dinsdag 11 oktober 2016

Chris Schriks – 'Frederik Muller. Baanbreker in de wereld van het boek' (Inct)

Wat kan er naar Frederik Muller worden vernoemd?

Decennialang heette de opleiding voor het boekenvak de Frederik Muller Academie. Ook wie daar niet heeft gezeten, kent ongetwijfeld de naam. Na oprichting in 1964 ging de Academie vanaf de jaren negentig op in bredere studies met algemenere namen aan de Hogeschool van Amsterdam. Het verdwijnen van de naam is waarschijnlijk het beste. Het studieprogramma van 'Media, Informatie en Communicatie' heeft nog maar weinig te doen met de activiteiten naar wie de opleiding is vernoemd.
Dat blijkt uit de biografie van de uitgever en boekverkoper Frederik Muller (1817-1881) die Chris Schriks onlangs bij Walburg Pers publiceerde – de uitgeverij die Schriks zelf in 1961 oprichtte. Specialisaties binnen de HvA-opleiding als mediamarketing en digitale media staan ver af van de man die zich in de negentiende eeuw vooral bekommerde om het zo verwaarloosde historische erfgoed. Juist het verzamelen, beschrijven en verkopen van historische documenten maakte van hem een geziene boekhandelaar. Ook als mens was hij conservatief: hij voelde zich maar ongemakkelijk bij nieuwlichterij als de denkbeelden van de Franse verlichting.
Frederik Muller raakte al vroeg begeesterd door het boekenvak dankzij zijn oom die een winkel in Amsterdam had. Amper 26 jaar oud begon hij al een eigen zaak. De kern van zijn werk waren de veilingen die hij organiseerde: eerst 19 veilingen met een compagnon, daarna 166 veilingen in zijn eentje. Daarvoor speurde hij onvermoeibaar naar interessante boeken, documenten en prenten – én aspirant-kopers ervoor. Hij gaf ook boeken uit, maar dat bleef altijd bijzaak. Hij gaf in feite uit 'van wat voorbij kwam', oordeelt Schriks. In zijn fonds is dan ook weinig lijn te bespeuren.
Hoewel een kruideniersmentaliteit hem niet vreemd was – hij kon flink zeuren over geld en schroomde niet zijn klerken af te knijpen – kun je Muller gerust een idealist noemen. Hij zag het belang in van het gedetailleerd beschrijven van collecties voor de wetenschap. zijn publicaties zijn ook nu nog van belang voor de boekwetenschap. Maar ook zette hij in zich voor de Vereeniging (de tegenwoordige KVB), pleitte hij voor volksbibliotheken en zette hij een bibliotheek van het boekenvak op, waarvoor hij zelf de startcollectie doneerde en die hij dertig jaar leidde. Het idee was dat jongelingen die konden gebruiken om het vak te leren.
Het grootste deel van zijn biografie gaat echter over Mullers gepassioneerde strijd tegen de in zijn ogen moreel onjuiste wet- en regelgeving. Daarin zit natuurlijk Schriks voorliefde, die al regelmatig publiceerde over de geschiedenis van het auteursrecht. Maar als dit werkelijk Mullers belangrijkste bijdrage aan het boekenvak is, is het een schitterend toeval dat Muller is geboren in het jaar dat de auteurswet tot stand kwam die hij een leven lang bestreed, en stierf in het jaar dat er eindelijk een auteurswet kwam die zijn denkbeelden reflecteerde.
De Wet op het Kopijrecht van 1817 ging uit van een boek als fysiek product. Iedere uitgever mocht de oplage dus niet stelen, maar wél een boek namaken. Voor vertalingen gold: wie het eerst kwam, wie het eerst maalde. De auteurs hadden in beide gevallen niets te zeggen. Beide gewoonten – de nadruk en het preferentierecht, in vaktermen – waren Muller een doorn in het oog. En al vonden velen hem een Don Quichot die gezonde handelsbelangen uit het oog verloor, schrijft Schriks, met kenmerkende felheid bleef hij zijn collega's jaar in jaar uit hekelen.
Al Mullers inspanningen bij elkaar – helaas wat schools opgesomd door de biograaf – maken het zonder meer duidelijk dat deze legendarische man het inderdaad verdient dat zijn naam voortleeft. Dus nu de Frederik Muller Academie ter ziele is, wat kan dan naar hem worden vernoemd? Ook Schriks pleit daarvoor, maar hij laat na de meest voor de hand liggende optie te noemen: de bibliotheek van de Vereeniging die is uitgegroeid tot een van de belangrijkste boekwetenschappelijke collecties ter wereld. De Frederik Muller Bibliotheek, waarom niet? En dat vanaf 2020, als hij 175 jaar bestaat.

Chris Schriks, Frederik Muller 1817-1881. Baanbreker in de wereld van het boek
Walbrug Pers, 2016, € 24,95, ISBN 9789462491373
(Eerder gepubliceerd in Inct 4, 2016)

Geen opmerkingen: