zondag 8 maart 2020

Interview: Mark Beumer en Francien Schuursma van De Bezige Bij (Boekblad)

In het kroonjaar staat De Bezige Bij er goed voor. Het bedrijfsproces is op orde gebracht. Chequebook publishing is vaarwel gezegd. Er zijn tal van vernieuwingen gelanceerd. En de schrijvers stromen weer toe.

De Bezige Bij vierde dit najaar haar 75ste verjaardag. Meer dan welke jubilerende uitgeverij ook stond ‘de Bij’ stil bij de literaire hoogtepunten uit het glorieuze verleden. Er verscheen een driedubbelelpee met opnames van alle dichters die de uitgeverij ooit heeft gepubliceerd. Er kwam een reeks in linnen gebonden klassiekers met uit elke kwarteeuw een novelle: Het behouden huis van Willem Frederik Hermans, De elementen van Harry Mulisch en Zijde van Alessandro Baricco. En er was een box met 75 ansichtkaarten van iconische omslagen: van De avonden van – toen nog – Simon van het Reve tot De acht bergen van Paolo Cognetti.
Natuurlijk vergat de uitgeverij het heden en de toekomst niet. Er stonden ook hedendaagse dichters op de elpee. Alma Mathijsen leverde met Ik wil geen hond zijn de novelle voor de komende kwarteeuw. Maar de link met het verleden was nooit ver. Dat blijkt het best uit de festiviteiten van deze maand. De Bezige Bij onthulde een nieuwe rijmprent van Ramsey Nasr, waarin hij de waarden van De achttien dooden – het gedicht van Jan Campert waarmee het in 1944 allemaal begon – relevant voor het heden maakt. En op het grote jubileumfeest gingen, net als in 1969 en 2004, 129 auteurs en 41 'Bezige Bijen' opnieuw op de foto in de bibliotheek van het Rijksmuseum, dit keer vastgelegd door de Vlaamse topfotograaf Stephan Vanfleteren.
Is De Bezige Bij daarmee een uitgeverij die te veel in het verleden blijft hangen? Toch niet. Eerst keerde een hernieuwde rust terug na een woelige periode halverwege dit decennium, die werd gekenmerkt door enkele verliesgevende jaren en twee directeuren die kort na elkaar wegens gezondheidsklachten hun werk moesten neerleggen. Daarna nam de uitgeverij onder leiding van directeur Mark Beumer (aangetreden in mei 2018) en uitgever Francien Schuursma (aangetreden in februari 2017) een reeks opvallende nieuwe initiatieven: van rechtenbureau Bee Rights tot een abonnement op literaire romans in samenwerking met de Triple A-boekhandels.

Hoe komt het dat De Bezige Bij zich zó bewust is van het verleden?
MB: 'Dat komt natuurlijk door onze verzetsgeschiedenis. Iedereen hier is daarvan doordesemd. We zitten ook al sinds 1945 in dit pand aan de Van Miereveldstraat. We leven iedere dag midden in die roemruchte geschiedenis. Dan werk je bijna vanzelf vanuit een traditie. En je moet niet vergeten dat wij veel beeldbepalende schrijvers hebben gepubliceerd die een ongelooflijk belangrijke stem in de naoorlogse literaire wereld hadden – en nu nog steeds hebben. Dan wil je dat laten zien. Iedere uitgeverij viert een jubileum op een manier die bij haar past.'
FS: 'Ook de unieke relatie van De Bezige Bij met haar schrijvers speelt een rol. Ons pand is eigendom van de schrijvers – een overblijfsel uit de tijd dat de uitgeverij een coöperatie was. Wij betalen daardoor huur aan onze eigen schrijvers. Welke uitgeverij kan dat zeggen? Wij vragen ook bij onze Schrijversvereniging subsidies aan: voor bijzondere essayistiek, voor alle poëzie, voor bijzondere uitgaven zoals de poëzieplaat. En we betrekken hen bij het reilen en zeilen van de uitgeverij: we vergaderen om de vier maanden met het bestuur. Door die relatie voelt dit huis voor schrijvers echt als een tweede thuis – van Remco Campert, die hier al komt sinds de jaren veertig, tot schrijvers die we sinds kort uitgeven.'

Om die reden kon het jubileum ook niet anders dan in eigen huis worden gevierd?
MB: 'Absoluut. Ondanks alle gedoe waarmee dat gepaard gaat. Er moesten twee verdiepingen helemaal worden leeggeruimd. We hadden daar zelfs een verhuisbedrijf voor nodig. Mensen konden twee dagen niet op hun werkplek zitten. Velen hebben ook hard meegewerkt aan de opbouw van het feest: iedere kamer had een ander thema. Maar het feest kón alleen maar hier plaatsvinden.'

Hoe heeft De Bezige Bij na de onrust in 2016 de weg omhoog gevonden?
MB: 'Dat is heel simpel. Door gezamenlijk na te denken over vragen als: wat gaat er goed? Wat kan beter? We hebben daarbij, nog onder leiding van Johan de Koning, besloten minder titels uit te geven: geen 250 maar 150 boeken per jaar, zodat we meer aandacht hebben voor alle facetten van het uitgeefproces. Tegelijk hebben we nagedacht over de komende jaren. Waar liggen kansen? Zo zijn er een aantal initiatieven ontplooid, puur omdat collega's een goed idee hadden waarvoor wij ruimte hebben gemaakt. Bee Rights, het agentschap van onze rechtenmanagers Marijke Nagtegaal en Uta Matten, is daarvan een goed voorbeeld. Maar ook maken we nu ieder jaar een echt luxe boek in samenwerking met Uitgeverij JEA, zoals dit jaar Het geheim van Marten Toonder, in een gelimiteerde oplage van 1500 exemplaren. De winkelprijs is 300 euro, maar het gaat als een malle.'
FS: 'Ik zie vooral de keuze om compacter te worden als een heel belangrijk gegeven in het succes van de uitgeverij. Met 150 titels per jaar zijn wij aan de ene kant groot genoeg om bij wijze van spreken als eerste bij Libris aan tafel te zitten. En tegelijk zijn we klein genoeg om de intimiteit van een literaire uitgeverij te waarborgen.'
MB: 'We hebben in die eerste fase ook ons hele uitgeefbeleid tegen het licht gehouden: het volledige proces vanaf het moment dat een auteur gaat zitten met een redacteur tot het moment dat het boek verschijnt. Welke systemen gebruiken we? Welke processen? Wat doen de mensen? Daarmee kun je altijd je brutomarge verbeteren. Altijd. Je kunt bijvoorbeeld geld verdienen door ervoor te zorgen dat je een drukproef op tijd bij de drukker aanlevert. Het is zo simpel. En zo zijn er legio voorbeelden te geven van op zichzelf kleine dingen die het verschil maken.'

De organisatie is ook afgeslankt?
MB: 'Toen ik zeven jaar geleden hier begon, had De Bezige Bij 60 man in dienst. Nu hebben we 35 tot 40 medewerkers. Een substantieel verschil.'
FS: 'Op deze schaal kun je snel dingen in gang zetten. Dat gebeurt letterlijk in een paar dagen. Iemand heeft een goed idee – of dat nu de jongste redacteur is of iemand op de rechtenafdeling. Wij zeggen: dat gaan we doen. We roepen er mensen bij die het idee handen en voeten kunnen geven. En dan ben je vertrokken. De mensen blijven ook eigenaar van het idee. Ze mogen het brengen tot waar ze het maar willen brengen. Zij mogen daarvoor het podium op, dat hoeven Mark of ik niet te doen. Daarom presenteerde Merijn Hollestelle tijdens ons Dichtersbal de poëzieplaat. Daarom krijgt Anne van den Heuvel alle credits voor Bee Speakers. Dat werkt heel stimulerend. En dat merk je onmiddellijk terug in de sfeer en in het elan van de uitgeverij.' 

Wat zijn jullie minder gaan doen?
FS: 'We zijn gestopt met een aantal imprints. Oog & Blik, Balans, Voetbal International, Ludion, Lido – het zat allemaal bij ons in huis. Onze catalogus was een pizzadoos met vijftien boekjes. Nu beperken we ons tot drie fondsen, en tot drie boekjes: De Bezige Bij, Cargo en Thomas Rap. En ook daarbinnen hebben we gekeken of we niet minder kunnen doen. We geven nu circa 90 titels per jaar uit bij De Bezige Bij, 30 bij Cargo en 30 bij Thomas Rap, al zijn die aantallen niet in beton gegoten. En wát we doen – dat is natuurlijk de crux – moeten we heel goed kiezen. Dat durven we beter dan vroeger.'

Hebben jullie binnen deze fondsen andere accenten gelegd?
MB: 'Nee. We hebben niet specifiek gekozen voor minder vertaald of meer non-fictie. Kijk naar onze grootste bestsellers: vorig jaar Cognetti en Harari, dit jaar Buwalda en Van Loo. Allemaal heel verschillende soorten boeken. We hebben alleen de lat hoger gelegd. We kijken daarbij natuurlijk wel naar de mix: naast poëzie moeten titels staan die commercieel werken. Maar ook aan poëzie willen we geld verdienen. Dat betekent dat we ook voor die uitgaven heel goed kijken hoe we het bereik ervan zo groot mogelijk kunnen maken. En omdat we minder titels uitgeven, is daar ook tijd en ruimte voor.'

De trend om minder titels uit te geven is wel voorbij, begreep ik. Want: het totaal aantal titels op de markt wordt niet minder, dus een uitgeverij geeft er te veel omzet voor op.
MB: 'Het is de vraag: wil je minder omzet maar een beter rendement, of meer omzet en onder aan de streep verlies maken? Wij hebben bewust gekozen voor kwaliteit boven kwantiteit. We geloven niet meer in een schot hagel. In het verleden hebben we soms enorme omzetten gemaakt en toch dik verlies geleden. Nu is de omzet lager, maar het rendement positief. We maken in 2019 voor het derde jaar op rij winst, iets waar ook Thomas Rap onder aanvoering van uitgever Arend Hosman een belangrijke bijdrage aan leverde.'
FS: 'Deze strategie heeft ook een ongelooflijke uitwerking gehad op het team. Dat moet je niet onderschatten. Wij waren lange tijd te scheutig met voorschotten. Het geeft een beklemmend gevoel als je dat soort lasten en risico's meedraagt. Er waren te veel titels waarvan je bij wijze van spreken iedere dag dacht: we moeten het voorschot terugverdienen! Zeker als je twijfels hebt bij de hoogte van het voorschot. Door afscheid te nemen van chequebook publishing hebben we een rust herwonnen om ons te concentreren op waar het eigenlijk om gaat: een zo goed mogelijk boek maken. En creatief te zijn. En dat maakt weer dat de beste mensen hier willen werken, niet alleen op de redactie, maar ook op alle andere afdelingen in huis.' 

Waar leidt dat toe?
FS: 'Iedere uitgeverij van deze omvang heeft elk jaar één of twee titels nodig waarvan de verkoop door het dak gaat. Dat geeft een noodzakelijk fundament. De afgelopen drie jaar hadden wij die gelukkig, dit jaar hadden we er zelfs twee. Door de herwonnen vrijheid heb ik alle vertrouwen dat we ook de komende jaren die bestsellers zullen hebben, sterker nog: dat weet ik vrij zeker. Wij zijn gezegend met de allerbeste auteurs van Nederland, en er is de energie om zelf met goede boekideeën te komen. Daarin kun je je als uitgeverij onderscheiden. Een mooi voorbeeld is de geschiedenis van Suriname à la David Van Reybroucks boeken over Congo en volgend jaar Indonesië. Wij vonden dat die er moest komen. Welke auteur kan dat verhaal van binnenuit, met empathie en met een literaire pen, schrijven? Uiteindelijk hebben we daarvoor Karin Amatmoekrim gevraagd, en die heeft daar gelukkig ja op gezegd. De onderlinge samenwerking tussen de verschillende redacties is heel stimulerend, iedereen heeft zijn eigen expertise, maar de uitwisseling van dit soort goede ideeën stroomt volop.' 
MB: 'Overigens kunnen we ook in een jaar zonder een titel waarvan meer dan 100.000 exemplaren zijn verkocht een hartstikke mooi resultaat halen. Waarom? Omdat ook de backlist in de breedte goed verkoopt en blijft verkopen. Dat is belangrijk in een tijd waarin je minder hoge aantallen per titel verkoopt, maar wel – mede door de btw-verhoging – eindelijk de barrière van 20 euro is geslecht en de gemiddelde verkoopprijs per boek is gestegen. Wij lopen voorop in prijsverhogingen omdat we vinden dat onze boeken dat waard zijn. Met de drie fondsen als stabiele driepoot hebben we zo een basis gelegd voor een gezonde bedrijfsvoering. En dat in korte tijd, daar mogen we trots op zijn.'

Betekent het einde van chequebook publishing dat er nu titels aan jullie neus voorbijgaan?
FS: 'We merken dat agenten De Bezige Bij gelukkig nog steeds zien als een goede uitgeverij om een boek bij onder te brengen, en met hoofdredacteuren als Peter van der Zwaag en Haye Koningsveld hebben we mensen in huis die dankzij hun geweldige internationale netwerk belangrijke boeken voor dit huis weten binnen te halen. We zijn ook nog steeds bereid het bedrag neer te leggen dat een titel waard is. We hebben een ervaren team dat heel goed kan inschatten wat een boek op de Nederlandse markt kan doen. We laten ons alleen niet meer gek maken. We hebben daarom de nieuwe Thomas Piketty aan ons voorbij laten gaan. Wij hadden een mooi bod neergelegd, vonden wij, waarbij we rekening hielden met de grote investering aan vertaalkosten. De agent ging niet akkoord. Prima, dan niet, even goede vrienden.'

Het is wel ironisch dat Peter Buwalda, een van dé succesauteurs van 2019, ooit binnen is gekomen omdat Robbert Ammerlaan tien jaar geleden een enorm voorschot neerlegde voor een auteur zonder – toen nog – enige reputatie.
FS: 'Maar dat ging niet om tegen elkaar opbieden in een veiling. Dat is een auteur de ruimte bieden om een boek voor ons te maken. En dát doen we nog steeds. Je kunt hooguit zeggen dat we daar kritischer of realistischer in zijn geworden, maar wat we betalen is nog steeds een bedrag dat hen alleszins in staat stelt om aan hun boek te werken. Bevlogen nuchterheid, daar gaat het om: lef tonen, maar ook realistisch zijn.'

Welke nieuwe activiteit beschouwen jullie als de belangrijkste?
FS: 'Het is én én én. Audioboeken, Bee Rights én Bee Speakers. Aan de basis van al deze nieuwe initiatieven ligt natuurlijk de kwaliteit van onze redactie. Voor de Nederlandstalige literatuur van de Bij werken uitzonderlijke hoofdredacteuren als Suzanne Holtzer en Katrijn van Hauwermeiren, en daarnaast hebben we drie heel goede fulltime bureauredacteuren in huis. Dat zijn mensen die het verschil maken. Auteurs die nieuw bij ons zijn, kijken daar echt van op: hoe zorgvuldig en intens wij naar ieder manuscript kijken. Daarom willen we ook altijd de volledige exploitatie van alle nevenrechten in een contract, omdat we vinden dat we, met zo’n sterke rechtenafdeling, die redactionele inspanningen ten volle moeten kunnen terugverdienen.

Betalen de vernieuwingen zich uit?
MB: 'Dat is nog te vroeg. Bee Speakers is net opgericht, overigens met digitale ondersteuning van Schwung, de innovatieclub van WPG. Bee Rights is een jaar geleden van start gegaan, maar de eerste resultaten zijn veelbelovend. De eerste titels van auteurs die wij niet zelf in Nederland uitgeven – waarvoor het bureau juist is opgezet – zijn net verschenen: de nieuwe boeken van Dimitri Verhulst en Geert Mak. De vertaalrechten van Mak zijn nu inmiddels aan meer dan tien landen verkocht. Audioboeken vormen duidelijk een groeimarkt. Onze omzet daarin is in een jaar meer dan verdrievoudigd: van 80.000 naar 275.000 euro. We hebben natuurlijk een backlist die zich er prachtig voor leent om in deze vorm te worden geëxploiteerd. We investeren er daarom fors in: door een collega ervoor vrij te maken, door rechten terug te halen van bepaalde auteurs. Volgend jaar willen we 180 titels in audiovorm leverbaar hebben. En dat is nóg weinig, als je bedenkt dat we 2100 leverbare e-boeken hebben.'

Hoe succesvol is het literaire boekenabonnement?
MB: 'Van tevoren werden we warm gemaakt door grote verwachtingen. Dat valt tegen. We halen slechts een vijfde van wat we hadden ingeschat. Ons hoofd verkoop Erik Dasselaar is druk in overleg met de Triple A-winkels: gaan we ermee stoppen? Of kan het op punten beter? De mensen die een abonnement hebben aangeschaft zijn zeer tevreden. Ze vinden het er prachtig uitzien en zijn enthousiast over de keuze voor Cees Nooteboom, Robert Seethaler en Roberto Camurri. Het bereik moet alleen groter. In 2020 gaan we er zeker mee door, omdat we nog kansen zien. Bij winkels die hun klanten goed kennen, gaat het beter dan bij winkels waar het iets anoniemer is. Ook kunnen we zelf meer doen om het abonnement actiever onder de aandacht te brengen. En lukt het dan nog niet? Dan zijn we pragmatisch genoeg om ermee te stoppen. Het is all in the game.'

Maar vooralsnog betalen de vernieuwingen zich uit. Ik hoor al enkele jaren nauwelijks meer over auteurs die De Bezige Bij verlaten.
FS: 'Ze komen eerlijk gezegd vooral náár ons toe: Peter Middendorp, Joris van Casteren, Ronald Giphart, Maarten Asscher, Coen Simon. Hoewel we daar natuurlijk prudent mee omgaan, is het zeker een teken dat ze denken dat wij weer het verschil kunnen maken.’
(Eerder gepubliceerd in Boekblad magazine, dec 2019)

Geen opmerkingen: