zondag 28 oktober 2018

Interview Henk Brandsen van Boekholt Boekhandels: 'Ik ben een boekhandel, ik blijf een boekhandel' (Boekblad)

Henk Brandsen bouwde de afgelopen jaren een keten aan boekhandels in het centrum van Amsterdam op. De Boekholt Holding, momenteel vier winkels groot, leidt een licht omzetverlies. Door in te zetten op de combinatie instore en onlineverkoop wil Brandsen het tij keren. Behoefte aan literaire buurtboekhandels blijft er wat hem betreft zeker.

Een kwart eeuw was Henk Brandsen (58) vaste klant bij Zwart op Wit aan de Utrechtsestraat in Amsterdam. Een van de voornaamste redenen om steeds terug te komen, was de manier waarop de toenmalige rechtbank-medewerker werd geholpen. Zo ter zake kundig, zo persoonlijk. 'Vroeger had Mark [Carpentier, md] een hoekje homoboeken staan. Maar toen het niet meer rendeerde en hij het wegdeed, zei hij tegen mij: maar de boeken voor jou hou ik apart. Dat bedoel ik.'
Sinds hij zelf met de Boekholt Holding een keten van boekhandels in Amsterdam begon op te bouwen, momenteel bestaande uit De Dolfijn (sinds 2011), Island, A la Carte (beide sinds 2017) en Pantheon (sinds 1 april jl.), is zijn bewondering voor de medewerkers in de winkel alleen maar toegenomen. ‘Bij de klanten treedt regelmatig enige verwarring op wanneer zij geholpen worden bij een Boekholt Boekhandel. De klant komt binnen, op zoek naar een boek. Zij/hij heeft wel iets gehoord, of iets gelezen, over een nieuw boek en het had iets te maken met Canada. De medewerker zegt: ”Ik pak het boek even voor u.”, de klant in verwarring achterlatend omdat die dacht dat het nog een moeilijk verhaal zou gaan worden. Ze zijn allemaal zo toegewijd aan de klanten en aan de winkel. En ze werken er allemaal al jaren.’
Het personeel, heeft Brandsen geleerd, is de kurk waar boekhandels op drijven. 'Hun inzet is ongelooflijk. Ik word er iedere keer weer door geraakt. En dat voor een salaris – ik durf eigenlijk niet hardop te zeggen hoe laag dat is in de detailhandel.'

Waarom wilde u boekhandelaar worden?
'Ik was in de zomer van 2010 al drie jaar met sabbatical. Het was mooi geweest. Mijn man - ouderwetser dan ik - vond ook dat ik weer wat moest doen met mijn tijd. Ik wilde graag een winkel, en omdat ik van kinds af aan dol op lezen ben geweest, besloot ik al snel dat het een boekhandel moest worden.'

Eentje zoals Zwart op Wit?
'Die had ik best willen hebben. Het is een schitterende winkel, al denk ik nu – met mijn nieuwe kennis van omloopsnelheid, gemiddelde kassa-aanslag en marges – dat hij te veel tijdschriften heeft. Mark wilde toen niet verkopen.'

Hoe heeft u toen Boekholt De Dolfijn gevonden?
'Ik vond het prettig om te worden ondersteund door een grotere organisatie. Niet bij het ondernemen. Dat leek me niet zo moeilijk, ook al had ik het nog nooit gedaan. Maar bij het boekenvak, dat ik helemaal niet kende. Dan heb je de keuze uit RDC en Libris. Bij de eerste had ik niet zo'n prettig gesprek met een accountmanager die weinig meer zei dan: vul deze formulieren maar in. Bij de tweede had ik wél een klik met Andries Gulliker, hoewel hij aanvankelijk sceptisch was. "Ja ja, dus je houdt van lezen." Maar toen ik hem overtuigde dat ik echt mijn geld erin wilde investeren, schakelde hij de makelaar van Libris in. Samen hebben we een aantal panden bezocht. Andries stak er echt tijd en moeite in. Hij tipte me uiteindelijk dat De Dolfijn op de markt kwam en hielp bij de overname. Bij het bepalen van de waarde van de voorraad bijvoorbeeld.'

Dat was 2011. Toen begon de economische crisis zich te verdiepen.
'Ik wist dat het minder zou worden. Maar zo'n klap? Het is maar goed dat ik dat niet wist. Anders had ik De Dolfijn misschien niet gekocht en had ik nu veel spijt gehad. Vooral 2013 was een héél moeilijk jaar. Ik kon een jaarcontract van een medewerker niet verlengen en moest zelf op de vloer staan. Omdat ik mezelf niet uitbetaalde – wat ik me dankzij mijn thuissituatie kon veroorloven –  scheelde dat al gauw 25.000 euro aan kosten. Best mogelijk dat ik het daarom net heb gered.'

Het was nooit uw bedoeling zelf op de vloer te staan?
'Niet structureel. Ik wilde op freelancebasis een keer op zaterdag of een vaste dag in de week meewerken. Ik keek eerder al snel uit naar een tweede winkel. Maar toen stond ik opeens vast ingeroosterd op maandag, woensdag, vrijdag en – na invoering van de zondagopening – een keer in de twee weken op zondag. Dat heb ik vier jaar lang gedaan.'

Wat heeft u daarvan geleerd?
'Voor de schermen hoe je klanten begroet, hen helpt, netjes afrekent. En achter de schermen al het reilen en zeilen. Hoe je bestelt, wanneer je voor welke leverancier kiest, de boekhouding.'

Ook hoe u de koers van De Dolfijn moest bijsturen om hem weer rendabel te maken?
'Ik wilde er niets aan veranderen. Het was een bestaande winkel, die al sinds 1997 op de Haarlemmerdijk was gevestigd, met een bepaald assortiment dat goed lag bij de mensen in de buurt. Een mooi breed algemeen aanbod, met relatief veel titels uit het hogere segment en verhoudingsgewijs weinig thrillers. Als je dat verandert door bijvoorbeeld meer nadruk te leggen op bestsellers, raak je klanten kwijt. Zij merken zulke veranderingen onmiddellijk.'

Wilde u geen nevenproducten erbij nemen?
'Ook niet. Ik heb altijd gezegd: ik ben een boekhandel, ik blijf een boekhandel. Dat moet een klant onmiddellijk zien. Dus: geen zeepjes op de toonbank. Absoluut niet. Er was wel tegendruk. Mijn man, die nu commissaris is van de Boekholt Holding, vond dat ik leesbrillen moest verkopen. Libris vond dat ik moest diversifiëren. Maar ik heb maar 94 vierkante meter verkoopvloeroppervlak. Waarom dan leesbrillen neerleggen die de opticien aan de overkant ook voor 6,95 verkoopt? Nee. Ik heb volgehouden – wat natuurlijk een beetje een gok was – en ben er doorheen gekomen.'

Waarom wilde u toen alsnog meerdere boekhandels bezitten?
'Leek me leuk. Ik word toch ouder en vond het ook niet erg om het leven van een pensionado te leiden. Ik doe nu iedere ochtend van 6 tot 9 de administratie en denk dan vrolijk: wat zal ik vandaag eens doen. De bedrijfsleiders runnen de winkel. Ik word nu betaald voor mijn diensten. Ook heb ik alle winkels gekocht met eigen kapitaal. De winkels betalen hun schulden terug met rente. Dat zijn mijn inkomsten.'

Heeft een keten ook bedrijfseconomisch nut?
'Natuurlijk, maar niet zozeer door gezamenlijke inkoop, wat je zou denken. Als je dat wil bundelen, moet je één aansluiting bij CB hebben en de boeken dus op één plek laten bezorgen en moet ik kosten maken om iemand die boeken binnen Amsterdam te verspreiden. Pas als ik een boekhandel of zes, zeven zou hebben, heeft het zin op een bedrijventerrein een loods te huren. En grotere marge kan ik toch nauwelijks krijgen. Ik zit binnen Libris al bijna in de hoogste groep. Nou ja, misschien is het ook wel gemakzucht. Wil ik op dit moment niet een hele administratie daarvoor opzetten.'

Wat is het voordeel wel?
'De holding betaalt mijn diensten. De boekhandels hoeven dat niet individueel in te kopen. Dat zou duurder zijn. Ze stimuleren elkaar ook en gaan daardoor beter presteren. Misschien laat ik me in de luren leggen door het economisch herstel, maar de omzet gaat momenteel minder hard achteruit dan voorheen. En ze leren van elkaar. Bij Boekholt Pantheon zijn ze sterk in het organiseren. De bedrijfsleider deelt de evenementennota daarom met de anderen. Boekholt Island doet om historische redenen veel verkoop buiten de deur. De Dolfijn is erg goed in etaleren en de inrichting van de winkel.De andere winkels kunnen van die kennis profiteren.'

En wat doet u zelf nog – behalve de administratie?
'De bedrijfsleiders hebben alle vrijheid om hun eigen koers te bepalen. Ik kom zelf eens in de twee, drie weken in de winkels. In Pantheon misschien iets vaker, omdat we die verbouwen nu A la Carte er intrekt. Dan kijk ik vooral naar de inrichting: ziet die er netjes uit? Daar ben ik heel strikt op. Een keer in de maand is er een bedrijfsleidersoverleg – het blo, jawel; gelukkig de enige afkorting in de hele holding. En verder hou ik me bezig met de strategie.'

Hoe groot moet de holding worden?
'Dat maakt me niet uit. Ik voer op dit moment geen gesprekken. Binnenkort waarschijnlijk wel. Iemand heeft me benaderd naar aanleiding van een interview in Het Parool onlangs. En dan moeten we zien of we eruit komen. Het eigen geld waarmee ik de huidige winkels heb gekocht, is in ieder geval op. Ik zal voor nieuwe winkels een lening moeten regelen bij mijn huisbankier ABN AMRO.'

Had u, gezien uw achtergrond, vorig jaar geen doorstart willen maken met homoboekhandel Vrolijk?
'Nee. Ik werd eerlijk gezegd overvallen door dat faillissement, maar dan nog weet ik niet of homo's nog behoefte hebben aan zo'n winkel. Vrolijk draaide lange tijd op de pornofilms die boven lagen. Dat is nu allemaal op internet te vinden. En de tijd dat algemene boekhandels voorzichtig deden met homoseksuele boeken en non-fictie, is voorbij. Als nu een film als Call Me By Your Name draait, ligt de roman van André Aciman waarop hij is gebaseerd in heel Amsterdam in de etalage. Bovendien wil ik het liefst algemene boekhandels. Dat ik een reisboekhandel heb, waar heel specifieke kennis voor nodig is, vind ik al lastig.'

Kunnen dergelijke algemene buurtboekhandels in een stad als Amsterdam nog floreren?
'Zeker! Ik draai bij De Dolfijn een omzet van zes ton. Stel dat ik daar, zonder personeel, zes dagen in de week zou willen werken, dan heb ik daar een goed inkomen aan. Kijk ook naar Premsela of Over het Water, waar Sander Smit en Lot Douze precies hetzelfde doen. Ik vraag me eerder af of zo'n grote winkel als Scheltema overleeft.'

Waarom?
'Toen Scheltema opende op het Rokin zag je beneden aanvankelijk geen enkel boek. Als je een boekhandel binnenstapt wil je toch meteen zien dat het een boekhandel ís? Er zijn ook zo veel koffiehoeken dat je denkt: was een coffeecorner begonnen. Het gevolg is dat er in Scheltema eigenlijk net zo veel verschillende titels staan als in De Dolfijn – alleen hebben ze van elke titel drie of vier exemplaren, en wij eentjes.'

De ideale boekhandel is klein maar fijn?
'Dat denk ik wel. De Dolfijn en Island bij elkaar, zo'n 250 vierkante meter, is volgens mij ideaal. Met daarin een mooie collectie die klanten het gevoel geven iets te ontdekken. Bij Scheltema zag ik ooit bij de ingang een pallet van 150 exemplaren van Charlotte Salomons Leven of theater. Schitterend boek, 130 euro. Maar met zulke stapels gaat toch iets verloren van de uniciteit van het boek? Dat nodigt toch niet uit om het te kopen?'

Uw winkels zitten wel allemaal in het centrum. Dat wordt overgenomen door toeristen.
'Ik vind dat meevallen. Het centrum loopt niet leeg. En de stad als geheel zal alleen maar groeien. Binnenkort beginnen ze op een groot industrieterrein aan de binnenkant van de A10 50.000 huizen te bouwen. Havenstad, gaat die wijk heten. Dat zijn zoveel mensen bij elkaar dat daar juist plek is voor een nieuwe boekhandel – een Boekholt-boekhandel, dat weet ik nu al, ook al is vanaf nul opbouwen iets nieuws voor me. En je kunt ook je assortiment aanpassen op toeristen. Meestal komen ze binnen voor een plattegrond, maar ze nemen vaak boekjes over Amsterdam mee die wij dan ook in alle talen, tot Chinees aan toe, hebben liggen.'

Veel winkels overleven door klanten aan zich te binden met activiteiten. Kan dat ook in een centrum waar al zó veel te doen is?
'Pantheon had laatst een wijnproeverij met Nicolaas Klei. Dat was hartstikke gezellig. Een groot succes. Al is het waar dat je in Amsterdam genoeg kunt doen, mensen vinden het leuk als er juist in hun eigen boekhandel in hun eigen buurt iets gebeurt. In iedere buurt wonen ook veel schrijvers. Pantheon wil daarom een driemaandelijkse debutantenavond organiseren waar auteurs uit de buurt zich voorstellen. Dat vinden mensen verschrikkelijk leuk.'

Toch daalt de omzet, vertelde u net.
'Dat klopt. Een à twee procent per jaar.'

Baart u dat geen zorgen?
'Nog niet. Maar ik begrijp ook wel dat je niet eindeloos door kunt met -2% per jaar. Ik wil dat de omzet in 2019 weer gaat stijgen, door aan de slag te gaan met online verkoop. Van de 6 ton omzet van Boekholt De Dolfijn komt 6.000 euro binnen via internet. Veel te weinig. We laten daar echt iets liggen. Binnen Libris is een clubje van ongeveer tien boekhandels bezig met een pilot om de online omzet te bevorderen. Ik heb mij daar na de laatste jaarvergadering van Libris in juni voor aangemeld. Al mijn medewerkers gaan op cursus klantbenadering. De websites gaan op de schop. Enzovoorts. Ik vind dat Libris mij daar erg goed bij ondersteunt. Ook met innovatieve projecten.'

Waar denkt u dan aan?
'Dat ze een kopgroep hebben gevormd, zodat er bewijs is dat de strategie werkt. De online verkopen groeien bij deze winkels, zonder dat het de instore verkopen kannibaliseert. Mensen ontdekken namelijk met je internetservice ook je fysieke winkel. Daarnaast werkt Libris aan een systeem om niet langer alle bestellingen via CB te laten lopen. Straks kan Libris in de winkelvoorraad kijken. Als een klant online bestelt en je hébt het boek staan, dan krijg je tot 16 uur de gelegenheid het zelf in een envelop te doen. Bestellingen na 16 uur en bestellingen waar je niet op reageert, gaan dan via CB. In plaats van een paar cent hou je zo je normale boekhandelsmarge over.'
(Eerder gepubliceerd in Boekblad magazine, sept 2018)

Geen opmerkingen: