zaterdag 30 juni 2018

Interview A.J. Finn: De beste thriller is een Paard van Troje (Bibliotheekblad)

Schrijvers zijn zelden actieve gebruikers van de openbare bibliotheek. De Amerikaanse auteur A.J. Finn is een uitzondering. Hij praat bijzonder gepassioneerd over de bibliotheek – én zijn spraakmakende thrillerdebuut De vrouw in het raam, die onlangs in Nederlandse vertaling verscheen.

Lid van de openbare bibliotheek? Voor A.J. Finn spreekt dat vanzelf. In alle steden waar hij heeft gewoond, vertelt de Amerikaanse thrillerschrijver tijdens zijn bezoek aan Nederland, heeft hij zich binnen een week na de verhuizing bij de dichtstbijzijnde bibliotheek aangemeld. Ook in 2013, toen hij verhuisde van Londen naar New York, waar hij uitgever werd bij William Morrow. 'Omdat ik werkte in de uitgeverij kon ik makkelijk aan boeken komen, maar toch was het prioriteit nummer 1 voor mij. Bibliotheken zijn de ruggengraat van de geletterdheid. Ze vormen de basis van de cultuur.'
Juist in deze tijd wil de 38-jarige Finn de openbare bibliotheek steunen. 'De regering van Trump heeft voorgesteld om de subsidie aan het Institute for Museums and Library Services (IMLS) – de organisatie dat de nationale financiering van alle bibliotheken verzorgt – in 2019 af te schaffen, ook al is het maar 0,00006% van het federale budget. Dat zal waarschijnlijk niet gebeuren, omdat de regering het vorig jaar óók voorstelde en de subsidie door het samenspel van politieke machinaties uiteindelijk zelfs werd verhoogd. En toch stelt de regering opnieuw afschaffing voor, alleen om te kunnen zeggen: lezen en bibliotheken, dat is allemaal niet belangrijk.'
De auteur wil zich openlijk te weer stellen tegen de anti-culturele instelling 'van een president die zelfs volgens zijn eigen medewerkers laaggeletterd is'. Bibliotheken zijn te belangrijk om domweg aan hun lot over te laten. 'Het lezen van boeken vergroot je empathie, omdat ze je de mogelijkheid bieden om je te verplaatsen in andere mensen en andere omstandigheden. Bibliotheken geven je op een heel laagdrempelige manier de toegang tot die andere levens. Tot letterlijk duizenden en duizenden andere levens. Mij heeft mijn library card me al mijn hele leven intens veel genoegen beleefd. Het is een ervaring die ik iedereen gun.'
Daar komt bij dat Finn nog altijd daadwerkelijk van bibliotheek gebruik maakt – wat vrij uitzonderlijk mag heten voor een schrijver. 'Ik heb het geluk gehad vaak in de buurt van spectaculaire bibliotheken te hebben gewoond. In Oxford bij de Bodleian, nu bij de New York Public Library. Dat zijn geweldige gebouwen waar het heerlijk is om te verblijven. Zeker in Oxford heb ik praktisch in de bibliotheek gewoond. Tegenwoordig kom ik vooral voor de enorme collecties, juist in het genre waar ik zo van hou: thrillers. In de bibliotheek kan ik nog steeds nieuwe auteurs ontdekken, waar vaak hele oeuvres van aanwezig zijn. De boekhandel heeft begrijpelijkerwijs alleen de laatste titels van de bekendste namen.'
Als het even kan, gaat Finn ook in gesprek met de bibliothecaris. 'De mensen in de bibliotheek worden niet geweldig betaald. Ze werken daar uit liefde voor boeken en lezen. En dat merk je. Overal ter wereld waar ik kom in bibliotheken kan je een goed gesprek voeren met een bibliothecaris over boeken. Ik vind dat heerlijk. Ook de evenementen die ze organiseren in New York zijn van een hoge kwaliteit. Ik ga er zeker vier keer per maand heen, al was het maar om mijn steun aan het bibliotheeksysteem uit te spreken. Je kunt wel lid zijn, zoals ik ook lid ben van de Authors Guild en PEN America, maar voor mij is dat genoeg. Ik wil iets dóén.'

Dat sinds januari ook zijn eigen thriller The Woman in the Window in de bibliotheek ligt, vindt Finn – het pseudoniem van Dan Mallory, genoemd naar de voorletters van een nicht én de Franse buldog van een ander familielid – alleen maar geweldig.  Hij kan het zich permitteren. Iedere uitlening zal weinig afdoen aan zijn inkomsten. Zijn agent verkocht de rechten voor twee boeken aan nota bene zijn eigen werkgever voor twee miljoen dollar. Daarna werden ook de vertaalrechten aan 37 landen en de filmrechten verkocht. En belangrijker: het boek is een bestseller, die twee weken de New York Times Bestseller List aanvoerde.
Begin mei verscheen de Nederlandse vertaling als De vrouw in het raam. Hoofdpersoon is de dertiger Anna Fox die in haar eentje een groot huis in Harlem bewoont. De kinderpyscholoog is door agorafobie aan huis gekluisterd. Daar heeft ze weinig meer te doen dan klassieke films kijken, bij te beunen als online psycholoog en haar buren bespioneren. Als ze op een dag ziet dat haar nieuwe buurvrouw wordt vermoord, heeft ze een probleem. Zij weet zeker dat ze zag wat ze heeft gezien, maar er is geen bewijs – en een dag later staat een vrouw voor haar deur die zich voorstelt als de zogenaamd vermoorde vrouw. Wie gelooft dan een te veel drinkende, zieke geest?
Het knappe aan deze thriller is dat het niet alleen een whodunnit is. Anna Fox is als personage intrigerend genoeg om het boek zo nodig zonder plot te kunnen dragen. 'Als voormalig uitgever weet ik dat zo veel spannende boeken weinig meer dan kruiswoordpuzzels zijn. Je vermaakt je ermee, leest ze uit, doet ze dan weg en vergeet ze. Prima, dat moet ook bestaan. Maar ik wilde meer dan oppervlakkig entertainment bieden. Ik wilde een thriller schrijven die onder de wendingen van het verhaal je een andere, diepe ervaring geeft. Een thriller als een Paard van Troje, die allerlei ideeën het boek in smokkelt.'
Finn nam daarom de tijd om Anna Fox bij de lezer te introduceren. 'Sommige lezers hebben geklaagd dat het eerste kwart of eenderde van het boek te langzaam. Maar ik vind dat noodzakelijk. Om je als lezer echt te engageren met haar moet je vertrouwd raken met het ritme en de routines van haar leven. Anders geef je niet om haar en om wat haar later overkomt. Ik vind het daarom ook belangrijk om haar karaktereigenschappen te geven die voor het verhaal niet noodzakelijk zijn. Te veel thrillerpersonages hebben alleen maar eigenschappen voor zover die belangrijk zijn voor het plot. Anna Fox moet echter zijn.'
Niet alleen slaagt De vrouw in het raam er zo in je te laten meeslepen met het plot, je wordt ook aan het nadenken gezet over de problemen waarmee de hoofdpersoon worstelt: eenzaamheid, verliet, een haperende geestelijke gezondheid. 'Ik heb zelf vijftien jaar met depressies geworsteld. Ik kon soms weken mijn slaapkamer niet uit, laat staan mijn appartement, en voelde me vaak eenzaam. Ik wilde de lezer laten ervaren hoe dat vóélt. Maar ook laten zien hoe makkelijk het is om eenzaamheid verkeerd te interpreteren. Iedereen interpreteert Anna verkeerd, en zij schat anderen zelf óók voortdurend anders in dan in werkelijkheid het geval is.'

A.J. Finn heeft er lang over gedaan om te debuteren. Zijn hele leven stond in het teken van thrillers. Hij verslond in zijn jeugd al Agatha Christies en Arthur Conan Doyles die hij uit de bibliotheek haalde – en de klassieke Hitchcock-thrillers die ook in De vrouw in het raam zo'n belangrijke rol spelen. Later promoveerde hij in Oxford op de psychologische thrillers van Patricia Highsmith. En in 2005 begon hij in de uitgeverij, waar hij jarenlang samenwerkte met de grootste namen: Karen Slaughter, Nicci French, Patricia Cornwell en J.K. Rowling. Alleen schrijven deed hij niet. Dat bleef een vaag verlangen.
'Ik had, als iedere redacteur op de uitgeverij, wel de fantasie om het te proberen. Maar ik had geen verhaal. En ik wilde een echt, authentiek verhaal hebben. Zeker nadat ik langer in deze sector werkte, leerde ik te herkennen wanneer iemand een copycat novel schreef die in de eerste plaats was geïnspireerd door het succes van anderen. Niets mis mee, maar ik wilde dat niet. Daar kwam bij dat de markt werd gedomineerd door seriemoordenaars als die van James Patterson en code-thrillers als die van Dan Brown. Niet de psychologische thriller die mij het dierbaar is. Dat veranderde pas met Gone Girl van Gillian Flynn. Alleen: ik had nog steeds geen verhaal.'
Dat veranderde twee jaar geleden door twee gebeurtenissen. Ten eerste werd zijn depressie eindelijk herkend als bipolaire stoornis. Die diagnose gaf hem de mentale rust én de juiste medicatie om zoiets energievretend te doen als een heel boek schrijven. En toen was er zes weken later ruimte voor het toeval. 'Ik keek op een avond Rear Window, waarin een aan huis gekluisterde Jimmy Stewart getuige is van een moord aan de overkant van de straat. Aan de overkant zag ik een licht aangaan. Ik keek naar mijn overbuurvrouw en hoorde op tv zeggen: You shouldn't spy. En op dat moment kwam Anna Fox uit het niets te voorschijn.'
Met dat karakter kwam eindelijk het verhaal te voorschijn waar hij al die jaren op had gewacht. 'Ik werkte het karakter uit. Waarom is zij bijvoorbeeld agorafoob? En vandaaruit kon ik het plot bedenken. Zij ziet dus een moord. Wie kon die dan gepleegd hebben? En binnen 48 uur had ik het rond. Toen ontdekte ik dat het maken van een thriller anders was dan ik altijd had gedacht. Een goed verhaal bedenken leek me het moeilijkste, en schrijven tamelijk makkelijk. Maar het bleek precies andersom. Toen ik eenmaal het idee had, had ik een vol jaar van iedere avond en ieder weekend schrijven nodig om het af te krijgen.'
En nu ligt het er – een van de beste thrillers die dit jaar in Nederland zullen verschijnen. 'En dus ook te leen bij de Nederlandse openbare bibliotheek!'.
(Eerder gepubliceerd in Bibliotheekblad)

woensdag 27 juni 2018

Hoe je een roman met uitsluitend dialoog leest

Experimentele romans roepen angst op. Begrijp ik die wel? denken lezers. Door je eraan over te geven kun je er wel degelijk van genieten. De Ierse klassieker Onder de zoden die louter bestaat uit dialoog, blijkt dan hypnotiserend en hilarisch.

Ho. Wacht. Help. Wie is er nu weer aan het woord? De Ierse roman Onder de zoden van Máirtín Ó Cadhain bestaat volledig uit dialoog. Meer dan vierhonderd pagina's lees je uitsluitend wat de personages zeggen. En dan wekt de auteur ook nog eens de indruk dat iedereen dwars door elkaar praat zonder echt naar elkaar te luisteren. Ze ruziën. Ze berijden hun stokpaardjes. Ze klagen en mopperen. En dat zonder ook maar een moment stil te vallen. Het is één grote kakofonie. Hoe kan een lezer daar wijs uit worden?

Dat deze roman van Ó Cadhain (spreek uit: 'O Kain') uit 1949 in het Nederlands moest worden vertaald is zonneklaar. Onder de zoden is dé modernistische klassieker van de Gealic literatuur – de oorspronkelijke Ierse taal die nog door een kleine honderdduizend mensen aan de Westkust wordt gesproken – met een soortgelijke statuur als de meesterwerken van land- en tijdgenoten die in het Engels schreven: Wachten op Godot van Samuel Beckett, Op Twee-Vogel-Wad van Flann O'Brien en Ulysses van James Joyce.
De roman speelt zich af op het kerkhof van een dorpje in de regio Conamara. Alle personages zijn dood. Ze liggen in hun kist, langzaam wegrottend, te wachten op het Laatste Oordeel. Tot die tijd gaan ze door met wat ze tijdens hun leven hebben gedaan: roddelen, kleine vetes uitvechten en hun plaats in de pikorde bepalen – nu bepaald door waar je ligt: op het perceel van een pond of dat van vijftien shilling. Af en toe komt er een nieuwe dorpsbewoner bij die de laatste nieuwtjes meeneemt. Dan begint het gekakel opnieuw.
Het effect is bijzonder grappig, ook in de fraaie vertaling van Alex Hijmans. Neem de schoolmeester. Hij gold in het dorp als een bastion van beschaving, maar onder de grond kan hij alleen maar vloeken en tieren omdat zijn weduwe zo snel is hertrouwd. Of de twee anonieme doden die voortdurend beginnen over de finale van het kampioenschap Gaelic Football in 1941. De een roept steeds dat Galway heeft gewonnen. En de ander reageert: Hoe weet je dat zo zeker als je dood was? Kerry won, ík was erbij?

Maar hoe lees je zo'n experimentele roman? Temeer daar er nauwelijks sprake van een hoofdpersoon is – of het moet de kijvende Caitríona van Kleine Pádraig zijn, met wier dood Onder de zoden begint en die het meest aan het woord is. Evenmin is er veel plot – al ontdek je geleidelijk dat er op aarde iets anders is gebeurd dan wat Caitríona al die tijd bij hoog en bij laag beweert, waardoor je begint te begrijpen waarom ze zo verbitterd het graf in is gegaan: haar zus trouwde met de man op wie ze allebei verliefd waren.
Het antwoord is: je er domweg in onderdompelen. Wie deze roman leest met de wens precies te willen weten wie wat zegt, zal snel stranden. Wie bij elke nieuwe spreker even stil staat om zich af te vragen of de schoolmeester, Caitríona of een van de andere tientallen personages het woord neemt, haalt zichzelf uit dat fijne leesritme dat nodig is om in een boek te kunnen verdwijnen. Bovendien is er vaak geen antwoord mogelijk. Wie ligt daar nu weer te schelden? Het is te onduidelijk.
Maar wie zijn wil om te begrijpen negeert, wordt daarvoor beloond. Gaandeweg herken je de belangrijkste sprekers toch wel, omdat je ontdekt dat Ó Cadhain bijna iedereen een eigen stopwoordje heeft gegeven. 'Ik ontplof! – dat moet Caitríona zijn. 'Honest' – dat moet Nora van de Vieze Voeten zijn. Enzovoorts, enzovoorts. Al lezende klaart daarom vanzelf de mist op. En na enkele tientallen bladzijden heb je al de indruk voortdurend precies te weten wie er aan het woord is. Het hoeft er niet bij gezegd te worden, je vóélt het aan.

Wat voor Onder de zoden geldt, geldt voor bijna alle experimentele literatuur. Of het nu gaat om een roman zonder leestekens is (Bohumil Hrabal!), een associatieve uitwerking van een uitzinnige metafoor (Verdriet is een ding met veren van Max Porter!) of een hoogdravend, ingenieus taalspel (James Joyce!) – geef je er gewoon aan over en je ervaart vanzelf wat het boek je wil zeggen of je wilt laten beleven. In het geval van Máirtín Ó Cadhain is dat een hypnotiserende en hilarische portret van een intens provinciaal dorp.

dinsdag 26 juni 2018

Interview kandidaat-boekverkoper van het jaar Wim Kersten (Meijer & Siegers): 'Ik ben zó met superlatieven overladen' (Boekblad)

Na een intensieve campagne staat Wim Kersten van Meijer & Siegers in Oosterbeek op de shortlist van Boekverkoper van het jaar. Zijn manier van boekhandelen laat zich in één woord samenvatten: verbinding.

Hoe is het om op de shortlist te staan?
'Het mooiste zijn de reacties van klanten. Het hele dorp leeft zo mee. Ik was zelf op vakantie toen het bekend werd gemaakt. Ik kon er dus helaas niet bij zijn op Elspeet. Ik moest wel lachen toen ik de foto's zag. Mijn winkel heette op de slide: Meijers & Siegers – dus met extra s achter Meijer. De winkel heet toch al 118 jaar Meijer & Siegers. Ik vind het niet erg hoor. Wij horen voortdurend in de winkel klanten aan de telefoon zeggen: "Ik ben bij Meijers".'

Wat is er voor u veranderd?
'Ik wist dat ik werd gewaardeerd in het Oosterbeekse. Maar door deze verkiezingen laten wel heel veel klanten weten wat ze van mij vinden. Ze mochten hun motivatie bij hun stem laten weten. Ik werd toen zó met superlatieven overladen – ikzelf persoonlijk, maar ook hoe ik met de winkel en boeken bezig ben. Daar werd ik heel verlegen van.'

Hoe heeft u de shortlist gehaald?
'Dat komt door de boekverkoper die ik ben. Zoals ik mijn klanten al dertig jaar boeken verkoop en adviseer. Dan merk je dat je klanten aan je bindt: ze komen terug. Ik hoor ook vaak: "Waarom zit jij niet in het panel van DWDD? Jij kunt dat zo goed." Mijn medewerkers hebben dezelfde instelling. Zij voeren geen toneelstukje op, omdat ze hebben moeten leren lachen naar klanten of zo. Nee, zij communiceren open met iedereen omdat dat in hen zit. Weet je dat wij in 2013 de tweede Gouden Klant-wedstrijd van Boek & Bedrijf hadden gewonnen? Een mystery shopper had bij ons het meeste geld uitgegeven. Het leuke was: alle vaste medewerkers dachten dat zij die klant hadden geholpen, omdat we allemaal vanuit ons hart met iedereen praten.'

U heeft zo lokaal veel goodwill gewonnen?
'Precies. Ik ben ook geen ondernemer die alleen maar winkeltje speelt. Eentje die iedere week een folder door de bus duwt waarin de nieuwe boeken staan, en verder niets. Ik zoek de verbinding met het dorp. Ik organiseer wel eens wat zonder daar iets aan te verdienen. Ik heb allerlei samenwerkingen opgezet: met het Airborne museum, verschillende kerkgenootschappen, het filmhuis, noem maar op. Zo kweek je goodwill en relaties die ik nu bij deze verkiezing verzilver.'

Maar u heeft ook uitgebreid campagne gevoerd.
'Natuurlijk. Als je besluit aan zo'n verkiezing mee te doen en dat vervolgens wereldkundig maakt, moet je dat goed doen. Dus hebben we via sociale media en direct mailing de klanten erop geattendeerd, maar ook t-shirts laten maken met de tekst: "Stem op Wim". Dat werd opgepikt door lokale media en De Gelderlander. Die laatste zette boven een interview met mij de kop: "Wim strijkt iedere morgen de t-shirts". Nu doe ik dat niet élke morgen, maar het bleek een prachtig haakje waardoor de verkiezing echt ging leven bij klanten.'

Wat gaat u doen om de jury te overtuigen?
'Door mezelf te zijn. Ik vind het belangrijk om een boek te koppelen aan een consument. Voor de een is dat een kinderboek, voor de ander een thriller of goede historische roman. Ik ben heel breed georiënteerd, dus ik kan dat ook. En als je die verbinding weet te maken en de lezer het geluk ervaart van het ontdekken van een nieuwe wereld, is dat het mooiste wat er is. Tegelijkertijd straalt dat geluk van de lezer weer af op je winkel.'

Wat voor soort winkel is Meijer & Siegers?
'Een boek- en kantoorboekhandel, met het accent op boeken. Ook hebben wij lokaal een sterke rol met onder meer een postagentschap. Tegelijk onderscheiden wij ons in dit prachtige dorp met relatief hoge inkomens door allerlei luxe producten te voeren: schrijfwaren, lederwaren, spellen en andere cadeauartikelen. Bij elkaar levert dat een heel divers assortiment op waardoor iemand altijd een motivatie heeft om hier binnen te stappen. Dat geldt voor de lokale inwoners, maar ook voor die dames uit Groningen die drie keer per jaar naar Oosterbeek komen en bij mij dingen kopen die je elders blijkbaar elders niet makkelijk vindt.'

Daarmee gaat het de winkel voor de wind?
'We hebben nog nooit krimp gekend. Ook niet tijdens de crisis. Wij hadden net verbouwd en de winkel vergroot voordat die begon en hebben daarmee alleen maar plussen geboekt. Ik denk dat het goed mogelijk is om tegen de stroom in te ondernemen. Dat heeft ermee te maken dat je ervoor moet zorgen dat klanten het jou gunnen. Boeken kun je overal kopen. Ook op internet, ook bij Albert Heijn. Maar als de klant ze bij jou wil kopen, kun je groeien.'

Ook in 2018 heeft Meijer & Siegers geplust?
'Boeken staan op + 9%. In juni hadden we vorig jaar Karin Slaughter te gast, dus deze maand zal het wel iets naar beneden gaan. Dat wil overigens niet zeggen dat ieder segment het even goed doet. Tijdschriften krimpt bij mij ook, maar presteren nog wel boven de markt. Daarom stoeien wij voortdurend met alle productcategorieën. CD's zijn we bijvoorbeeld aan het afbouwen.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 19 jun)

zondag 24 juni 2018

Interview: directeur Caroline Reeders van Athenaeum Boekhandel over haar eerste 100-zoveel dagen (Boekblad)

Caroline Reeders is sinds 1 februari directeur van Athenaeum Boekhandel. Op 12 juni vierde ze haar eerste feestje in die functie: een borrel ter gelegenheid van de doorbraak tussen Athenaeum Nieuwscentrum en de boekhandel aan het Spui in Amsterdam.

Hoe was je week?
Het begon op 11 juni met de ALV van de KBb maandag. Daar maakte ik mijn debuut. Dat is letterlijk en figuurlijk een fort – het vond plaats in Fort Vechten in Bunnik – waar ik voor het eerst binnenkom, best spannend. Hoe gaat het er op zo'n bijeenkomst aan toe? Ik kwam Wiet de Bruijn tegen die daar [na de aankoop van Bruna door Shared Stories Group, waar hij directeur van is, md] óók voor het eerst was. We gingen dan ook een beetje bedremmeld naast elkaar zitten.'

En hoe beviel de ALV?
'Ik heb bij mijn werk bij uitgeverijen, Van Ditmar en Mindbus heel veel boekhandelaren leren kennen. Ik leek ze daardoor beter kennen dan de boekhandelaren elkaar. Dat vond ik een grappige ontdekking. Tegelijk viel me weer op hoe collegiaal boekhandelaren zijn. Zelfs directe concurrenten willen je helpen door advies te geven of te vertellen hoe zij het doen.'

Is het wel erg wennen om na een lange carrière bij toeleveranciers van boekhandels nu bij de boekhandel zelf te werken?
'Ja. Veel meer dan ik had gedacht. Dat zit hem in de ambachtelijkheid van de retail. Ze zeggen wel: retail is detail. Dat blijkt echt zo te zijn. De marges zijn zo klein dat je bij elke beslissing je heel goed moet opletten welke kosten die met zich meebrengen. Al die kleine kosten tellen enorm op. Die moet je met je omzet aan het einde van de maand wel kunnen dragen. Maar ook op andere manier is het detail belangrijk. Ieder klant heeft weer een andere specifieke vraag. En zeker van Athenaeum verwachten ze daar een antwoord op.'

Daarna had je op dinsdag de borrel om 'de doorbraak' te vieren.
'Dat was ontzettend leuk. Het was een mix van feestelijk en ontspannen, precies zoals ik feestjes graag heb. Het was ook mooi om te zien hoe de volle breedte van de aantrekkingskracht van Athenaeum daar zichtbaar werd. Er waren klanten, uitgevers, schrijvers, vertegenwoordigers van universiteiten, collega's van andere vestigingen. Ik wist natuurlijk wel dat Athenaeum een instituut is, maar op zo'n bijeenkomst voel je dat echt. Al beleefde ik vorige week eigenlijk een nog mooier voorbeeld daarvan.'

Vertel.
'We hadden de presentatie van de dichtbundel van Marlene van Niekerk in de winkel. Ik sprak na afloop met haar. Toen raakte ook een van haar gasten bij het gesprek betrokken. Marlene vertelt dat ik die nieuwe directeur van de winkel ben. De gast begon daarop gelijk een enorme lofzang op de winkel: hoezeer het een haven voor haar is, sinds ze in Amsterdam woont. Maar pas daarna vertelde ze me haar naam: Marlene Dumas –de internationaal befaamde schilder, die overal exposeert enmijvertelt wat een geweldige baan ik heb. 

En wat symboliseert de doorbraak voor Athenaeum?
'Dat de omgeving van het Spui zo is veranderd. Vooral door de toename van toeristen uit binnen- en buitenland en de verdwijning van bewoners, de universiteit, het type bedrijven dat om ons heen is gevestigd. Dat is eigenlijk een disruptieve verandering. Het betekent dat relatief veel mensen hier voor het eerst of zelfs eenmalig binnen zijn. Door de muur tussen Nieuwscentrum en winkel weg te halen kunnen ze langer binnen zijn en zien wat wij allemaal in huis hebben: de Loeb Classical Library én hippe gaybladen uit Nieuw-Zeeland.'

Het gaat wel goed met Athenaeum?
'Het is een gezond bedrijf met een mooie buffer. De omzet is goed. Alleen staat de winstgevendheid onder druk.'

Waarom?
'Dat ben ik aan het analyseren. We doen bijvoorbeeld relatief veel in studieboeken. Daarvan zijn de marges slechter dan van algemene boeken. En we hebben veel investeringen gedaan: in de webwinkel, in de overname van Het Martyrium, in de doorbraak. Dat is hartstikke goed – een van de redenen dat ik hier graag wilde werken, was dat Athenaeum zo voorlijk was met het omarmen van e-commerce. We moeten die investeringen wel terugverdienen. En gaat de besteding per klant op het Spui inderdaad omhoog nu de muur tussen winkel en Nieuwscentrum weg is?'

Je weet dus nog niet precies hoe je de winstgevendheid verbetert?
'Nee. Ik zit er pas vier maanden.'

En de zogeheten quick wins?
'Ja, ja, talloze. Bijvoorbeeld door de overname van Het Martyrium. Deze winkel is goed in ramsj. We hebben die voorraad ingevoerd zodat die binnenkort online ook zichtbaar is via Athenaeum.nl. Ook levert het extra schaalgrootte op, die zich hopelijk vertaalt in betere tarieven en services. En door de doorbraak kunnen we personeel efficiënter inzetten.'

Wanneer heb je een plan voor Athenaeum?
'Ik heb onlangs negen prioriteiten benoemd waarop ik wil sturen, en die met het MT besproken. Ik ben nu bezig daar samenhang in te brengen. Dan moet daar een visie boven worden geformuleerd. De zomer wil ik gebruiken om dat goed op te schrijven.'

Wat zijn die prioriteiten?
'Ik geef je de eerste twee. De belangrijkste is personeel. Dat is het begin en einde van alles. Wat zij weten en kunnen, maar ook gedrevenheid, hun eigen ambities, hoe ze samenwerken. En dan mag Athenaeum blij zijn met zijn medewerkers. Je moest eens weten wie hier solliciteert! Met hun ervaring, opleiding, soms ook persoonlijkheid. Ook daarin zie je de aantrekkingskracht van deze winkels. De tweede zijn de kengetallen. De managementinformatie.'

Is er tot nu toe te weinig beschikbaar?
'Voor mij wel. Ik heb ook weer andere vragen. Net als bij uitgeverijen, kom ik hier de gebruikelijke huiver voor cijfers tegen. Het boekenvak is een alfavak. Maar dan zeg ik altijd: cijfers zijn ook woorden. Het hoeft ook niet ingewikkeld te zijn.

En wat ga je vandaag doen?
'Wiet de Bruijn neemt donderdag afscheid als voorzitter van de GAU. Er is dan een klein symposium en mij is gevraagd daar iets te zeggen. Dat ga ik vandaag voorbereiden. Zo begin en eindig ik met Wiet. En ik kijk straks natuurlijk naar de dagomzet. Dat hoort als retailer.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 17 jun)


vrijdag 22 juni 2018

Anniko van Santen over spannende boeken en openbare bibliotheken (Bibliotheekblad)

Televisiepresentatrice Anniko van Santen was voor het tweede jaar juryvoorzitter van de Bookspot Gouden Strop. Het betekende voor haar een terugkeer naar het intense lezen uit haar jeugd – wat ze destijds mede dankzij de bibliotheek zo ongebreideld kon doen. 'Ik roep altijd: als ik met pensioen ben, hoef ik me – zolang er bibliotheken zijn – niet te vervelen.'

Anniko van Santen hoefde geen moment te twijfelen. Als de CPNB, organisator van de Bookspot Gouden Strop voor het beste Nederlandstalige spannende boek, meer continuïteit in de jury verlangt en de presentator van Opsporing Verzocht daarom voor het tweede jaar op rij als voorzitter wil: heel graag. Volgens het persbericht waarmee haar benoeming wereldkundig werd gemaakt, was het jureren vorig jaar zelfs haar hoogtepunt van 2017.
'Mensen in leesclubs weten het natuurlijk al lang', verklaart ze zich nader, 'maar voor mij was het een ontdekking hoe ontzettend leuk het is om met een aantal verstandige mensen te discussiëren over boeken – ook als je die boeken zelf niet hebt gekozen, zoals natuurlijk bij het jureren van alle inzendingen het geval is. Als voorzitter lees je veel geconcentreerder dan thuis op de bank of in bed. Dat is al erg fijn. En daarna de gedachtewisseling: geweldig.'

Vorig jaar viel Van Santen in voor Huub Stapel die wegens een ernstige beenblessure moest afhaken. Bij gebrek aan tijd las ze alleen de thrillers die al waren komen bovendrijven – inclusief het winnende Tot stof van Felix Weber. Dit maal las ze breder. 'Elke inzending wordt door twee juryleden gelezen. Ik ben vrij door de stapel gegaan. Ik heb ook boeken gelezen die nog niet waren beoordeeld. Dan dacht ik halverwege: die wordt het niet. Tot mijn geruststelling kreeg ik gelijk.'
Uiteindelijk, merkte ze, mogen smaken misschien verschillen, kwaliteit verloochent zich niet. De vijf titels op de shortlist vonden alle juryleden zonder twijfels goede thrillers. Naast Van Santen zelf waren dat de recensenten Jos van Cann (Hebban, VN's Detective & Thrillergids) en Els Roes (Thriller & Zo, VN's Detective & Thrillergids), de boekverkoper Herma Schipperheijn (boekhandel Augustinus in Nijmegen) én Marian van Leth, oud-directeur van BiblioNu in Venray en Horst.
'Vervolgens hadden we wel discussie over de vraag: wat maakt ze dan de moeite waard? Het is om leuk om te zien dat iedereen anders naar de boeken kijkt. De recensenten lezen mega-, megaveel. Zij kunnen daarom beter inschatten hoe origineel een plot is. De boekverkoper heeft ook invalshoek: kan ik dit mijn klanten aanraden? Zal die niet afhaken? En Marian weegt als bibliothecaris een vergelijkbare vraag mee: hoe populair zal zo'n titel zijn in de bibliotheek?'
Zelf let Van Santen op haar beurt op het taalgebruik van de auteurs. 'Ik hou heel erg van mooie zinnen. Renate Dorrestein, die deze maand helaas is overleden, was een meester in het gebruik maken van net dat ene woordje dat een heel beeld oproept. In Reddende engel, dat dit jaar op de longlist stond, schrijft ze over een dorpje dat "vrekkig verborgen" lag tussen de heuvels. Mijn hart maakt dan een sprongetje, ik zie gelijk een landschap voor me. Ik kan daar heel erg van genieten.'

De 47-jarige Van Santen was in haar jeugd een gretige lezer. Ze las bijna een boek per dag. 'Mijn jeugd heb ik niet spelend op de stoep doorgebracht, maar met mijn neus in de boeken. Later ging ik werken. Kreeg ik kinderen. Dus toen hield dat op. Ik ben zo'n lezer geworden die eigenlijk alleen nog op vakantie een boek pakt. Maar dan doe ik het echt graag. Als we een lange vliegreis maken zucht ik niet vermoeid. Nee, dan denk ik: joepie, dat is anderhalf boek.'
De rol van de openbare bibliotheek in haar leven loopt hiermee parallel. Als kind ging ze – eerst in Dieren, later in Roermond – een à twee keer in de week naar de lokale bibliotheek. 'Plank na plank na plank stonden daar dingen om te lezen. Meer dan ik ooit aan zou kunnen. Heerlijk.' Daarna zocht ze als student – in Hilversum – de rust om er te kunnen leren. 'Ik hou van de rustige sfeer van de bibliotheek, waar tegelijkertijd altijd iets gebeurt. En in mijn pauzes kon ik fijn rondsnuffelen.'

Nu is de televisiepresentatrice nog wel lid. Maar ze komt nooit meer in de bieb – ook niet voor haar twee puberkinderen, op wie ze de liefde voor lezen tot haar spijt niet heeft kunnen overbrengen. 'Ik lees niet alleen minder, ik lees ook het liefst op een e-reader. Ik koop ook eerder dan ik leen. En alle informatie staat tegenwoordig op internet. Als je dat meetelt, lees ik trouwens nog steeds veel. Van artikelen tot sociale media. Alleen niet meer de boeken waar ik vroeger zo verslingerd aan was.'
Als het aan haar ligt, verandert dat na haar werkzame leven. 'Ik roep altijd: als ik met pensioen ben, hoef ik me – zolang er bibliotheken zijn – niet te vervelen. Dan ga ik alles lezen waar ik nu niet aan toekom. Ik hoop dus van harte dat er over twintig jaar een bibliotheek in de buurt is. Dat moet ook wel, daarvoor zijn bibliotheken te belangrijk. Er zijn nog altijd hele lagen van de bevolking die niet het geld hebben om boeken te kopen. Zij moeten ook toegang tot kennis hebben.'
Van Santen ziet de bedreigingen voor de bibliotheken: de ontlezing onder met name de jeugd, de gedachte dat alles op internet staat. 'Maar de brei van informatie op internet is niet te vergelijken met de samengebalde kennis die in boeken staan. Dat is verschillend, en die moeten op één plek bij elkaar gebracht worden. Dat is de bibliotheek, waar goed personeel kan helpen en adviseren. De meeste mensen die binnenlopen weten niet precies wat ze zoeken. Daarom is het zo fijn als ze gegidst worden.'

Spannende boeken heeft ze nooit veel gelezen. De laatste jaren las ze vooral wat mensen haar aanraden. Wel heeft ze een voorkeur van boeken over geschiedenis. 'Mijn laatste boek voor ik ging lezen als voorzitter was een geromantiseerde biografie over Catherina de Grote. Ik heb er ook een project van gemaakt om de wereldliteratuur te lezen. Dan kijk ik op zo'n lijst van vijftig meesterwerken die je gelezen moet hebben. Daarom heb ik bijvoorbeeld Of Mice and Men van Steinbeck gelezen.'
Bij thrillers voelde Van Santen juist enige aarzeling. Dat kwam door haar werk. Voor Opsporing verzocht – waar ze al sinds 2005 bij betrokken is als presentator en eindredacteur – is ze de hele tijd al bezig met misdaad. Moet ze dan in haar vrije tijd ook lezen over moord, verkrachting en inbraak? Maar nu ze in korte tijd tientallen thrillers heeft gelezen, heeft ze gemerkt dat de werkelijkheid en de fictie uitstekend naast elkaar een rol in haar leven kunnen hebben.
'Fictie is echt ontspannend', legt ze uit. 'Het is fijn dat als ik een boek uit heb, ik het ook echt dicht kan slaan. Dan is de zaak opgelost en klaar. Door mijn werk weet ik ook dat misdaad niet altijd logisch is. Mensen doen soms iets bij toeval of per ongeluk. Maar in een spannend boek werkt de schrijver ergens naartoe. Je wordt meegesleept naar een vanzelfsprekend slot. Dat is ook weleens fijn. En dan gaat het vaak over de wereld van politie en justitie die ik goed ken.'

Ze kan daarom niet zeggen dat ze professioneel baat heeft bij het lezen van thrillers. 'Daarvoor is fictie echt iets anders. Het is leuk om te merken: ja, zo werkt de politie echt aan een zaak. Maar meer ook niet. Andersom knap ik ook niet snel af als een boek niet geloofwaardig is. Dit jaar had ik bij alle inzendingen maar één keer dat ik dacht: nee, zo werkt dat niet. Dat ging om een reactie van familieleden op een moord. Hoewel iedereen anders reageert, kon ik er in dit geval niet in meegaan.'
Daar komt bij dat thrillers – misschien wel meer dan andere genres – iets zeggen over onze huidige samenleving. 'Wat juist zo bijzonder is aan deze prijs is dat je zo veel inzendingen leest die ook echt in Nederland spelen. De boeken zijn dan niet alleen spannend, maar laten bijvoorbeeld zien dat eerwraak ook hier een rol kan spelen, en hoe we daar mee omgaan. Of breder: hoe wij mensen vermoorden en wat wij vinden van redenen om mensen om te leggen. Dat maak thrillers erg interessant.'
(Eerder gepubliceerd in Bibliotheekblad)

dinsdag 19 juni 2018

interview Joep Lucassen (Bol.com) en Erik Rigters (Kobo): 'Uitgevers verkorten hun window bij Kobo Plus' (Boekblad)

In minder dan anderhalf jaar hebben alle grote algemene boekenuitgeverijen titels ondergebracht in Kobo Plus. Alle seinen voor verdere groei staan daarom op groen, zeggen de verantwoordelijken van Bol.com en Kobo.

De strijd lijkt gewonnen. Moesten Product manager digital Joep Lucassen van Bol.com en country manager content Erik Rigters van Kobo voor Nederland en Duitsland een jaar geleden nog hard werken om de scepsis te bestrijden bij uitgeverijen, inmiddels proeven ze 'overtuigd enthousiasme' als ze hun rondje maken. 'We hoeven bij wijze van spreken niet meer te vragen of we meer titels mogen toevoegen', zegt Lucassen. 'We merken juist dat uitgevers soms harder willen dan de rechthebbenden waar zij toestemming van hebben.'

Wordt het aanbod ook recenter? Een jaar geleden was 10% van het aanbod maximaal een half jaar oud.
Lucassen: 'Ja. Uitgevers verkorten hun window. Begonnen ze soms met titels die al een jaar oud zijn, tegenwoordig is dat drie maanden. Titels als de biografie van Gordon, De heilige Rita van Tommy Wieringa of de nieuwe Nicci French zaten al snel na verschijnen in Kobo Plus. Van alle e-boeken die minder dan drie maanden uit zijn, is 37,5% bij ons te lezen. Van titels tussen de vier en zes maanden oud is dat 34,7%. Dat is niet veel lager dan de percentages uit andere leeftijdscategorieën. Van het aantal titels dat minstens vijf jaar oud is, hebben wij 51,5%.'

Hoe verhoudt het aanbod zich met dat van Bibliotheek.nl?
Lucassen: 'Hun aanbod is ook groter en recenter geworden. Maar wat je uitgevers vaak ziet doen is een getrapte lancering: eerst de titel los een kans geven, dan bij Kobo Plus en daarna ook bij de Bibliotheek.nl. Waar wij het echter vooral op winnen, is de enorme gebruiksvriendelijkheid van Kobo Plus. Ons systeem van aanbevelingen, het leesgemak, het voordeel dat je een titel zo lang op je leesplank kunt laten staan als je wil, de mogelijkheid om maandelijks op te zeggen – daar krijgen we allemaal heel goede feedback van klanten op.'

Hoe verhoudt de groei van het aanbod zich tot de groei van het aantal lezers?
Lucassen: 'Het doorslaggevende argument voor lezers is nog steeds het aanbod. Opzeggers geven dat als voornaamste argument: dat ze titels missen. Dus hoe meer titels wij hebben, hoe aantrekkelijker het daarom wordt voor hen. Dat gaat niet per se om de allernieuwste titels. Klanten zijn bijvoorbeeld door het verschijnsel dat een film eerst in de bioscoop is te zien en pas daarna op dvd of tegenwoordig Netflix, gewend dat er een vertraging zit. Ze kunnen daarom ook teleurgesteld zijn dat echte backlisttitels ontbreken.'
Rigters: 'Je kunt dat ook omdraaien. Wij zien dat oude titels, die echt amper nog verkopen, bij ons een tweede leven krijgen. Mensen stuiten op die titel, zijn verrast en beginnen te lezen – terwijl ze er los niet meer voor zouden willen betalen. Nee, ik kan geen voorbeelden geven. Het geldt echt voor duizenden boeken. Als ik een paar titels zou noemen, zou dat het fenomeen zelf tekort doen.'

Maar nogmaals: wat betekent de groei van het aanbod voor de groei van de klanten?
Lucassen: 'Dat gaat eigenlijk steeds sneller. Zeker sinds eind 2017 gaat het hard. Je zou zeggen: na de lancering wil een grote groep het eens proberen, daarna zwakt het af. Maar tot mijn verbazing zie ik zelfs dat we sinds week 15 van dit jaar iedere week meer nieuwe klanten krijgen dan in dezelfde week vorig jaar. Het groeit heel hard door.'

De bovengrens is duidelijk nog niet bereikt.
Lucassen: 'Nee. Ik denk dat er juist nog veel potentieel is. Ik sprak op de Libelle Zomerweek met klanten. Heel enthousiast over ons product, maar zij vertellen mij ook doodleuk dat ze daarnaast 4000 boeken op hun computer hebben gestaan. Dat versterkt mijn geloof dat er nog ongelooflijk veel ruimte is.'

Jullie zeggen altijd dat Kobo Plus het illegaal lezen tegengaat. Zijn daar inmiddels harde cijfers over?
Rigters: 'Dat is nog steeds een onderbuikgevoel, omdat het heel moeilijk is om hard te maken. Er is domweg geen betrouwbare schatting te maken over het aantal illegale leesuren. Dus vermindert Kobo Plus dat? Onmogelijk te zeggen. We hebben het een paar keer gevraagd in enquêtes, maar hoe eerlijk zijn dan de antwoorden? GfK vroeg het ook, maar is daar helaas mee gestopt. Wij gaan hen vragen dat opnieuw te doen.'
Lucassen: 'We hebben wel twee indicatoren voor de afname van illegaal lezen. Ten eerste: de bestelhistorie van nieuwe gebruikers van Kobo Plus. 60% had 0 euro uitgegeven aan e-boeken in de twaalf maanden ervoor, 25% had geen enkel boek gekocht, ook niet op papier. Kennelijk waren ze wel vertrouwd met digitaal lezen, maar kochten ze niets – in ieder geval niet bij ons. En nu betalen ze wel voor Kobo Plus. Ten tweede: het aantal mensen dat een e-reader aanschafte maar daarna nooit e-boeken kocht. 75% kwam nooit meer terug als klant. Dat hebben we terug weten te brengen tot 55%. Dat is nog te hoog, maar toch.'

Hoe ontwikkelt met de groei de kannibalisatie zich op andere edities van dezelfde titel?
Lucassen: 'Die is onverminderd laag. We hadden gedacht: er gaat 50% van de losse e-boekverkoop per titel af. Dat is vanaf het begin veel minder. Klanten ontdekken juist de voordelen van ons ecosysteem en bestellen dan ook af en toe een losse titel. De markt voor e-boekverkopen blijft ook groeien. De kannibalisatie op papieren boeken hadden we lager ingeschat, omdat mensen boeken cadeau blijven geven. Ook dat is minder het geval dan gedacht. We boeken dus additionele omzet. En omdat Kobo Plus elke maand groeit, groeit ook die additionele omzet.'

Hoe zijn de experimenten met de Kobo Originals van Linda Jansa en Willem Asman uitgepakt?
Rigters: 'We zijn ontzettend tevreden over de resultaten. Het tweede deel van Willem Asmans Rebound­-serie – waarvan het eerste deel hem nu de Gouden Strop heeft opgeleverd, wat geweldig is – was enkele weken eerder in Kobo Plus te lezen. Linda Jansma had een serie In naam van de vader, die in vier aflevering online kwam. Alle delen hebben vlak nadat ze beschikbaar kwamen in de Kobo Plus-top 20 gestaan.'

Maar er is nog altijd geen vervolg op deze acties aangekondigd.
Rigters: 'Er lopen nu zes projecten, die allemaal nog dit jaar zullen verschijnen. Het eerste nog voor de zomervakantie – begin juli, om precies te zijn.'

Met name de exclusiviteit van Jansma riep veel weerstand op bij boekhandels. Merkten jullie daarom aarzeling bij uitgevers om Kobo Originals te leveren?
Rigters: 'Misschien op dat specifieke moment in het najaar. Het heeft geleid tot een moment van bezinning – bij alle betrokken partijen, ook bij ons. Maar per saldo heeft het geen nadelige gevolgen gehad voor het opzetten van nieuwe projecten.'

Wat zijn jullie andere plannen met Kobo Plus voor de komende periode?
Rigters: 'Alle seinen voor verdere groei staan op groen. Het belangrijkste is daarom nu het voortdurend verbeteren van de klantervaring. We hebben een hele boel dingen verzameld, veelal met technische achtergrond. Bijvoorbeeld: de zicht- en vindbaarheid van het aanbod. Dat kan beter, vinden wij. We hopen dat al die verbeteringen snel zijn doorgevoerd.'

Zie ook deze interviews uit 2017:

maandag 18 juni 2018

Boycott Books lanceert uitgeverij en sluit een van de twee vestigingen (Boekblad)

De boekhandel Boycott Books, gespecialiseerd in internationale prentenboeken, heeft de eerste titels aangekondigd van haar uitgeverij Boycott. Het filiaal in Amsterdam-Noord gaat dicht vanwege de uitgeefambities, het filiaal in West blijft wel open.

Het eerste boek van uitgeverij Boycott is 12 uur met Oscar van de Slowaakseillustrator Eva Macekova. Dit tekstloze boek was al een van de bestlopende titels in de winkel. 'We waren van begin af aan fan van dit boek en kennen de illustratrice ook. We hebben er daarom een speciale band mee', zegt Rosa Bernhard van Boycott Books. Het boek, dat doet denken aan de stijl van Blexbolex, is al in vier talen verschenen. 
De tweede uitgave is vertaald uit het Tsjechisch: De pittige pruim die een pop werd van Vojtěch Mašek (tekst) en Chrudoš Valoušek (illustraties). De laatste is wereldwijd befaamd voor zijn linosnedes. Zijn boek ‘Proverb’ won twee jaar geleden de prijs voor het mooiste boek op het Leipzig boekfestival. Vertaler is Edgar de Bruin, die eerder onder andere Marek Šindelka en Jaroslav Rudiš vertaalde.
De link met Tsjechië is niet toevallig, aangezien Bernhards partner en vennoot Jan Popelar uit dit land afkomstig is. Maar uitgeverij Boycott beperkt zich zeker niet tot dit taalgebied, verzekert Bernhard. Voor 2018 staan drie titels en voor 2019 vijf titels gepland. Hierbij zitten vertalingen uit het Spaans en Lets en oorspronkelijk Nederlandstalige uitgaven.
Bernhard gaat zelf de vertegenwoordiging doen van uitgeverij Boycott. Daarmee is het niet langer mogelijk om winkels in Amsterdam-Noord en -West open te houden. Die Noord, die altijd al bedoeld was als tijdelijke locatie, sluit daarom volgende maand. Over een precies een week organiseert Boycott daar een afscheidsfeest.
'Het loopt wel goed met de winkel', zegt Bernhard. ‘Het aanbod breidt zich gestaag uit, ook dankzij prints en zines die we verkopen. Ik schat dat we nu zo'n tachtig titels op voorraad hebben. Het moet ook geen overvolle winkel worden waar je van sommige boeken alleen de rug kunt zien.'
Daarnaast zijn Bernhard en Popelar een apart bedrijf gestart voor leveringen aan scholen en bibliotheken: International Picture Books. Bernhard: 'Wij leveren aan een internationale school nadat ik die had benaderd, die graag op één plek prentenboeken bestelt in verschillende talen. Maar het was beter om daar een aparte site voor te starten, omdat het een andere doelgroep is.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 15 jun)

zondag 17 juni 2018

Interview Herma Schipperheijn – als een boekhandelaar in de jury van de Gouden Strop zit (Boekblad)

De Spannende Boeken Weken trapten woensdag af met de uitreiking van de Bookspot Gouden Strop. Herma Schipperheijn van boekhandel Augustinus in Nijmegen zat dit jaar in de jury. Ze gebruikte het lidmaatschap niet om nieuwe klanten te werven. Bestaande klanten leefden wel erg mee.

Hoe was je week?
'Hectisch en divers. Een afspraak met de accountant, de afhandeling van waterschade, de uitreiking van de Gouden Strop, onze jongste puber aan zijn schoolwerk zetten – en ondertussen draait de winkel gewoon door. Het is het leven van een moderne vrouw: tien ballen tegelijk in de lucht houden. Maar ook al ben ik als autodidact het boekenvak ingerold, ik vind het allemaal hartstikke leuk, met alle kleine hoogte- en dieptepunten.'

Het hoogtepunt was ongetwijfeld de uitreiking van de Gouden Strop op het terrein van Bookspot in 's-Graveland?
'Inderdaad. Dat was erg leuk. Het was warm, maar de locatie was mooi, alles was goed verzorgd en aan het einde hadden we twee mooie winnaars. Niet alleen Willem Asman die de Gouden Strop kreeg voor Enter, ook Eva Keuris die de Schaduwprijs won voor het beste debuut.'

Hoe ben je in de jury beland?
'Ik zag een oproepje op Facebook dat ze een boekverkoper zochten voor de jury. Ik dacht meteen: wat gaaf. Ik lees altijd al graag thrillers en was heel benieuwd of mijn persoonlijke mening een beetje overeenkomt met professionele recensenten. Maar ook heb ik, voordat ik via mijn man bij de boekhandel ging werken, twintig dienstjaren bij de politie gehad. Ik lees spannende boeken misschien anders. Een tijd later werd ik gebeld door de CPNB. "Wil je nog steeds?", zeiden ze. Absoluut!'

Kan dat eigenlijk wel: een boekverkoper met zijn commerciële belangen in de jury van een literaire prijs?
'Ik vind van wel. Zeker bij de Gouden Strop. Deze prijs krijgt relatief weinig aandacht in de pers en bij klanten. Dan is het goed om er op deze manier vanuit de boekhandel aandacht aan te besteden. Ik heb bij het lezen ook nooit gedacht aan wat een boek in de verkoop zou kunnen doen. Het komt nu wel mooi uit dat er net een goedkope editie van Enter is, maar die was allang aangekondigd voor wij een beslissing hadden genomen.'

Merkte je dat je desalniettemin anders las dan de andere juryleden?
'Nee. Wij hanteerden allemaal drie criteria. Is het spannend, heeft het een goed plot en hoe is de schrijfstijl. Het grappige was juist dat we unaniem waren en er in de laatste vergadering, nadat iedereen zijn twee persoonlijke favorieten had herlezen, in vijf minuten uit waren. Van juryleden met meer ervaring met jury's weet ik dat die het weleens anders hebben meegemaakt. Lastig, lijkt me dat.'

Wisten je klanten dat je in de jury zat?
'Zij leefden erg mee. Ze vroegen: wanneer kom je op tv? Omdat de bekendmaking vorig jaar wel in een tv-programma werd gedaan. Of, verbluft: Heb je ook nog tijd om twee, drie boeken per week te lezen? En natuurlijk: welke vind jij de beste? Daar kon ik niet te veel over zeggen. Ik zei alleen wat mijn top 3 was. Ik zag daar van tevoren tegenop, maar omdat klanten wel weten wat mijn voorkeuren zijn, kon ik daar toch vrijuit over blijven praten zonder iets te verklappen.'

Heeft je jurylidmaatschap boekhandel Augustinus goed gedaan?
'Ik heb het niet uitgebuit. Ik heb er geen geheim van gemaakt en het gemeld op onze site en Facebookpagina, maar ik heb niet bijvoorbeeld de lokale krant benaderd. Ik heb me ook vooral opgegeven voor de persoonlijke ervaring en om mijn netwerk te kunnen uitbreiden.'

Heb je na het besluit over de winnaar vol ingezet op Enter?
'Ook niet. Wij waren begin mei, bij de bekendmaking van de shortlist. toevallig op vakantie. Ik kreeg een appje: "Hoeveel moeten we van elke titel bestellen?" En dan kijk je toch naar je klanten en maak je een inschatting van hoeveel je er kunt verkopen – wetende dat je de boeken waar je zelf het meest enthousiast over bent, het best verkoopt. We kochten dus niet van alle vijf genomineerde titels evenveel in, maar de medewerkers konden daar niet de winnaar uit afleiden.'

Had Enter – immers al een jaar uit – goed verkocht?
'Het is geen hardloper. De prijs gaat dat ook niet veranderen. De Gouden Strop heeft niet dezelfde aantrekkingskracht als een Bookspot Literatuurprijs (v/h ECI Literatuurprijs) of Libris Geschiedenisprijs, dat daags na de bekendmaking tien mensen erom komen vragen. Het is jammer, maar het is niet anders. De verkiezing van de VN Thriller van het jaar doet misschien net iets meer, al is dat effect ook niet gigantisch.'

Pakt Augustinus er dan niet groot mee uit?
'Thrillers hebben we bij ons een aparte kast. De winnaar geven we altijd een prominente plek. Maar we maken er geen show van door bijvoorbeeld een strop op te hangen en andere decorstukken te gebruiken. En als iemand om "een" spannend boek vraagt, probeer ik altijd zeker op de Gouden Strop te wijzen. De Spannende Boeken Weken zijn wat dat betreft niet voor niets in juni. De helft van de boeken die mensen op vakantie lezen is een spannend boek.'

Ben je blij dat de Spannende Boeken Weken weer zijn begonnen?
'Wat deze weken zo leuk maakt, is dat je mensen nog echt kunt verrassen met een geschenk. In de Boekenweek weet iedereen dat wel. Als ze nu Barst van Boris Dittrich krijgen is dat vaak echt een cadeautje. Dat geeft een feestelijker gevoel. Ik denk ook dat dit geschenk geschikt is, juist omdat het ook leuk om te lezen is als je niet speciaal van spannende boeken houdt. Mensen die een beetje neerkijken op het genre zullen hier aangenaam door worden verrast.'

En wat lees je zelf vandaag?
'Eerst moet ik de activiteiten voor tieners verzorgen tijdens de kerkdienst, zoals ik iedere zondagochtend doe. Daarna hebben we een lunch op de hockeyclub, die we vorig jaar hebben gewonnen met het familietoernooi. Maar vanmiddag ga ik heerlijk verder in President Vermist van Bill Clinton en James Patterson. Een erg fijn boek, ik denk dat Clinton nog wel meer thrillers gaat schrijven.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 10 jun)

vrijdag 15 juni 2018

Interview Hans van Driel: medewerker Koninklijke Boekverkopersbond én auteur (Boekblad)

Hans van Driel werkt ruim een jaar als manager finance & control bij de Koninklijke Boekverkopersbond. Vorige maand debuteerde hij onder het pseudoniem Han Thomas met de thriller Het Darwin Dilemma. Dat heeft niets met elkaar te maken, zegt hij. Wel heeft hij zijn verwachtingen bijgesteld door zijn ervaringen bij de KBb.

Heb je altijd al geschreven?
'Het begon een paar jaar geleden als hobby. Ik lees graag populairwetenschappelijke boeken over hoe het heelal werkt of de evolutietheorie. Non-fictie dat toch niet zo'n groot lezerspubliek heeft. Af en toe dacht ik: wat een briljant idee, en wat zou het fantastisch zijn als meer mensen dit wisten. En toen bedacht ik me dat ik daar misschien zelf voor moest zorgen. De boodschap van de soms taaie wetenschappelijke verhandelingen opschrijven in eenvoudige taal en verpakt in een spannend verhaal. Dat werd Het Darwin Dilemma.'

Hoe vond je een uitgever?
'Ik heb, voor ik bij de KBb solliciteerde, zes jaar in het buitenland gewerkt. Toen we in Zweden woonden waren we bevriend met een stel, waarvan de vrouw het nichtje van Cynthia McLeod was – de schrijfster van Hoe duur was de suiker?. Ik heb haar mijn manuscript laten lezen. Zij vond het zo goed dat ze het aan haar tante gaf. Die was zo enthousiast dat ze het toch omvangrijke boek in drie dagen uit had en meteen naar haar uitgever stuurde: Kees de Bakker van Conserve. Dat is nu een half jaar geleden.'

Was het daarom een doordachte carrièrezet om naar de KBb te gaan?
'Allesbehalve. Ik heb een financiële achtergrond. Ik heb altijd financiële functies gehad, eerst bij consultancy bedrijven, later als zzp'er. Toen we terugkeerden naar Nederland zag ik via een recruiterdeze vacature. Manager finance & control – precies mijn vak. Gevestigd in Bilthoven – dichtbij mijn woning. Perfect dus. Pas daarna realiseerde ik me dat ik in het boekenvak ging werken. En dan nog wil ik mijn werk en mijn schrijverschap strikt gescheiden houden.'

Waarom?
'Ik wil niet de schijn van belangenverstrengeling wekken. Ik zit hier voor de boekhandel, niet om mijn boek te promoten. Dat laat ik over aan mijn uitgever, die daar met al zijn ervaring en kennis toch veel beter toe in staat is. Ik had al een pseudoniem gekozen om het schrijven te scheiden van mijn werk. Daar heb ik gebruik van gemaakt om het ook hier een beetje stil te houden. Veel collega's wisten pas laat dat ik een boek had geschreven. Maar op een gegeven moment was het niet stil te houden.'

Bevalt het werk in het boekenvak?
'Zeker. Ik heb in het verleden, ook als interimmer, altijd bij grote multinationals gewerkt. De KBb is eigenlijk een MKB-bedrijf, met heel veel relaties met partijen in het boekenvak én boekhandels. Dat betekent dat je niet met anonieme producten als effecten en hypotheken te maken hebt, maar met vaak heel betrokken mensen. Bij grote bedrijven werk je ook in een kolom met heel weinig speelruimte, hier is het werk heel gevarieerd. De ene dag zit ik met twee handen in de boekhouding, de volgende dag overleg ik met onze voorzitter. En de KBb is een leuk bedrijf, gevestigd in een mooi pand.'

Heb je in jouw functie veel contact met boekhandelaren?
'De omzet van de boekhandel is altijd een actuele vraag: hoe krijgen we de omzet de goede kant op? Maar juist omdat deze ondernemers zo betrokken zijn, hebben ze altijd veel vragen – ook voor mijn afdeling. Wij regelen bijvoorbeeld de uitkering van het CB-dividend aan de KBb-leden. Dat levert veel vragen op.'

Heb je zo – juist ook als auteur – een beter beeld gekregen van wat het inhoudt om een boekhandel te hebben?
‘O ja. Als consument zie je alleen de buitenkant. Dan denk je bijvoorbeeld 's avonds laat: ik wil nu een boek, laat ik het online bestellen en je gaat naar een webwinkel omdat je denkt dat dat sneller of goedkoper is. Inmiddels weet ik dat je eigen boekhandel om de hoek, die iedereen een warm hart toedraagt, dat boek net zo goed bij jou thuis kan leveren, tegen dezelfde prijs en dezelfde service. De consument realiseert zich dat nog niet voldoende. Die heeft nog nooit van de wet op de vaste boekenprijs gehoord, waar de KBb zich hard voor maakt, en denkt dat online goedkoper is. Daarnaast zie ik nu veel beter dat veel boekhandelaren, naast het runnen van hun zaak, bezig zijn met evenementen in hun winkel na sluitingstijd. Enerzijds uiteraard om in contact te blijven met hun klant, maar het geeft ook aan de boekhandel plaatselijk een culturele functie heeft.’

Heeft je kennis de verwachtingen op succes van Het Darwin Dilemma beïnvloed?
'Als je van niets weet, denk je al gauw: als een boekverkoper geïnteresseerd is in mijn boek, koopt hij twintig exemplaren in. Ik ook. Ik zag toch altijd grote stapels in de boekhandel? Maar dat zijn natuurlijk alleen top 10-titels. Boekhandels kopen hooguit één exemplaar van een onbekende auteur in. Als hij er toch vijf inkoopt, is dat héél mooi. Ik had me ook nooit gerealiseerd dat een boekhandelaar doorgaans voor eigen rekening inkoopt, dat de marges in dit vak klein zijn, en dat hij daarom niet te veel risico kan nemen. Ieder ingekocht boek moet wel worden verkocht.'

Hoe is Het Darwin Dilemma eigenlijk ingekocht?
'Af en toe mailt Kees: De Kler heeft er twintig ingekocht. Of: De Bilthovense Boekhandel wil graag dat je een presentatie in de winkel komt geven en zal dan ook goed inkopen. Maar het precieze cijfer weet ik niet. Ik neem aan dat als er tientallen boekhandels twintig exemplaren hadden besteld, ik dat had geweten.'

Heb je er vertrouwen in dat het boek een succes wordt – juist deze maand tijdens de Spannende Boeken Weken?
'Er is veel enthousiasme, ook van recensenten. Maar het blijft een onbekend boek van een onbekende auteur. Je kunt daarom geen groot marketingoffensief lanceren. Het is ook een hobby, ik hoef er niet van te leven. Als de eerste oplage van ongeveer 3.000 exemplaren uitverkocht raakt, zou dat al mooi zijn. Ik ga in ieder geval op maandagavond 25 juni bij De Bilthovense Boekhandel over het boek vertellen. Misschien volgen meer van zulke avonden.'
(Eerder gepubliceerd op Boekblad.nl, 8 jun)