Architect Winy Maas van MVRDV ontwierp de nieuwe Openbare Bibliotheek Spijkenisse. De organische en open ‘Boekenberg’ borduurt voort op zijn befaamde ‘Brabant Bibliotheek’. ‘In deze tijd van tv- en informatiegeweld moet je schaalvergroting aandurven’.
***
Dit stuk verscheen in februari 2006 in Bibliotheekblad. De oplevering stond toen gepland voor 2008. Dat is iets later geworden. Pas vorige maand ging De Boekenberg voor het eerst open.
***
Trots, ruimte en onthaasting in Spijkenisse
De tweede Nederlandse openbare bibliotheek die architect Winy Maas van bureau MVRDV heeft ontworpen, komt er wel. Afgelopen zomer keurde de gemeenteraad van Spijkenisse zijn ontwerp definitief goed. Met het verleggen van ondergrondse kabels en leidingen zijn de eerste bouwwerkzaamheden inmiddels uitgevoerd. Het moment waarop burgemeester en wethouders het gebouw feestelijk openen, laat nog even op zich wachten. De oplevering staat gepland voor derde kwartaal 2008.
Voor de befaamde ‘Brabant Bibliotheek’, waarmee Maas in 2000 furore maakte in de bibliotheekwereld, was helaas geen plaats in Nederland. In Eindhoven of Den Bosch zou een 230 meter hoge toren moeten verrijzen. Van bovenaf zou 17 kilometer boekenkast zich naar beneden slingeren langs theaters, grand cafés, expositie-, vergader- en andere ruimtes. Aan de buitenkant had Maas studiecellen bedacht die als liften op en neer langs de collectie zoefden.
Lang hield Maas vol dat de provincie of een gemeente opdracht zou geven de ‘Brabant Bibliotheek’ te bouwen. ‘Dat is definitief voorbij’, zegt hij nu in een rustige ruimte van de voormalige drukkerij waar het bureau is gevestigd. ‘Maar internationaal is het opgemerkt. In Mexico City heeft het idee gespeeld om de bibliotheek daar te realiseren, en nu is er in Pittsburgh belangstelling voor.’
In ieder geval was de ‘Brabant Bibliotheek’ een interessant studieproject. ‘Ik ben geïnteresseerd in de transformatie van boeksystemen. Daarin neemt dit project een positie in: de ‘Brabant Bibliotheek’ bevat de volledige collectie voor de provincie. Dat zou moeten worden gecombineerd met ‘snackbibliotheken’ – kleine uitleencentra bij pompstations of Albert Heijns. Het is nog altijd interessant om te zien hoe men op dat model reageert.’
De nieuwbouw van de Openbare Bibliotheek Spijkenisse heeft Maas de ‘Boekenberg’ gedoopt. Een logische naam voor wie de maquette van het 3600 m2 grote gebouw bestudeert. Maas heeft de kantoren, magazijnen, het auditorium, de vergaderruimtes en winkels op elkaar gestapeld. Op de terrassen die daardoor ontstaan komen de collectie, zithoeken, ontmoetings- en expositieruimten. Het geheel wordt afgedekt door een gigantische glazen kap.
‘Zo komen ideeën van de ‘Brabant Bibliotheek’ terug in de ‘Boekenberg’’, vertelt de snel pratende Maas. ‘De eerste was een spiraalbibliotheek, deze kan een lineaire bibliotheek worden. Het is aan de verantwoordelijkheid van de bibliotheek om dat in te vullen, maar je kunt de 480 meter boekenkasten inrichten van A tot Z, van jong tot oud, of van populair naar high class. Het publiek kan er van etage naar etage langs lopen, of via de trappen en ladders short-cuts nemen.’
Zoals de ‘Brabant Bibliotheek’ bijna tot in iedere uithoek van de provincie te zien zal zijn, zo valt ook dit gebouw sterk op in de gemeente Spijkenisse. ‘Vanaf de goot mocht de helling maximaal 45 graden zijn. Dat hebben we dus gedaan, zodat het gebouw net een beetje groter is dan een gemiddeld huis in Spijkenisse. ‘s Avonds zullen duizenden lampjes onder de stolp het gebouw doen oplichten als een lantaarn. Dan is het helemaal goed te zien.’
De opvallendheid brengt scherp de schat onder aandacht die zich onder de stolp herbergt. ‘We moeten de functionaliteiten van de bibliotheek laten zien aan een stadje dat niet wil lezen. In Spijkenisse kijkt men veel naar RTL 4 en 5.’ Tegelijk is het een uitdaging aan de bibliotheek zélf. ‘Iedereen kan zien wat zij met het gebouw doet. Als de rekken leeg blijven, of er is weinig in de bibliotheek te beleven, kan iedereen dat zien. De stad controleert de bibliotheek.’
Het is niet de bedoeling dat de imponerende berg afschrikt. ‘In deze tijd van tv- en informatiegeweld moet je schaalvergroting aandurven’, vindt Maas. ‘Alleen dat trekt nog aandacht. In deze tijd van grote concurrentie, moet je ook niet terughoudend zijn in de boekwereld. Laat in volle glorie zien wat je in huis hebt – ook als de hoeveelheid voor sommigen ontluisterend is. Dat is het tweede aspect: je moet de bevolking ook niet uit angst bepamperen.’
Niet voor niets benoemde Maas anderhalf jaar geleden ‘trots’ als een van de kernwaarden van de ‘Boekenberg’. De andere twee zijn ‘ruimte’ en ‘onthaasting’. Die twee versterken elkaar, denkt Maas. ‘Door de ruimtelijkheid van het gebouw zie je meteen: er is meer dan één kast. Dat alleen al stimuleert om langer te blijven. Onthaasting, dus. Ook kan de bibliotheek in deze opzet op alle terrassen activiteiten organiseren. Dat verleidt net zo goed tot langer blijven.’
De ‘Boekenberg’ staat niet op zichzelf. De nieuwe bibliotheek maakt onderdeel uit van de herinrichting van het Spijkenisser centrum, die MVRDV voor zijn rekening neemt. De nieuwbouw wordt zo organisch verbonden met het kerkplein, de woningen in de omgeving, een ondergrondse parkeergarage. Dat komt tot uiting in het gebruik van baksteen. Dezelfde steen die Maas op straat legt, loopt door in het interieur van de ‘Boekenberg’. ‘We gaan Berlage verslaan’, lacht Maas.
Andersom trekt Maas de zichtbaarheid van de bibliotheek door in andere onderdelen van het project. De hele machinerie van de parkeergarage, twee lagen onder de bibliotheek, ligt open en bloot voor het publiek. ‘Om de publieke investering acceptabel te maken, moet je laten zien waaraan het besteedt wordt. Dat is een verschil met banken, waar de architectuur vaak meewerkt aan de geheimzinnigheid. Tegelijk verhoogt dit de educatieve waarde die de bibliotheek natuurlijk nastreeft.’
Om de ‘hardheid’ van baksteen te compenseren, zet Maas in het hele gebouw meubels van gerecycled rubber neer. Ook de lampen zijn van rubber. ‘Ik wil geen tl-balk zien.’ Die lampen zijn dan ook speciaal ontwikkeld voor dit gebouw. En straks in de winkel te koop. ‘Dat doen we vaak: voor een gebouw iets unieks maken. Als we die vervolgens in productie nemen, krijgt ook de bibliotheek een percentage en komt dat dus ten goede aan het boek. De bibliotheek heeft tenslotte mede geïnvesteerd.’
Het sterke organische gevoel komt in meer details terug. Zo vullen de boekenkasten iedere wand - inclusief de trapmuren, nissen (voor rustige studieplekken) en de balies. Maas: ‘Op de hoogte van 50 tot 180 centimeter staat de gewone collectie. De arbo-collectie. Daaronder staat de kindercollectie. Maar ook de ruimte daarboven wil ik niet weggooien. Daar komt de ‘verborgen collectie’, ofwel de boeken die nu in het magazijn staan. Die kan tot tien meter hoog doorlopen.’
Ook de ‘gesloten’ ruimtes heeft Maas veel logischer ingepast dan je zou denken bij de gedachte dat hij die allemaal in het midden op elkaar heeft gestapeld. De kap loopt namelijk niet aan alle kanten tot het straatniveau. Zo heeft de winkellaag (begane grond) en kantoorlaag (eerste verdieping, voor de bibliotheek zelf en derde partijen) wel degelijk eigen ramen en een eigen ingang.
Met de keus voor het ontwerp van Maas, kiest de bibliotheek – zo legt de architect zelf uit – voor een gebouw dat meer is dan zo maar een ‘service-provider’. ‘In de jaren zeventig was de oprichting van een bibliotheek al genoeg reden voor trots. Als de voorziening er maar was. Door de vlucht die informatie en het boek heeft gemaakt, kan dat niet meer. De bibliotheek moet daarom nu trots de voorziening laten zien, en dat moet je letterlijk tonen.’
Al in eerder interview in Bibliotheekblad, in 2002, signaleerde hij deze renaissance van bibliotheekarchitectuur. Daarom gaat hij nu een stap verder: ‘We moeten kritisch zijn op de ontwikkelingen. Het is goed dat veel bibliotheken gebouwen met uitstraling neerzetten. Maar scheidt het kaf van het koren. Werkt de clubsfeer die Rotterdam heeft gecreëerd wel zo goed? Slaat dat aan? En leer van de evaluatie. Zo is de ‘Boekenberg’ anders dan de ‘Brabant Bibliotheek’ geen hellingbibliotheek meer. Voor veel oudere bezoekers is het lastig om steeds schuin te staan.’
Tegelijk hoopt hij dat de bouwwoede niet stil komt te liggen. De bibliotheek van Maarten van Severen in het Van Abbemuseum wordt nog gebouwd. De Amsterdamse bibliotheek van Jo Coenen moet nog worden opgeleverd (‘ook al snap ik die conceptueel niet’). Maar verder? ‘Het is een veeg teken dat ik weinig voorbeelden kan bedenken van nog te bouwen bibliotheken. Hopelijk is dat onterecht.’
Aan de andere kant: Hebben bibliotheken als boekenpaleizen, zoals de ‘Boekenberg’ uiteindelijk toch is (ondanks pc’s en wireless internettoegang in het hele gebouw), nog wel toekomst? ‘Misschien niet’, reageert Maas laconiek. ‘In de huidige tijd is het nog lang niet zeker, maar misschien breekt downloaden door. Dan is de ‘Boekenberg’ de laatste bibliotheek met het verlangen om het fysieke boek te laten zien. Dan heb ik een monumentale daad gepleegd.’
Zie ook:
- De Boekenberg is geopend (Boekblad)
Zie ook:
- De Boekenberg is geopend (Boekblad)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten