Ach, wat is Gedundrukt
van Simon Carmiggelt een prachtig boek. Op het moment dat ik de envelop van
uitgeverij Van Oorschot openmaakte, sloeg de liefde direct toe. En daarna:
driehonderd pagina’s lang lag het zo lekker in de hand. Ingenaaid, 65 grams
papier, het formaat dat van een krantenkolom – verrukkelijk.
Het is maar goed dat Carmiggelt op 7 oktober 100 jaar zou zijn geworden, anders was dit boek er nooit gekomen. En hierna, vrees ik, zal het nooit
meer van komen. Want toen ik Gedundrukt
uit had – mijn eerste kennismaking van de columnist van weleer – moest ik toch
concluderen dat zijn werk te gedateerd is.
Zeker, er is veel goeds over Carmiggelt te zeggen. Zijn
portretten zijn trefzeker, zijn pointe vaak verrassend, de ondertoon van zijn
mijmeringen heerlijk melancholiek, het gebruik van straattaal zeer levendig. Ik
heb deze bundeling van honderd oude kronkels met genoegen gelezen.
Maar zijn taalgebruik is doordrenkt van de naoorlogse
decennia, waarin Carmiggelt zijn glorietijd beleefde. Zeker wanneer hij zich
bezondigt aan een extra bijvoeglijk naamwoordje of een overbodig terzijde – die
allebei alleen dienen om de sfeer te scheppen – klinkt hij passé.
Een willekeurig uit Gedundrukt
geplukt voorbeeld: ‘In de hal van een groot bankgebouw zat een fijnbesnaarde
man achter een koket schrijftafeltje te glimlachen.’ (p. 78) Dat fijnbesnaard!
Dat schrijftafeltje! Koket nog wel. Bij het lezen van zo’n zin ruik ik helaas
toch spruitjes.
Natuurlijk veroudert iedere taal. Misschien is het
Nederlands op den duur zo geëvolueerd dat Carmiggelt weer origineel wordt,
zoals ook het negentiende eeuwse Nederlands in de handen van sommige auteurs
weer iets origineels heeft gekregen (nee, niet Multatuli – diens Hollands was
destijds al volstrekt eigenzinnig).
Maar als Carmiggelt het van de inhoud van zijn verhalen
alleen moet hebben, zal zijn werk het niet redden. Daarvoor schreef hij toch te
veel individuele portretten, al te zeer aan de tijd gebonden oorlogsherinneringen
of te veel aan de toenmalige moraal hangende zedenschetsen.
En geen universele waarheden zoals Tsjechov, waarmee hij wat
mij betreft ten onrechte wordt vergeleken.
2 opmerkingen:
Beste Maarten Dessing, Carmiggelt is op 7 oktober niet 100 jaar dood......
Vr. Gr. Cees Kroon
Stom. Gelijk verbeterd. Dank voor het attenderen.
Een reactie posten