zondag 20 januari 2019

Musebooks: ook kunstboeken kunnen worden gedigitaliseerd (Boekblad)

Ook kunstboeken zijn tegenwoordig goed op je laptop of tablet lezen. Vanuit Hasselt probeert Musebooks de wereldwijde markt daarvoor te veroveren met een eigen techniek. In potentie is die markt 500 miljoen dollar groot.

Waarom kun je zo weinig kunstboeken digitaal lezen? Noël Slangen vond het maar vreemd. De communicatieadviseur, die in Vlaanderen ook bekend is als columnist en oud-politicus, wist als fanatiek stripliefhebbers dat je heel goed strips digitaal kunt lezen. Via het Amerikaanse Comixology (dochterbedrijf van Amazon), het Franse Izneo of het Vlaamse Yieha (van Standaard Uitgeverij en Ballon Media). Dan moest toch ook een platform te bouwen zijn waarop je perfect de afgebeelde schilderijen in een monografie over Rembrandt of de catalogus van een Rubens-tentoonstelling kunt bekijken?
Sinds 2016 zijn er daarom Musebooks. Dit is een digitale applicatie waarop consumenten ieder kunstboek op drie manieren kunnen lezen. Ten eerste als doorlopende tekst, met de afbeeldingen op de plek waar ze worden besproken. Deze versie lijkt nog het meest op een e-boek. Ten tweede is er een databank van alle afbeeldingen in hoge resolutie, waar gebruikers kunnen inzoomen. En ten derde is de titel beschikbaar als doorbladerbaar boek – alsof je door de pdf's scrollt. Uiteraard is het mogelijk om moeiteloos tussen tekstweergave, beeldweergave en paginaweergave te switchen.
De Musebooks worden gemaakt door het gelijknamige bedrijf dat Slangen een jaar eerder had opgericht met eigenaar Peter Ruyffelaere van kunstboekenuitgeverij Ludion en ondernemerDominique de Rijcke, die verschillende digitale bedrijven bezit. Het vijf man sterke bedrijf wordt geleid vanuit de Campus Corda – een bedrijvencommunity in Hasselt, waar verschillende innovatieve start-ups zijn gevestigd – door Sophia Rochmes en Kutlu Taskin Tuna. De eerste is een Amerikaanse kunsthistorica, de tweede is een Vlaamse bedrijfskundige die in het verleden als market data analist voor Twitter werkte.
Waarom er – zo veel jaren na de lancering van het e-boek – nu pas een digitaal platform is voor kunstboeken, heeft een aantal oorzaken, legt Rochmes uit. 'Er was geen disruptieve factor die de markt opschudde. Er is niet zoiets als digitale piraterij van kunstboeken, waardoor uitgevers de noodzaak voelen om zelf iets te ontwikkelen voor deze doelgroep. En voor musea is zoiets geen prioriteit. Ze zetten van alles online: afbeeldingen van de collectie tot allerlei data over tentoonstellingen en kunstenaars. Soms maken ze een digitale versie van een catalogus. En dat is het dan: iets eenmaligs.'
Dat partijen als Google hier niet op zijn gesproken, vult Tuna aan, is een gevolg van keuzes maken. Ja, het bedrijf is al in 2002 begonnen met het massaal digitaliseren van boeken. 'Maar Google Books concentreert zich op tekstboeken – niet op boeken waar afbeeldingen minstens zo belangrijk zijn. En dat zijn er zo veel dat nog altijd niet iedere roman of leerboek digitaal beschikbaar is.' En ja, Google Arts & Culture maakt sinds 2011 afbeeldingen in extreem hoge resolutie van kunstwerken. 'Maar kunstboeken zijn gewoon nog niet aan bod gekomen. Dat is normaal. Ook Google kan niet alles doen.'

De eerste taak van Musebooks was dan ook het ontwikkelen van een geheel nieuwe techniek en manier van presenteren. Er waren daarbij twee grote uitdagingen. Het bedrijf moest de pdf van uitgeverijen, waar het proces mee begint, converteren in 'iets waar we mee konden spelen', aldus Tuna. Ofwel: tekst, afbeeldingen, voetnoten en andere elementen moesten uit elkaar worden getrokken. 'Maar de voornaamste uitdaging was het vinden van een presentatie die het aantrekkelijkst was voor kunstliefhebbers. Dat werd uiteindelijk het idee van tekstweergave, beeldweergave én paginaweergave.'
Dat moest tegen zo laag mogelijke kosten. De drie oprichters legden een startkapitaal van 66.000 euro in – dat daarna in verschillende financieringsrondes werd aangevuld met een half miljoen door een tiental business angels en investeringsmaatschappijen zoals de Vlaamse Jonge Ondermenigen (VLAJO) en de Limburgse Reconversie Maatschappij (LRM). 'We hadden maar twee developers', zegt Tuna. 'Door strak lean management wisten we onze burn ratio laag te houden. Vanuit een grafische model van wat we wilden, maakten de developers steeds betere versies van wat uiteindelijk hét Musebook werd.'
Tegelijk moest er een e-commerceplatform komen. De specifieke techniek maakt het onmogelijk om de Musebooks via Amazon of Bol.com te verkopen. Klanten kunnen de kunstboeken alleen lezen via een account op de webbrowser Musebooks.worlds of via de app, die beschikbaar is voor iOS en Android. Zij moeten bovendien permanent online blijven. Het is niet mogelijk om de digitale kunstboeken te downloaden, om de simpele reden dat de afbeeldingen in hoge resolutie het boek zo zwaar maakt dat het geheugen van laptop of smartphone te veel zou worden belast.
De verkoopprijs wijkt, ondanks de rijke inhoud van een Musebook, niet af van de reguliere e-boekprijzen. Er zijn introducerende titels over Gustav Klimt en Leonardo da Vinci voor 2,99 euro. Een Taschen-achtige uitgave als Art of Islam kost 9,95 euro. How to Use Graphic Design van Michael Bierut is te koop voor 19,95 euro. 'Uitgevers stellen de prijzen van hun eigen titel vast', zegt Rochmes, 'maar wij adviseren 40% van de prijs van het papieren boek als norm te nemen. Zoals gebruikelijk bij e-boeken. Nu de technologie er is, kost het produceren ons niet veel. En wij krijgen 50% van de royalty’s.'
En natuurlijk waren er partners nodig die de – vooralsnog hoofdzakelijk Engelstalige – content konden aanleveren. Musebooks werkt daarvoor momenteel samen met uitgeverijen als Ludion, Abrams en Thames & Hudson. Ook is ieder nummer van het tijdschrift Openbaar Kunstbezit Vlaanderen (zes per jaar) digitaal te lezen. En daarnaast zijn er tal van prominente musea die, vaak in relatie met een expositie, hun catalogi via Musebooks aanbieden. Dat gaat van het Koninklijke Musea voor Schone Kunsten (KMSK) in Brussel tot het MoMa in New York en de Tate Galleries in Londen.
Rochmes schat de verhouding tussen uitgevers en musea op fifty-fifty. 'Het kost ons tussen de zes maanden en twee jaar om tot een overeenkomst te komen. Uitgevers zijn wel makkelijker over te halen, zeker als ze al hebben geëxperimenteerd met digitale uitgaven of de digitale rechten hebben geregeld. Dat komt vooral omdat boeken uitgeven hun kerntaak is. Voor musea is het bijzaak. Daarbij hebben ze vaak vaste zakelijke relaties met uitgevers. Het is makkelijker als we die uitgevers eerst aan boord hebben. Maar zoals gezegd: bij gebrek aan een disruptieve factor is lang niet iedere uitgever even gretig.'

Tweeëneenhalf jaar na de lancering gaat het naar eigen zeggen goed met Musebooks. Het bedrijf heeft inmiddels meer dan 50.000 gebruikers. De meesten zijn bezoekers van onder meer de Bosch-tentoonstelling in het Noordbrabants Museum en de Breughel-expositie in het KMSK, die bij aanschaf van de catalogus met een 'bookkey' gratis toegang kregen tot de digitale versie. Gezamenlijk kochten zij ook ruim 2000 exemplaren. En het aanbod groeit steeds harder: waren er begin dit jaar nog zo'n 100 titels beschikbaar, inmiddels zit dat al boven de 250.
Ook verwerft Musebooks inkomsten uit het ter beschikking stellen van de techniek voor anderen. Zo digitaliseert het bedrijf met enige regelmaat gidsen voor regionale of stedelijke toeristische centra in voornamelijk het eigen Vlaanderen. Een voorbeeld is de Limburgse vakantiegids, gemaakt voor de Provincie Limburg die uitsluitend op de site van deze organisatie is te lezen. Ook heeft Musebooks voor TEFAF een stadsgids voor Maastricht gemaakt. Wie een kaartje voor de kunstbeurs kocht, kreeg een bookkey om hem gratis te raadplegen. 'Maar dat is allemaal extra', aldus Tuna.
Daarmee is het bedrijf uiteraard nog niet winstgevend. Maar dat heeft nu eenmaal tijd nodig. Tuna: 'Er ís nog geen markt voor digitale kunstboeken. Die moeten wij zelf maken. Maar de potentie is er zeker. De wereldwijde markt voor kunstboeken is vier miljard dollar. Wij schatten de markt voor digitale kunstboeken op 500 miljoen euro. En ik doe het berekenen van marktwaarden als beroep – naast mijn werk bij Musebooks doceer ik onder andere dit soort dingen aan de University Colleges Leuven-Limburg. Ik durf daarom wel te zeggen dat ik behoorlijk goed ben in dergelijke berekeningen.'
Om de markt te ontwikkelen, volgt Musebooks drie routes. Ten eerste adverteert het bedrijf online, voornamelijk op sociale media. Hoewel het in principe liefhebbers in de wereld wil binnenhalen, focust het vooralsnog op vier markten: Nederland, België, Amerika en Groot-Brittannië. 'We hebben hiervoor gekozen vanwege de taal van de boeken én omdat klanten in het Nederlandse taalgebied erg open staan voor digitale boeken. Ik kan niet onthullen hoeveel geld we hierin steken, maar we zijn tevreden over de ratio tussen de kosten en het aantal nieuwe gebruikers die het oplevert,' meent Tuna.
In een volgende ronde gaat Musebooks zich ook richten op de Duits- en Franstalige markten. 'Om die reden hebben we de interface inmiddels in deze talen beschikbaar. Maar we hebben ook al een overeenkomst met het National Palace Museum in Taiwan om hun uitgaven via ons beschikbaar te maken. Het grootste deel is Engelstalig, maar een aantal titels zijn in het Chinees. We hebben inmiddels een uitgave gemaakt om te laten zien dat onze techniek ook Chinese karakters aankan. Die hebben we deze zomer meegenomen op een handelsdelegatie van Startups.be naar China en Hong Kong om contacten te leggen.'
Naast betaalde online advertenties is iedere titel in de catalogus ook een marketinginstrument. 'Ieder boek heeft zijn eigen aantrekkingskracht, dat we proberen te benutten', zegt Tuna. 'Daarom werken we ook graag met musea en kunstinstellingen', vult Rochmes aan. 'Door de bookkeys levert het niet veel omzet op, maar we krijgen wel zo veel gebruikers die in aanraking komen met ons product en zo kopers worden. De musea en instellingen helpen ons bovendien Musebooks promoten door op een enthousiaste manier aandacht te besteden aan de digitale versie van hun catalogus.'
Tot slot zoekt Musebooks groei op de professionele markt, zegt Rochmes. 'Bibliotheken van universiteiten en onderzoeksinstellingen besteden in de VS zo'n 75% van hun aankoopbudget aan digitale bronnen. Ook kunsthistorici, inclusief de studenten, willen betaalbare bronnen waar veel materiaal bij elkaar is gebracht. Juist voor deze markt zijn we daarom begonnen met onze eerste catalogue raisonné: van René Magritte. Zulke werken zijn doorgaans interessanter voor researchers dan het algemene publiek. Dat vereist overigens wel aanpassing van onze techniek.'
En als ook deze groep eenmaal klant is bij Musebooks – wie zal dan nog ooit de vraag opwerpen: Waarom kun je zo weinig kunstboeken digitaal lezen?
(Verscheen eerder in Boekblad magazine, dec 2018)

Geen opmerkingen: