donderdag 27 februari 2020

Hoe zorgen we ervoor dat Nederlandstalige literatuur de wereld over reist? (Taalunie)

Ieder jaar verschijnen honderden Nederlandstalige boeken verspreid over de hele wereld in vertaling. Hoe krijgt bijvoorbeeld een Vlaamse roman een vertaling in het Tamil, de vijfde taal van India? Dat is te danken aan een collectieve inspanning van alle betrokkenen. Ook de inzet van de Taalunie voor de kwaliteit van vertalingen is essentieel. In dit artikel wordt uitgelegd hoe dat in zijn werk gaat.

Het omslag toont een dampend kopje koffie tegen een zwarte achtergrond. Zo veel is zeker. Maar hoe het boek heet? Wie het heeft geschreven? Het schrift is onmogelijk te ontcijferen voor iemand die behalve het Nederlands hooguit een paar Europese talen kent. Pas bij nadere bestudering blijkt het MisTar juulsuTan oru naaL te heten – de vertaling in het Tamil van De buitenkant van meneer Jules van Diane Broeckhoven, dat in 2014 verscheen bij de Indiase uitgeverij Kalachuvadu Publications.
Hoe komt dit boek in de bibliotheek van beleidsorganisatie Literatuur Vlaanderen terecht? Anders gezegd: Hoe krijgt een Vlaamse roman een vertaling in de vijfde taal van India?

Ieder jaar verschijnen er honderden boeken van Nederlandstalige auteurs in alle denkbare talen. In 2018 waren dat er, voor zover bekend bij het Nederlands Letterenfonds, maar liefst 543. Het gaat om alle mogelijke genres: romans van Arnon Grunberg, kinderboeken van Bart Moeyaert, klassiekers van Willem Elsschot, poëzie van Maria Barnas, theaterteksten van Jan Fabre, strips van Typex, literaire non-fictie van Midas Dekkers. Het gaat ook om 45 verschillende talen: van Afrikaans en Amhaars tot Vietnamees en Zweeds.
De aantallen zijn zo groot dat je zou denken dat al deze boeken vanzelf op nachtkastjes van lezers wereldwijd belanden. Dat is het niet. Het Nederlands is geen wereldtaal zoals Engels, Chinees of Spaans. Zelfs het Tamil kent al 3,5 keer zo veel sprekers. Dat maakt dat als een buitenlandse uitgever al een boek in het Nederlands in handen krijgt, hij onmogelijk de kwaliteit ervan kan beoordelen. Sterker: misschien kan hij niet eens uitvogelen of het een thriller, literaire roman of non-fictie is.

Buitenlandse nieuwsgierigheid naar Nederland en Vlaanderen is er wel, maar de actualiteiten in Washington, Moskou en Beijing zijn in de ogen van de buitenwereld belangrijker dan die in Den Haag of Antwerpen. Ook de gebeurtenissen in pak hem beet Rio de Janeiro of Ankara trekken meer belangstelling. Buitenlandse uitgevers zullen daarom eerder de literatuur uit die taalgebieden willen lezen.
In wetenschappelijke termen: het Nederlands is een perifere taal. De sprekers van het Engels – de meest centrale taal – lezen daarom relatief weinig boeken in vertaling, Nederlandstaligen relatief veel. Om boeken uit het Engels vertaald te krijgen, hoeft daarom geen moeite te worden gedaan. De gretige buitenlandse uitgeverijen kopen de vertaalrechten toch wel. Maar om onze literatuur over de wereld te verspreiden, anders dan via een enkele toevalstreffer, is gericht beleid nodig.

De taak om literatuur over de grens te krijgen, berust van oudsher bij uitgeverijen. Om commerciële redenen promoten zij hun eigen uitgaven bij collega's in het buitenland. Dit deden zij altijd op boekenbeurzen: van de bekendste in Frankfurt (oktober) en Londen (april) tot de kinderboekenbeurs in Bologna (maart). Ook vertalers uit het Nederlands fungeren vaak als handelsreiziger. Zij kennen de Nederlandstalige literatuur, houden er vaak van en willen die dolgraag bekend maken in hun eigen taalgebied.
De gespecialiseerde foreign rights agents, die uitgevers steeds vaker in dienst hebben, en vertalers proberen buitenlandse uitgeverijen te overtuigen met kwaliteit. Zij kennen ook het fonds van deze bedrijven en kunnen daarom inschatten of Herman Koch, Annie M.G. Schmidt of Leonard Nolens daarin past. Maar het is niet het enige argument. Ook hoge verkoopcijfers, gewonnen literaire prijzen en een lokale link wegen door. Kochs vaste Finse uitgever wil om die laatste reden maar wat graag diens Finse dagen hebben.

Het kan echter niet alleen aan de markt worden overgelaten. Nederland kent sinds 1954 de Stichting ter Bevordering van de Vertaling van Nederlands Letterkundig Werk – tegenwoordig opgegaan in het Nederlands Letterenfonds. Vlaanderen werkt het Vlaams Fonds voor de Letteren – tegenwoordig Literatuur Vlaanderen –na incidentele inspanningen sinds 2003 structureel aan buitenlandpromotie. Beide instellingen maken zich hard voor de promotie van de Nederlandstalige literatuur in de breedte. Dus óók klassiekers of moeilijke genres.
Hoe zou anders De Avonden van Gerard Reve vier jaar geleden in het Engels zijn verschenen? En rond dezelfde tijd in nog een handvol talen, zoals Deens, Hebreeuws en Turks? Uitgevers zouden commercieel interessantere titels voorrang geven. Ze zouden misschien ook hebben gedacht: deze roman is té typisch Nederlands. Alleen door een weloverwogen inzet voor deze titel, waagde het Londense Pushkin Press toch de gok. En wat bleek? Britse recensenten lazen in de vertaling van Sam Garrett een klassieker met universele zeggingskracht.

De twee fondsen hebben een scala aan beleidsmiddelen tot hun beschikking. Zij bezoeken beurzen, zoals die van Caïro (februari) en Guadalajara (november). Zij nodigen ook buitenlandse uitgeverijen uit op publishers tours om onze lokale uitgeverijen te leren kennen. Ze maken proefvertalingen (in de taal die de meeste mensen beheersen: het Engels), stellen brochures samen, verlenen prijzen aan vertalers, sturen Nederlandstalige auteurs naar festivals of op promotietour over de hele wereld, enzovoorts.
Het belangrijkste middel is natuurlijk: geld. Beide fondsen stellen translation grants ter beschikking om het economische risico te beperken te beperken om een vaak nog onbekende auteur te vertalen. De subsidie bedraagt maximaal 60% (Vlaanderen) of 70% (Nederland) van de vertaalkosten, maar kan oplopen tot 100% als het om een klassieker gaat. Daar wordt massaal gebruik van gemaakt. Een derde van de 543 vertalingen uit 2018 is gesubsidieerd. Ook Kalachuvadu kreeg destijds steun voor Broeckhoven: 435 euro.

Belangrijk is daarbij dat de vertaling kwaliteit heeft. Hierin speelt de Taalunie een essentiële rol. Dankzij een brede ondersteuning van opleidingen Nederlands wereldwijd draagt de organisatie er in de eerste plaats aan bij dat er overal steeds weer enthousiaste vertalers opstaan. Via het Expertisecentrum Literair Vertalen (ELV), mede door de Taalunie geïnitieerd, wordt geïnvesteerd in talentontwikkeling en deskundigheidsbevordering van deze vertalers. Het ELV organiseert daarvoor onder meer cursussen en studiedagen.
Om de kwaliteit te garanderen, krijgen uitgevers alleen translation grants voor vertalers die garant staan voor een hoog niveau. Een proefvertaling moet dan zijn goedgekeurd door experts. Of ze moet ze op de lijst geaccrediteerde vertalers staan. Eind 2018 ging dat om 690 vertalers, die vertalen naar 33 verschillende talen. Om erop te komen, moeten zij een proefvertaling indienen die – anoniem – wordt beoordeeld door professionele vertalers en/of docenten vertaalwetenschap. Valt de proefvertaling die een uitgever aandraagt tegen, dan dragen de fondsen een andere, wél goedgekeurde vertaler aan.

Anandh Krishna, vertaler van Diane Broeckhoven, staat overigens niet op deze lijst. Waarom? Hij beheerst helemaal geen Nederlands. Hij vertaalde de roman bij gebrek aan vertalers Nederlands-Tamil uit het Engels. En díé vertaling is wel degelijk beoordeeld op kwaliteit. De lezers in het Tamilsprekende deel van India kunnen daarom MisTar juulsuTan oru naaL ter hand nemen in de wetenschap dat ze een getrouwe indruk kunnen krijgen van deze parel van de Nederlandstalige literatuur.

(Eerder gepubliceerd op Taalunie.org, 30 jan en – in Engelse vertaling – op the-low-countries.com)

zaterdag 22 februari 2020

Waarom boekhandels zelf boeken verkopen via Bol.com (Boekblad)

Bol.com verhoogt per 1 maart de verkoopcommissie voor boeken. Plaza-verkopers zoals Binnert Overdiep, Paagman en Vos & Van der Leer voorspellen dat zij daarom hogere prijzen moeten rekenen. Of ermee stoppen? Nee, daarvoor zijn de voordelen te groot.

Het was groot nieuws in de e-commercewereld. In reactie op de komst van Amazon maakt Bol het aantrekkelijker voor partners om producten op hun platform te verkopen. De vaste verkoopcommissie, die in veel gevallen 83 cent bedroeg, gaat omlaag voor goedkopere producten. Voor items tot 10 euro betalen verkopers straks 20 cent, voor items tussen de 10 en 20 euro betalen 40 cent. 'Het gevolg hiervan is dat het aanbod in deze prijscategorieën omhoog gaat', zei directeur Huub Vermeulen onlangs tijdens de Webwinkel Vakdagen. 
Maar. Voor artikelen in de productcategorieën boeken, digitaal, film, muziek en games software introduceert Bol.com een nieuwe vaste verkoopcommissie. Deze mediatoeslag bedraagt 1 euro per verkocht artikel. Gemiddeld komt de stijging neer op circa 30 procent. 'Dat is een enorme verslechtering', zegt Eduard Kuijt van Binnert Overdiep in Heerenveen daarom ook, die online boeken verkoopt onder de merknaam Internetboekhandel.nl. 'Voor alle boeken betaalde ik een vaste commissie van 83 cent. Voor boeken tot 10 euro wordt dat 1,20 euro. Dat loopt op naar 1,83 euro voor boeken boven de 20 euro.'

Prijzen gaan omhoog
Waarom Bol.com een mediatoeslag introduceert, is onduidelijk. Op haar eigen site geeft het geen toelichting. Maar ook Boekblad en Kuijt kregen geen duidelijk antwoord op vragen daarover. Kuijt: 'Het is vaak lastig praten met Bol.com. Het is wat dat betreft een gesloten bolwerk.' Vermoedelijk is de reden echter gelegen in het feit dat boeken een vaste prijs kennen. Op alle andere producten kan een online prijzenoorlog met Amazon ontstaan, op boeken niet. Dus: wat Bol.com elders aan commissie weggeeft, haalt het terug via aanbieders van boeken.
In ieder geval betekent het dat prijzen voor boeken en cd's van partners omhoog gaan. Dat voorspellen zowel Fabian Paagman van Paagman in Den Haag als Kuijt. 'Alleen voor mijn kantoorartikelen zal ik de prijzen mogelijk verlagen, omdat de commissie daarvan omlaag gaat.' Dat komt overigens niet alleen door de hogere verkoopcommissie, voegt Kuijt eraan toe. Belangrijk zijn ook de verzendkosten, die PostNL en andere vervoerders verhogen. 'Logisch, want verzenden is altijd te goedkoop geweest'.

Vaste prijs of niet
Voor alle duidelijkheid: boeken hebben uiteraard een vaste prijs. De verhoging zit hem in de kosten van verzenden en administratief afhandelen. Dat Bol.com de prijzen anders presenteert, doet daar niets aan af. Bol.com doet namelijk alsof het zelf de vaste prijs hanteert, waar het (in sommige gevallen) een toeslag voor verzending voor rekent, terwijl het bij de prijzen van partners de verkoopprijs én de kosten voor verzending bij elkaar optelt. Vervolgens staat er dat de partners boeken gratis verzenden. Zo lijkt het altijd alsof Bol.com de goedkoopste is.
Het is een voortdurend punt van discussie tussen Bol.com en de partners. Waarom maakt Bol.com de prijsopbouw niet beter inzichtelijk zoals Amazon wel doet bij producten van partners?

Welke boekhandels verkopen via Bol.com?
Volgens Bol.com zijn er op dit moment 'duizenden aanbieders' van nieuwe boeken. 'Wij verwachten dat dit aantal aankomend jaar verder blijft groeien', aldus woordvoerder Tamara Vlootman. Wie echter kijkt naar een aantal recente bestsellers ziet vaak maar een handjevol aanbieders staan – zelden meer dan tien. Daarvan zijn drie boekverkopers die je bij actuele bestsellers steeds tegenkomt. Behalve Binnert Overdiep en Paagman is dat Vos & Van der Leer uit Dordrecht.
Daarnaast stuit je op aanbieders als Boeken-tip, waarachter het inmiddels failliete Veldboeket Lektuur schuil gaat, of BeterBoek International, dat verwijst naar een privé-adres in Eindhoven. Arnaud Makkenze van Vos & Van der Leer vermoedt dat daar mogelijk een boekhandel achter schuil gaat die liever niet openlijk via Bol.com verkoopt. Of wellicht een andere professional in het boekenvak. Kuijt: 'Ik heb eens een directeur van een uitgeverij "betrapt" op het verkopen via Bol met een privé-account. Dat is nu niet meer actief.'

Waarom doen ze het?
De reden dat deze boekhandels actief zijn via Bol.com is voornamelijk: omzet. 'Bol heeft een miljoenenpubliek. Die trek ik in Heerenveen niet', zegt Kuijt. Ter illustratie: in de atypische afgelopen decembermaand, waarin niet overwegend de gebruikelijke longtail werd verkocht maar juist wel de reguliere bestsellers, had Internetboekhandel.nl via Bol 5.365 bestellingen. 'Een verdubbeling ten opzichte van vorig jaar. Dat maakt de omzet als Plaza een essentieel onderdeel van mijn totale online omzet.'
Vos & Van der Leer, die op een veel kleinere schaal opereert, hanteert een vergelijkbare redenering. 'Ieder boek die je verkoopt is er één', zegt Makkenze. 'Het maakt mij niet uit of je dat linksom of rechtsom doet. En Bol is nu eenmaal de handigste marktplaats die er is. Daarbij heeft Bol in wezen alleen een link met het CB. Als het daar weg is, zegt Bol dat het uitverkocht is – maar heb ik vaak nog een exemplaar staan. Dan komen klanten bij mij. Zo had ik gisteren toch zeven bestellingen. Dat is genoeg om het de moeite waard te maken.' 
Alleen Paagman legt een ander accent. 'Wij doen het vooral voor de learnings', zegt Paagman. 'Het moet natuurlijk geen geld kosten, maar het is geen moneymaker. De marges zijn zó dun dat als je er op jaarbasis tien- tot vijftienduizend euro aan over houdt, het al veel is. We hebben er in sommige periodes ook weleens actief gestuurd op het krijgen van wat minder orders, omdat de kosten niet opwogen tegen de baten. Maar het is wél heel informatief. Zo zien we via onze Plaza-verkopen beter welke trends spelen. Daardoor kunnen we beter inkopen voor de winkel.'

Effect op de dagelijkse praktijk
Dat sluit aan bij wat Kuijt zegt: 'Een boekhandel kan niet zomaar een account op Bol aanmaken, je moet je bedrijf erop inrichten. Als je ervoor tekent, moet je ook de belofte die Bol aan zijn klant doet, waarmaken. Je kunt dus nooit denken: ik kijk morgen wel naar die bestellingen. En als PostNL de pakjes komt ophalen, móéten ze klaar liggen. Je moet structuur in je werkzaamheden aanbrengen om ervoor te zorgen dat dat ook gebeurd en er vervolgens enorm gedisciplineerd aan vasthouden.'
Een boekhandel moet daarbij durven rekening te houden met zijn Bol-klanten. Kuijt: 'Stel, na een uitzending van DWDD krijg je een aantal online bestellingen. Zijn de exemplaren in de winkel voor hen? Of voor je eigen klanten? Het is zuur om tegen hen nee te zeggen, maar toch gaan de eersten voor. Gelukkig kun je ook al 's avonds bijbestellen en heb je in de loop van de dag nieuwe voorraad. Ook durven we nu van sommige titels echt veel exemplaren in te kopen, als we voorzien dat we die ook online goed verkopen. In het begin durfden we dat nog niet.'

Ook indirect voordeel
Naast de rechtstreekse bijdrage aan de omzet kan verkoop via Bol ook bepaalde aspecten van de bedrijfsvoering mogelijk maken – juist omdat de boekhandel zo op een grotere schaal opereert. Dat geldt voor Paagman bijvoorbeeld voor same day delivery. 'Dat kan alleen uit omdat we dat aanbieden voor bestellingen via Bol en via onze eigen site.' Voor Kuijt geldt het voor klassieke muziek-cd's. 'Ik heb er redelijk wat in de winkel staan, terwijl de omzet eigenlijk te klein is om dat te rechtvaardigen. Zo veel liefhebbers zijn er niet voor in Heerenveen en omstreken. Door de combinatie met online-omzet kan het wél.'
Paagman snapt desalniettemin waarom relatief weinig boekhandels gebruik maken van het platform van Bol. Ten eerste: online boekverkoop is 'een heel specifiek kunstje, dat je er niet even bij doet. Als je dat hebt uitbesteed, zoals veel Libris-winkels aan Libris, ga niet ook een operatie optuigen voor Bol.com.' Ten tweede: 'juist in het boekenvak heerst een bepaalde ambivalentie, om niet te zeggen antipathie, tegen Bol. Dan wil je daar niet mee samenwerken.' Kuijt sluit zich bij dat laatste aan.

Kansen voor boekhandels
Toch wenst Kuijt een open, serieus gesprek over boekverkoop via het Plaza van Bol in het boekenvak. 'Het is óók een manier om handel te drijven. En als je alles bij elkaar optelt, kan het platform daarbij helpen om je hele toko overeind te halen. Daarom moet er niet besmuikt of stiekem over worden gedaan, maar moeten boekverkopers met elkaar in gesprek over de beste manier waarop we het platform kunnen benutten. En met uitgevers, die er ook baat bij hebben als wij showrooms op A1- of A2-locaties in stand houden.'
Om de gedachten te bepalen vertelt Kuijt dat in sommige branches leveranciers te afhankelijk van Bol zijn geworden. 'In sommige gevallen is Bol goed voor 60 tot 70% van de omzet. Dat is natuurlijk een ongezonde situatie: één klant die zo groot is. Bol komt dan in een positie dat het steeds betere condities kan eisen: hogere marges, een bijdrage aan pr-kosten, noem maar op. Op een gegeven moment is dat onhoudbaar.' Dáár zitten kansen voor Plaza-verkopers, zoals hij uit eigen ervaring kan vertellen.
Want wat besloot een speelgoedleverancier, van wie BinnertOverdiep ook producten verkoopt. 'Die is gestopt met verkopen aan Bol. Het heeft in plaats daarvan ons en een aantal andere retailers benaderd om hun spullen via Plaza op Bol aan te bieden. Zo zijn ze een niet steeds groter percentage van hun marge kwijt aan Bol én behouden ze de showroom-functie van winkels voor hun producten. Want wij leggen de producten uiteraard in de winkel. Dit gebeurde overigens in overleg met Bol.com.'
Eigenlijk, vindt Kuijt, moet Bol.com volledig platform worden. 'Ze associëren zich graag als platform, maar spelen tegelijk – een beetje stiekem – winkeltje. Als Bol, die alle data verzamelt, ziet welke producten populair zijn, gaan ze daar vervolgens voor zichzelf een leverancier van zoeken. Terwijl dat niet nodig is. Als je de Plaza van Bol vergelijkt met die van Amazon en Alibaba, heeft de enige van deze drie die niets zelf verkoopt het beste rendement: Alibaba. Dus waarom zou Bol dat niet doen?'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 17 feb)

vrijdag 21 februari 2020

Book Island stopt definitief met Nederlandstalig fonds (Boekblad)

De in Groot-Brittannië gevestigde prentenboekuitgeverij Book Island stopt definitief met de Nederlandstalige markt. De aanhoudende onzekerheid na Brexit laat eigenaar Greet Pauwelijn geen keuze. Eind maart moet de resterende voorraad zijn verkocht.

Book Island is in 2012 door de geboren Vlaamse in Nieuw-Zeeland gestart, waar zij destijds woonde met haar echtgenoot. Van meet af aan gaf ze in het Nederlands en Engels uit. Dat was een vruchtbare kruisbestuiving. Maar kort na de verhuizing van het hele gezin naar Bristol in 2016 gooide het Brexit-referendum de plannen voor de uitgeverij door de war. Sindsdien is onduidelijk op welke basis zij handel kon drijven met het continent. 
'Ik ben twee jaar geleden al gestopt met uitgeven in het Nederlands', vertelt Pauwelijn. 'De deadline van de Brexit werd steeds verlegd. Het bleef onduidelijk welke trade deal de UK met Europa zou sluiten. En we weten het nóg niet. Ik durfde gewoon het risico niet meer te nemen. Ik heb ook zo veel tijd verloren met 's nachts piekeren over de Brexit.'
Het spijt haar zeer. De Nederlandstalige markt was de beste markt voor haar type boeken: mooi verzorgde prentenboeken in hardback. 'Klanten in Nederland en Vlaanderen hebben een betere smaak, kunnen de waarde van een boek goed inschatten en zijn bereid 15 euro voor een hardback te betalen. Zeker 80 procent van de verkochten prentenboeken zijn in hardback. Een paperback geef je ook niet cadeau. Dat doe je gewoon niet. In de UK is het precies andersom. Paperback is de norm, tegen een spotprijs. Hier ligt de psychologische grens voor een boek lager. En andere uitgevers spelen daar op in.'
Daar komt nog bij dat Nederland een vaste prijs heeft. En – niet onbelangrijk – de betalingstermijn veel korter is. 'Ik kreeg mijn geld binnen een maand. In de UK is dat minstens drie maanden en voor de export loopt het soms op tot zes maanden. Dat betekende dat ik met de Nederlandstalige uitgave snel voldoende cash in huis had om het volgende boek te maken. Ik gaf het uit, boekhandels en bibliotheken plaatsten een bestelling, CB betaalde en ik kon verder.'
Na de verkiezingsoverwinning van Boris Johnson in december vorig jaar, waarmee de Brexit definitief door zou gaan op 31 januari, verwachtte Pauwelijn gedeprimeerd te zijn. Het tegendeel bleek het geval. Ze voelde strijdlust om gedurende Johnsons termijn te strijden voor het behoud van de band met Europa. Zo ontstond een nieuw idee: een kinderboekhandel met een internationaal aanbod in zo veel mogelijk talen.
'Bristol is daarvoor een heel goede plek', redeneert ze. De stad met bijna een half miljoen inwoners is een heel multiculturele gemeenschap. Er zijn twee universiteiten. Er is een fabriek van Airbus, waar veel Franse expats voor werken. En het is een beetje een rebelse stad. Dat blijkt uit de verkiezingsuitslag: het is de enige stad waar Labour heeft gewonnen. Als er ergens in Engeland zo'n kinderboekhandel het kan redden, is het hier.'
Om die nieuwe droom waar te kunnen maken doet Pauwelijn afstand van de resterende voorraad van haar Nederlandstalige fonds. Het gaat om circa zesduizend exemplaren van in totaal 9 titels, die in Culemborg liggen. Dat gaat om onder meer Meneer Minuscuul en de walvis van Julian Tuwim, Heeft u soms een knipperlichtje gezien? van Bernardo Carvalho en Dat is míjn vijver van Claire Garralon. 'Ik doe ze voor de helft van de prijs weg, en daar komt nog de gewone boekhandelskorting bovenop.'
De nieuwe winkel, waar ze ook prints van de illustraties uit haar eigen Engelstalige uitgaven zal verkopen, moet in september opengaan. Pauwelijn zoekt nog naar een geschikt pand. 'Ik ga er een crowdfundingscampagne voor beginnen via Kickstarter. Ik wil 12.000 pond ophalen. Niet omdat ik dat geld niet heb, maar als excuus om er veel lawaai over te maken. En vooral: om te testen of de gemeenschap er open voor staat. Als ik dat bedrag niet haal, bestaat er blijkbaar geen behoefte voor.'
Uitgeven blijft Book Island uiteraard wel – zij het minder titels dan in het begin. De uitgeverij beperkt zich tot drie titels per jaar. Doordat Pauwelijn op die manier meer aandacht aan iedere uitgave (en herdrukken van eerdere titels) kan geven, is de omzet even hoog. Sterker: ze heeft het gevoel dat hardbacks steeds meer aanslaan in Engeland. 'Van Mum’s Jumper van Jayde Perkin, een lokale auteur, heb ik 4000 exemplaren in zes maanden verkocht. De rechten heb ik kunnen slijten aan Amerika en onlangs Taiwan, en er is ook interesse uit tal van andere landen.'
Hoe scherp ze ook moet kiezen, Nederland en Vlaanderen blijven belangrijke aandachtsgebieden. Een van haar volgende titels wordt een vertaling van De boer en de dierenarts van Pim Lammers en Milja Praagman. 'Voor alle uitgaven en herdrukken doe ik trouwens ook een Kickstarter-campagne. Opnieuw, niet voor het geld, maar om er aandacht voor te kunnen vragen en klanten erbij te betrekken. Ik vind dat heel goed werken.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 17 feb)

Zie ook: portret van Book Island (2014)