Blind gingen ze door het leven
Een blindganger is een niet-ontplofte granaat. Maar in Blindgangers van Joke J. Hermsen telt vooral de tweede betekenis van het woord: iemand zonder succes. Mislukt zijn de leden van het filosofiegenootschap Nil Desperandum (Wanhoop niet) zeker. Tegen de vijftig lopen ze en geen van allen hebben ze de idealen en dromen van hun studententijd waargemaakt. Bas’ proefschrift is nog altijd niet voltooid. Anna heeft een carrière opgeofferd voor haar gezinsleven zonder er iets voor terug te krijgen. Reindert vecht met zijn rancuneuze ex om de kinderen. Enzovoorts.
In Blindgangers komen de zeven volwassenen bij elkaar om de vijfentwintigste verjaardag van hun genootschap te vieren. Een reünie betekent in de literatuur: een recept voor een ontploffing. Hermsen werkt daar ook langzaam naartoe. Stap voor stap leidt ze haar lezers naar de onthulling die tot een knetterende ruzie zal leiden: de nieuwe affaire van de hedonistische neurochirurg Johan, waardoor het harmonieuze nahuwelijk met zijn ex Iris na vijftien jaar voorgoed kapot zal gaan – en daarmee ook de vriendengroep definitief uit elkaar zal vallen.
Toch blijkt het daar in het thematisch rijke Blindgangers niet echt om te gaan. Onderhuids gaat er bij één van de zeven vrienden een veel zwaardere bom af, die tot een veel ingrijpender drama leidt. Hoewel Hermsen in haar epiloog weinig uitweidt over de gevolgen daarvan, is duidelijk dat dit drama alle personages doet beseffen hoe zinloos het is om te treuren om onvervulde dromen en verdwenen idealen, maar dat je moet proberen het beste te maken van het leven dat je nu leidt. Ze openen hun ogen voor het feit dat maar één ding echt telt: een goede band met elkaar.
Zo onthult Hermsen in haar schitterend opgebouwde roman een derde, letterlijke betekenis van ‘blindganger’: mensen die blind door het leven gaan.
Hermsen, Joke J. - Blindgangers (370 p.) - De Arbeiderspers, € 19,95, ISBN 978 90 295 7858 5
(Eerder gepubliceerd in BOEK 2, 2012)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten