.
Uiteraard ging het Lanoye niet om het vertoon
van literair kunnen. De hoofdpersonen hebben dezelfde naam om hun
inwisselbaarheid te onderstrepen. Ze zijn allebei slaven van een wereldwijd
economisch systeem, hoe verschillend hun karakters ook zijn. De ex-cruise director is een homoseksueel, die
uit afkeer zijn vaderland is ontvlucht en altijd en overal pech heeft. De
ict-deskundige is een heteroseksueel die vastberaden opgaat in zijn leven van keihard
werken en geniet van alle facetten van zijn succesvol
huisje-boompje-beestje-bestaan.
Gelukkige
slaven leest als een groteske tragikomedie in de trant
van Lanoye’s Het derde huwelijk
(2006). Tom Lanoye geniet merkbaar van de doldwaze situaties waarin hij zijn
Tony’s plaatst – heerlijk is de kenmerkende zwier, tegen het schmieren aan,
waarmee hij ze beschrijft. Zo introduceert hij de ex-cruise director als hij de
oude mevrouw Bo Xiang penetreert. Hij is als haar toy boy met haar meegegaan
naar Buenos Aires en hoewel hij haar glimlachende avances lang wist te
weerstaan, is hij te afhankelijk van haar om haar te weerstaan. Waarna ze
tijdens haar orgasme sterft.
Toch is het systeem dat Lanoye schetst zeker
niet zo luchtig als zijn comedy of errors
suggereert. Integendeel: het is bijzonder grimmig. Iedereen steelt van
iedereen. Iedereen is bereid daarvoor een ander op te lichten. Het succesvolst
is dan ook hij die niemand durft op te lichten – in deze roman de Chinese
zakenman Bo Xiang, die al zijn ondergeschikten in een ijzeren greep van angst
houdt. En ontsnappen aan deze keten van diefstal kan bijna niemand. Dankzij de
opslag van de data van creditcards, mobiele telefoons en internet is iedereen altijd
en overal opspoorbaar.
Ook het leven van beide Tony’s draait om
diefstal. De ex-cruise director probeert er niet aan mee te doen. Hij voelt te
veel angst als hij de kans krijgt, bijvoorbeeld als hij de rolletjes papiergeld
in de handtas van mevrouw Bo Xiang vindt. Hij wil ook mensen vertrouwen. Maar
het gevolg is dat hij voortdurend slachtoffer is – vermoedelijk ook na het open
einde van Gelukkige slaven. De andere
Tony doet er juist van harte aan mee. Als hij zijn zakenbank zo heeft opgelicht
dat die is omgevallen en hij moet vluchten, kan hij maar een oplossing
verzinnen om een nieuw leven te beginnen: stelen.
De grootste slachtoffers van dit systeem zijn
de onschuldige kinderen. Het jong van de neushoorn die de gevluchte
ict-deskundige wil neerschieten vanwege zijn kostbare hoorns. De dochter van de
bewaker in het Zuid-Afrikaanse wildpark, die dezelfde neushoorn omlegt. Of
Klaartje, de dochter van de ict-deskundige. En de enige die een deel van de
koek weten te veroveren en er mee weg kunnen komen, zijn de mensen die zo
onafhankelijk opereren dat ze geen sporen achter laten. Het voorbeeld is de
Zuid-Afrikaanse politieinspecteur Vusi Khumalo, die in Guangzhou opduikt.
Zo laat Gelukkige
slaven je achter met een wrange smaak in de mond. De roman laat je lachen,
zeker. Het boek dwingt bewondering af, om de meeslepende, levendige stijl en de
doortimmerde constructie. Maar de wereld die de roman beschrijft, stemt somber.
Het is in deze überkapitalistische maatschappij nog maar weinigen gegund om,
zoals Khumalo vertelt, een keer in je leven je werkelijk vrij te voelen. ‘Ik
wens iedereen in zijn bestaan zo’n etmaal toe,’ zegt hij. ‘Eén zo’n dag. Te
weten en te voelen dat je vrij kunt zijn. Dat je niet voor niets hebt bestaan.’
Tom
Lanoye – Gelukkige
slaven (304 p.) – Prometheus, € 19,95
(Eerder gepubliceerd in BOEK 5, 2013)
(Eerder gepubliceerd in BOEK 5, 2013)
Zie ook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten