De eerste keer, bij Coetzee, noemde uitgeefster Eva Cossée die avond in Nova mijn naam. Ze werd gefilmd toen ze aan de telefoon tegen iemand vertelde dat ze het van mij had gehoord. Prompt kreeg ik reactie van mensen in het buitenland die blijkbaar allemaal op internet naar Nova keken.
De tweede keer, bij Lessing, was de enige keer dat ik de uitgeverij in persoon op de hoogte kon brengen. Op de Buchmesse. Ik schreef toen in Boekblad dit:
Goed nieuws reist snel. Minder dan zestig seconden na de bekendmaking werd hoofdre-dacteur Job Lisman op de hoogte gebracht. Hij was verbijsterd, maar erg blij. ‘Ongelooflijk', herhaalde hij een paar keer. ‘Yes.' Onmiddellijk stond voor hem vast: ‘Dit is de mooiste beurs ever!' Uitgever/eigenaar Mai Spijkers kreeg het nieuws van Lisman per sms te horen. Even later op de stand straalde hij. ‘Doris Lessing is niet zomaar een buitenlandse schrijver die wij uitgeven, ze is echt een vriendin van de uitgeverij. Ik ken haar sinds 1981 en spreek haar nog altijd vaak. Altijd als ik in Londen ben, bel ik even en eten we een hapje of gaan we naar theater.' Twee jaar geleden was Lessing bovendien nog in Nederland.
De derde keer, bij Müller, was waarschijnlijk de leukste keer. Niemand reageerde zo enthousiast als uitgever Eric Visser van De Geus. Ik schreef toen in Knack dit:
Haar Nederlandse uitgever, Eric Visser van De Geus, wordt door Knack op de hoogte gebracht dat deze auteur uit zijn stal de Nobelprijs wint. Het duurt even voor hij uit zijn woorden kan komen. 'Wauw!', zegt hij. En: 'gossiemikkie, wat fijn!'. En: 'tjongetjonge, niet te geloven!' 'Voor mezelf wist ik al jaren dat zij de prijs een keer zou winnen', vertelt hij even later, 'maar twee, drie maanden geleden kocht ik de rechten op haar laatste boek Atemschaukel. Toen zei ik: Herta Müller gaat hem dit jaar krijgen. Alle ingrediënten zitten er in. Het onderwerp, de kwaliteit. Het is zo goed. Ria van Hengel is dat nu voor ons aan het vertalen.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten